Anarcho-pacifisme
Stromingen
anarcho-communisme, anarcho-collectivisme, mutualisme, individualisme, anarchisme zonder adjectieven
Strategieën
anarcho-syndicalisme, insurrectionalisme, anarcho-pacifisme, propaganda van de daad
Focus
Anarcho-pacifisme, ook wel anarchistisch pacifisme of pacifistisch anarchisme, is een stroming binnen het anarchisme welke geweld verwerpt als middel in de strijd voor sociale verandering en de afschaffing van kapitalisme en de staat.
Hoewel uiteindelijk alle anarchistische stromingen in feite een gelijkwaardige en egalitaire samenleving nastreven, en daarmee de afschaffing van de structurele uitbuiting en het geweld van het kapitalisme en de staat nastreven, is het gebruik van geweld om dit te bereiken altijd een belangrijk discussiepunt geweest. Voor veel anarchisten is het duidelijk dat de staat en kapitalisten hun macht met geweld zullen verdedigen en dat er daarom een vorm van tegengeweld nodig is, op zijn minst ter zelfverdediging. Het anarcho-pacifisme wijst echter, in tegenstelling tot de meeste andere stromingen, geweld af en pleit daarvoor in de plaats voor lijdzaam verzet, burgerlijke ongehoorzaamheid, blokkade, onttrekking en soms ook sabotage. Wat precies als geweld wordt gedefinieerd verschilt soms - sommige anarcho-pacifisten maken bijvoorbeeld een onderscheid tussen geweld tegen goederen en dat tegen mensen.
Het pacifistisch anarchisme ontwikkelde zich vooral sterk in Nederland, Duitsland, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten. In Nederland hangt dit samen met de vrij grote religieus-anarchistische en antimilitaristische bewegingen. Henry David Thoreau en Leo Tolstoj zijn vroege denkers die veel invloed hebben gehad in de ontwikkeling van deze denkstroming. Later zouden de ideeën van Mohandas Gandhi veel aan invloed winnen, hoewel deze vaak vrij selectief aangehaald worden.