Gebruikershulpmiddelen

Site-hulpmiddelen


namespace:pierre-joseph_proudhon

Verschillen

Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.

Link naar deze vergelijking

Beide kanten vorige revisie Vorige revisie
Volgende revisie
Vorige revisie
namespace:pierre-joseph_proudhon [19/07/17 11:20]
defiance
namespace:pierre-joseph_proudhon [06/03/21 08:34] (huidige)
defiance [Voetnoten]
Regel 3: Regel 3:
 <WRAP right box 30%> <WRAP right box 30%>
 {{:​namespace:​pierre-joseph-proudhon_-_courbet.jpg?​200|}} {{:​namespace:​pierre-joseph-proudhon_-_courbet.jpg?​200|}}
-Pierre-Joseph Proudhon, uitsnede uit het schilderij van Gustav Courbet.+//​Portret ​Pierre-Joseph Proudhon, uitsnede uit het schilderij van Gustav Courbet//
 </​WRAP>​ </​WRAP>​
  
Regel 12: Regel 12:
 ===== Biografie ===== ===== Biografie =====
  
-De Fransman Proudhon wordt ook wel de ‘vader van de anarchie’ genoemd. Geboren in een ambachtsgezin van landarbeidersafkomst,​ ging hij tot zijn zeventiende naar de middelbare school en daarna ging hij werken als typograaf. Later behaalde Proudhon de graad van baccalaureaat en ging hij verder studeren in Parijs. In 1840 verscheen het opzienbarende "​Qu’est-ce que la propriété ? Ou recherches sur la principe du droit et du gouvernement."​ In hetzelfde jaar stopte hij met zijn studies en ging hij in Lyon werken bij een boottransportbedrijf. Maar hij bleef Parijs bezoeken en tussen 1843 en 1845 ontmoette hij er onder andere Michael Bakoenin, Alexander Herzen, Karl Grün en [[Karl Marx]]. Sinds 1847 leefde Proudhon alleen nog van zijn pen. Hij schreef met stijl en was een veel gelezen auteur. In Frankrijk hield men hem voor een groot econoom en in Duitsland bejubelden de filosofen hem.+De Fransman Proudhon wordt ook wel de ‘vader van de anarchie’ genoemd. Geboren in een ambachtsgezin van landarbeidersafkomst,​ ging hij tot zijn zeventiende naar de middelbare school en daarna ging hij werken als typograaf. Later behaalde Proudhon de graad van baccalaureaat en ging hij verder studeren in Parijs. In 1840 verscheen het opzienbarende "​Qu’est-ce que la propriété ? Ou recherches sur la principe du droit et du gouvernement."​ In hetzelfde jaar stopte hij met zijn studies en ging hij in Lyon werken bij een boottransportbedrijf. Maar hij bleef Parijs bezoeken en tussen 1843 en 1845 ontmoette hij er onder andere Michael Bakoenin, Alexander Herzen, Karl Grün en Karl Marx. Sinds 1847 leefde Proudhon alleen nog van zijn pen. Hij schreef met stijl en was een veel gelezen auteur. In Frankrijk hield men hem voor een groot econoom en in Duitsland bejubelden de filosofen hem.
  
 Na de februarirevolutie van 1848 werd hij tot volksvertegenwoordiger in de Assemblée Nationale verkozen, waar hij zich verzette tegen de etatistische decreten van het voorlopig bewind. Met de bedoeling om nieuwe arbeidersassociaties renteloos in het nodige kapitaal te voorzien organiseerde hij in januari 1849 een //Banque du Peuple// (vert. Bank van het Volk). Proudhon werd echter in vervolging gesteld omdat hij in de pers Louis-Napoleon in een slecht daglicht had gesteld. De volksbank werd opgedoekt en hij vluchtte eind maart naar België. Op 7 juni, tijdens een bezoek aan Parijs, werd hij echter door de Franse ordediensten gevat en voor drie jaar opgesloten. In gevangenschap huwde hij met de veertien jaar jongere galonmaakster Euphrasie Piégard en uit hun huwelijk zouden vier dochters worden geboren. Na de februarirevolutie van 1848 werd hij tot volksvertegenwoordiger in de Assemblée Nationale verkozen, waar hij zich verzette tegen de etatistische decreten van het voorlopig bewind. Met de bedoeling om nieuwe arbeidersassociaties renteloos in het nodige kapitaal te voorzien organiseerde hij in januari 1849 een //Banque du Peuple// (vert. Bank van het Volk). Proudhon werd echter in vervolging gesteld omdat hij in de pers Louis-Napoleon in een slecht daglicht had gesteld. De volksbank werd opgedoekt en hij vluchtte eind maart naar België. Op 7 juni, tijdens een bezoek aan Parijs, werd hij echter door de Franse ordediensten gevat en voor drie jaar opgesloten. In gevangenschap huwde hij met de veertien jaar jongere galonmaakster Euphrasie Piégard en uit hun huwelijk zouden vier dochters worden geboren.
  
-Proudhon zou later nog pogingen ondernemen om een volksbank op te richten. Tussen 1853 en 1855 zocht hij in dat kader zelfs contact met Napoleon III. In 1858 werd hij opnieuw veroordeeld naar aanleiding van een publicatie. Hij vluchtte eens te meer naar Brussel waar hij dit keer tot 1862 verbleef. Hier kwam hij in contact met [[Leo Tolstoi]]. Proudhon hield zich niet actief bezig met de interne Belgische politiek. Niettemin ontstond in 1862 ten onrechte een zekere oppositie tegenover zijn persoon. Dit naar aanleiding van een tekst waarin hij Napoleon III zou aangespoord hebben België te annexeren. Proudhon voelde aan dat het ogenblik om naar Frankrijk terug te keren was aangebroken. Drie jaar later stierf hij.+Proudhon zou later nog pogingen ondernemen om een volksbank op te richten. Tussen 1853 en 1855 zocht hij in dat kader zelfs contact met Napoleon III. In 1858 werd hij opnieuw veroordeeld naar aanleiding van een publicatie. Hij vluchtte eens te meer naar Brussel waar hij dit keer tot 1862 verbleef. Hier kwam hij in contact met [[Leo Tolstoj]]. Proudhon hield zich niet actief bezig met de interne Belgische politiek. Niettemin ontstond in 1862 ten onrechte een zekere oppositie tegenover zijn persoon. Dit naar aanleiding van een tekst waarin hij Napoleon III zou aangespoord hebben België te annexeren. Proudhon voelde aan dat het ogenblik om naar Frankrijk terug te keren was aangebroken. Drie jaar later stierf hij.
  
 ==== Proudhon'​s denken ==== ==== Proudhon'​s denken ====
Regel 24: Regel 24:
 “La propriété c’est le vol” werd zijn slogan. Tegenover de kapitalistische inrichting van arbeid en productie, die van boven af door adel, geestelijkheid,​ industriëlen en staat werd opgelegd, poneerde hij een sociale revolutie die steunend op de “autogestion ouvrière” een nieuwe industriële democratie in collectivistische,​ gedecentraliseerde zin zou vestigen. De sociale revolutie zou zich met andere woorden economisch vertalen in wat hij het mutualisme noemde en tegenover de gangbare autoritaire staatspolitiek stelde hij het federalisme. Mutualisme was zelfrealisatie door autonome arbeid in vrije, solidaire samenwerking met anderen. Federalisme was politieke besluitvorming van onder naar boven. Dat is de essentie van Proudhon’s visie. “La propriété c’est le vol” werd zijn slogan. Tegenover de kapitalistische inrichting van arbeid en productie, die van boven af door adel, geestelijkheid,​ industriëlen en staat werd opgelegd, poneerde hij een sociale revolutie die steunend op de “autogestion ouvrière” een nieuwe industriële democratie in collectivistische,​ gedecentraliseerde zin zou vestigen. De sociale revolutie zou zich met andere woorden economisch vertalen in wat hij het mutualisme noemde en tegenover de gangbare autoritaire staatspolitiek stelde hij het federalisme. Mutualisme was zelfrealisatie door autonome arbeid in vrije, solidaire samenwerking met anderen. Federalisme was politieke besluitvorming van onder naar boven. Dat is de essentie van Proudhon’s visie.
  
-Zijn onderzoek was in de eerste plaats gericht op de economische realiteit. Hij bestudeerde ondermeer de verschillende verrechtvaardigingen van het privé-bezit van productiemiddelen en leverde er dan kritiek op. Volgens hem stond de gepresteerde arbeid fundamenteel los van het eigendomsrecht. Hij maakte hierbij een onderscheid tussen eigendom en bezit. De eigendom van de productiemiddelen was collectief, omdat de productiemiddelen het resultaat waren van generaties lange arbeid en voor de rest door de natuur waren gegeven. Bezit daarentegen had te maken met een vorm van vruchtgebruik en dat moest in handen zijn van de arbeiders of producenten zelf. Ten opzichte van de burgerij die zich het grootste deel van de "​forces collectives"​ had eigen gemaakt, proclameerde hij: "La propriété c'est le vol". Zij kon noch op het bezit, noch op de eigendom aanspraak maken omdat zij geen enkele arbeid leverde. Zij had nochtans arbeid en kapitaal weten te scheiden en de producent van zijn arbeid vervreemd. Zij lag aan de basis van de bestendiging van een economisch systeem dat uitbuiting, ongelijkheid en ongerechtigheid in zich droeg. Het systeem dwong de patroon overigens in deze rol omdat het uitging van winstbejag en kapitaalsaccumulatie. De vrije concurrentie deed de rest: monopolisering en concentratie hadden een nog grotere ​aliënatie ​tot gevolg.+Zijn onderzoek was in de eerste plaats gericht op de economische realiteit. Hij bestudeerde ondermeer de verschillende verrechtvaardigingen van het privé-bezit van productiemiddelen en leverde er dan kritiek op. Volgens hem stond de gepresteerde arbeid fundamenteel los van het eigendomsrecht. Hij maakte hierbij een onderscheid tussen eigendom en bezit. De eigendom van de productiemiddelen was collectief, omdat de productiemiddelen het resultaat waren van generaties lange arbeid en voor de rest door de natuur waren gegeven. Bezit daarentegen had te maken met een vorm van vruchtgebruik en dat moest in handen zijn van de arbeiders of producenten zelf. Ten opzichte van de burgerij die zich het grootste deel van de "​forces collectives"​ had eigen gemaakt, proclameerde hij: "La propriété c'est le vol". Zij kon noch op het bezit, noch op de eigendom aanspraak maken omdat zij geen enkele arbeid leverde. Zij had nochtans arbeid en kapitaal weten te scheiden en de producent van zijn arbeid vervreemd. Zij lag aan de basis van de bestendiging van een economisch systeem dat uitbuiting, ongelijkheid en ongerechtigheid in zich droeg. Het systeem dwong de patroon overigens in deze rol omdat het uitging van winstbejag en kapitaalsaccumulatie. De vrije concurrentie deed de rest: monopolisering en concentratie hadden een nog grotere ​vervreemding ​tot gevolg. 
 Proudhon wees het bestaande economische stelsel geheel af. Hij construeerde een totaal nieuw concept waarin bepaalde positieve facetten die hij in het economisch leven terugvond en de ervaringen die hij bij textielarbeiders in Lyon had opgedaan, sterk meetelden. Dit concept noemde hij het "​mutualisme"​. Het mutualisme definieerde het sociaal leven als gepluraliseerd en solidair: samengesteld uit relatief autonome elementen die dialectisch verenigd waren onder het vaandel van de solidariteit. Met andere woorden, de verschillende productiecentra verenigden zich zonder hun verscheidenheid te willen prijs geven. Zij behielden hun autonomie en vrijheid en verhielden zich federaal met elkaar. Proudhon wees het bestaande economische stelsel geheel af. Hij construeerde een totaal nieuw concept waarin bepaalde positieve facetten die hij in het economisch leven terugvond en de ervaringen die hij bij textielarbeiders in Lyon had opgedaan, sterk meetelden. Dit concept noemde hij het "​mutualisme"​. Het mutualisme definieerde het sociaal leven als gepluraliseerd en solidair: samengesteld uit relatief autonome elementen die dialectisch verenigd waren onder het vaandel van de solidariteit. Met andere woorden, de verschillende productiecentra verenigden zich zonder hun verscheidenheid te willen prijs geven. Zij behielden hun autonomie en vrijheid en verhielden zich federaal met elkaar.
  
 Proudhon erkende daarom het belang van concurrentie. Maar hij gaf aan dit begrip een andere betekenis dan gebruikelijk. Concurrentie mocht niet leiden naar '​liberale'​ chaos, naar het recht van de sterkste, naar accumulatie van kapitaal. Concurrentie moest gezien worden in het kader van solidariteit,​ van '​mutuale contracten'​ die tussen verschillende productiepolen werd afgesloten en zij was in die zin de positieve factor van spontaniteit in het economische systeem. Deze mutuale contracten omvatten eigenlijk het opstellen van de ruilregels tussen de centra onderling en verder bepaalden zij de aard en de hoeveelheid van de te produceren goederen. Bondig gezegd: door het aangaan van mutuale contracten zouden de talrijke productie-associaties,​ op basis van gelijke en wederkerige ruil, de autonomie van elke groep respecteren en de van tel zijnde concurrentie zou spontaan tot gevolg hebben dat diezelfde contracten op de meest efficiënte manier zouden worden afgesloten, en dit tot groter voordeel van de collectiviteit en het individu. Proudhon erkende daarom het belang van concurrentie. Maar hij gaf aan dit begrip een andere betekenis dan gebruikelijk. Concurrentie mocht niet leiden naar '​liberale'​ chaos, naar het recht van de sterkste, naar accumulatie van kapitaal. Concurrentie moest gezien worden in het kader van solidariteit,​ van '​mutuale contracten'​ die tussen verschillende productiepolen werd afgesloten en zij was in die zin de positieve factor van spontaniteit in het economische systeem. Deze mutuale contracten omvatten eigenlijk het opstellen van de ruilregels tussen de centra onderling en verder bepaalden zij de aard en de hoeveelheid van de te produceren goederen. Bondig gezegd: door het aangaan van mutuale contracten zouden de talrijke productie-associaties,​ op basis van gelijke en wederkerige ruil, de autonomie van elke groep respecteren en de van tel zijnde concurrentie zou spontaan tot gevolg hebben dat diezelfde contracten op de meest efficiënte manier zouden worden afgesloten, en dit tot groter voordeel van de collectiviteit en het individu.
  
-Het concept van Proudhon sloot een organisatie op nationaal niveau niet uit. Het federaal systeem zou hier de oplossing brengen. Het was bedoeld als politieke aanvulling van het mutualisme, dat het economisch leven regelde. Het federalisme liet toe dat ondernemingen elkaar vrij konden ontmoeten op het niveau van de lokaliteit, de provincie, het land en het maakte beslissingen voor het geheel van de economie mogelijk, bijvoorbeeld omtrent publiek, renteloos krediet (volksbank) en mutuale ​verzekeringen. Speciaal wat de boekhouding en de statistiek betreffen, sprak Proudhon zich uit voor nationale coördinatie. Dit was volgens hem nodig om de juiste noden en prijzen te kunnen bepalen. Proudhon was dus voor een zekere - zij het beperkte - economische planning.+Het concept van Proudhon sloot een organisatie op nationaal niveau niet uit. Het federaal systeem zou hier de oplossing brengen. Het was bedoeld als politieke aanvulling van het mutualisme, dat het economisch leven regelde. Het federalisme liet toe dat ondernemingen elkaar vrij konden ontmoeten op het niveau van de lokaliteit, de provincie, het land en het maakte beslissingen voor het geheel van de economie mogelijk, bijvoorbeeld omtrent publiek, renteloos krediet (volksbank) en mutualistische ​verzekeringen. Speciaal wat de boekhouding en de statistiek betreffen, sprak Proudhon zich uit voor nationale coördinatie. Dit was volgens hem nodig om de juiste noden en prijzen te kunnen bepalen. Proudhon was dus voor een zekere - zij het beperkte - economische planning. 
 Let wel: de economische macht lag beneden bij de basis. In de bedrijven moesten alle beslissingen door de arbeiders zelf worden genomen en in de algemene (openbare) diensten, die trouwens een louter informatieve rol kregen toebedeeld, zouden zij gebeuren door permanent afzetbare vertegenwoordigers die bovendien door een welomschreven mandaat waren gebonden. In de analyse van Proudhon was het economisch zelfbeheer van fundamenteel belang: de producenten zouden zich spontaan en vrij in productie-associaties organiseren,​ waarbij de productiemiddelen die men gebruikte in bezit kwamen van de groep en de individuele producent medebezitter werd. Proudhon bedoelde hiermee niet een vage arbeiderscontrole op het bedrijfsbeleid maar effectieve medewerking. Om dat in de praktijk mogelijk te maken moest elke arbeider een "​éducation ecyclopédique"​ gehad hebben zodat hij afwisselend alle taken in de productieassociatie zou kunnen uitvoeren. Deze kennisverwerving was voor hem een absolute vereiste om de sociale revolutie mogelijk te maken. Let wel: de economische macht lag beneden bij de basis. In de bedrijven moesten alle beslissingen door de arbeiders zelf worden genomen en in de algemene (openbare) diensten, die trouwens een louter informatieve rol kregen toebedeeld, zouden zij gebeuren door permanent afzetbare vertegenwoordigers die bovendien door een welomschreven mandaat waren gebonden. In de analyse van Proudhon was het economisch zelfbeheer van fundamenteel belang: de producenten zouden zich spontaan en vrij in productie-associaties organiseren,​ waarbij de productiemiddelen die men gebruikte in bezit kwamen van de groep en de individuele producent medebezitter werd. Proudhon bedoelde hiermee niet een vage arbeiderscontrole op het bedrijfsbeleid maar effectieve medewerking. Om dat in de praktijk mogelijk te maken moest elke arbeider een "​éducation ecyclopédique"​ gehad hebben zodat hij afwisselend alle taken in de productieassociatie zou kunnen uitvoeren. Deze kennisverwerving was voor hem een absolute vereiste om de sociale revolutie mogelijk te maken.
  
Regel 35: Regel 37:
  
 Proudhon had bij de samenstelling van zijn concept een '​manifacturaal-artisanaal'​ model voor ogen. Zijn aandacht ging uit naar middelgrote bedrijven: "​ateliers"​. Later zou hij zich meer toespitsen op grote industriële bedrijven maar hij verzette zich steeds tegen elke vorm van concentratie en monopolisering. Tegelijkertijd was hij voorstander van het familiaal boerenbedrijf,​ omdat de grond, de productiemiddelen,​ het bezit van hen die er mee werkten behoorde te zijn. Dus van de landarbeiderassociaties,​ maar ook van de individuele boer. Er was volgens hem geen enkele reden om de associatie op te dringen. Integendeel,​ die moest vrijwillig aangegaan worden. Proudhon had bij de samenstelling van zijn concept een '​manifacturaal-artisanaal'​ model voor ogen. Zijn aandacht ging uit naar middelgrote bedrijven: "​ateliers"​. Later zou hij zich meer toespitsen op grote industriële bedrijven maar hij verzette zich steeds tegen elke vorm van concentratie en monopolisering. Tegelijkertijd was hij voorstander van het familiaal boerenbedrijf,​ omdat de grond, de productiemiddelen,​ het bezit van hen die er mee werkten behoorde te zijn. Dus van de landarbeiderassociaties,​ maar ook van de individuele boer. Er was volgens hem geen enkele reden om de associatie op te dringen. Integendeel,​ die moest vrijwillig aangegaan worden.
 +
 Proudhon fabriceerde het mutualisme niet als oplossing voor het economisch probleem. Hij wees het aan als het noodzakelijke middel om tot een oplossing te komen. Dit mutualisme had tevens implicaties voor de politiek: het diende als basis waarop de politiek-federatieve wereld zich constitueerde in de vorm van autonome communes. Zoals het mutualisme de gelijkheid installeerde,​ zo had het federalisme de vrijheid in zich. Gelijkheid en vrijheid waren onlosmakelijk met elkaar verbonden. Een maatschappij waar de autoriteit - de gecentraliseerde macht - gehandhaafd bleef kon volgens Proudhon nooit leiden naar een gesocialiseerde maatschappij en was in se reactionair. Daarom verwierp hij de autoritaire drie-eenheid van kerk, staat en kapitaal. Proudhon fabriceerde het mutualisme niet als oplossing voor het economisch probleem. Hij wees het aan als het noodzakelijke middel om tot een oplossing te komen. Dit mutualisme had tevens implicaties voor de politiek: het diende als basis waarop de politiek-federatieve wereld zich constitueerde in de vorm van autonome communes. Zoals het mutualisme de gelijkheid installeerde,​ zo had het federalisme de vrijheid in zich. Gelijkheid en vrijheid waren onlosmakelijk met elkaar verbonden. Een maatschappij waar de autoriteit - de gecentraliseerde macht - gehandhaafd bleef kon volgens Proudhon nooit leiden naar een gesocialiseerde maatschappij en was in se reactionair. Daarom verwierp hij de autoritaire drie-eenheid van kerk, staat en kapitaal.
  
Regel 53: Regel 56:
 Proudhon wees in feite een politieke machtsgreep niet af, maar - en hierin verschilde hij van de jakobijnse traditie - die kon niet slagen als zij niet samen- en voorafging met een economische omwenteling. De ideeën en hun politieke veruitwendiging waren voor hem fundamenteel ondergeschikt aan de arbeid en haar revolutionaire organisatievormen. Om de revolutie waar te maken stelde Proudhon drie onmisbare - niet-economische - hoofdvoorwaarden voorop. Ten eerste moest het klassenbewustzijn serieus verbreid zijn in de proletarische massa. Onmiddellijk kan hierbij gezegd worden dat volgens Proudhon aan deze vereiste reeds voldaan werd. Vervolgens moest deze klasse zich een "​théorie ouvrière"​ eigen gemaakt hebben. Dat was volgens hem eveneens voor een groot stuk gebeurd en hij dacht trouwens van zichzelf dat hij aan de totstandkoming van deze theorie ijverig had meegewerkt. De taak was aan de toekomstige theoretici om dit verder uit te werken. Nochtans mag men niet denken dat in de visie van Proudhon de '​arbeidersklasse'​ haar theorie van buiten af ontving. Die theorie vond haar oorsprong in de klasse zelf. Zij was haar zelfkennis. Zij moest alleen nog beter gedefinieerd worden. De arbeidersmassa volgde alleen haar eigen inspiratie en die liep volgens hem in de richting van het mutualisme. Tenslotte moest het proletariaat praktische principes opstellen en dat was nog niet gebeurd. Het moest zich nog organiseren. Het succes van de revolutie zou afhangen van de spontane autogestieve activiteit van de arbeiders en van de mate waarin die activiteit uitbreiding en verspreiding zou vinden. Proudhon wees in feite een politieke machtsgreep niet af, maar - en hierin verschilde hij van de jakobijnse traditie - die kon niet slagen als zij niet samen- en voorafging met een economische omwenteling. De ideeën en hun politieke veruitwendiging waren voor hem fundamenteel ondergeschikt aan de arbeid en haar revolutionaire organisatievormen. Om de revolutie waar te maken stelde Proudhon drie onmisbare - niet-economische - hoofdvoorwaarden voorop. Ten eerste moest het klassenbewustzijn serieus verbreid zijn in de proletarische massa. Onmiddellijk kan hierbij gezegd worden dat volgens Proudhon aan deze vereiste reeds voldaan werd. Vervolgens moest deze klasse zich een "​théorie ouvrière"​ eigen gemaakt hebben. Dat was volgens hem eveneens voor een groot stuk gebeurd en hij dacht trouwens van zichzelf dat hij aan de totstandkoming van deze theorie ijverig had meegewerkt. De taak was aan de toekomstige theoretici om dit verder uit te werken. Nochtans mag men niet denken dat in de visie van Proudhon de '​arbeidersklasse'​ haar theorie van buiten af ontving. Die theorie vond haar oorsprong in de klasse zelf. Zij was haar zelfkennis. Zij moest alleen nog beter gedefinieerd worden. De arbeidersmassa volgde alleen haar eigen inspiratie en die liep volgens hem in de richting van het mutualisme. Tenslotte moest het proletariaat praktische principes opstellen en dat was nog niet gebeurd. Het moest zich nog organiseren. Het succes van de revolutie zou afhangen van de spontane autogestieve activiteit van de arbeiders en van de mate waarin die activiteit uitbreiding en verspreiding zou vinden.
  
-==== Controverses ====+==== Controverses: antisemitisme en seksisme ​====
  
-Vrouwvijandigheid +Stewerd Edwards, redacteur van het boek //Selected Writings of Pierre-Joseph Proudhon//, merkt op dat "​Proudhons dagboeken een bijna paranoïde gevoel van haat tegenover joden tonen. In 1847 overwoog hij een artikel te publiceren tegen het joodse ras dat hij zei te '​haten'​. Het voorgestelde artikel zou "​oproepen tot het uitwijzen van de joden uit Frankrijk."​[4] Het zou hebben gesteld dat "De jood een vijand is van het menselijke ras. Dit ras moet worden teruggestuurd naar Azië, of uitgeroeid worden. H. Heine, A. Weill en anderen zijn simpelweg geheime spionnen; Rotchild, Crémieux, Marx, Fould, kwade, cholerische,​ jaloerse, bittere heren die ons haten."​[5][6] Proudhons antisemitisme verschilde volgens hem van dat in de Middeleeuwen omdat "Wat de mensen in de Middeleeuwen instinctief haatten, haat ik door reflectie en onherroepelijk."​[7] 
-Antisemitisme+ 
 +Hoewel zijn racisme geen groot onderdeel uitmaakte van zijn politieke filosofie, was zijn seksisme wel degelijk openbaar. Proudhon hield er een patriarchaal wereldbeeld op na. In zijn notitieboeken,​ de Carnets, schreef hij dat de keuze voor de vrouw was om een "​hofdame of een huishoudster"​ te zijn. Voor een vrouw is de man "een vader, een baas, een meester: boven alles, een meester."​ Hij rechtvaardigde het patriarchaat door de "​sterke fysieke kracht"​ van de man en raadde mannen aan deze kracht te gebruiken om de vrouw haar plaats te wijzen. Proudhon stelde: "Een vrouw haat het helemaal niet om door middel van geweld gebruikt te worden, zelfs geschonden te worden"​. 
 + 
 +Proudhon schreef in 1875 het pamflet //La Pornocratie ou les femmes dans les temps modernes//​[8] wat misschien wel het meest anti-feministische document van zijn tijd is. Zijn rabiate seksisme stuitte ook toen al op weerstand. Joseph Déjacque viel hem bijvoorbeeld aan om zijn anti-feministische standpunten aan en stelde dat deze een contradictie waren op de anarchistische basisprincipes. Déjacque wiep Proudhon voor: "​spreek jezelf uit tegen de uitbuiting van de vrouw door de man" of "​omschrijf jezelf niet meer als een anarchist."​[9]
  
 ===== Teksten ===== ===== Teksten =====
  
   * [[Geregeerd worden is]], 1851   * [[Geregeerd worden is]], 1851
 +
 +  * [[Wat is eigendom?​]],​ 1840 (boek)
  
 ===== Bibliografie ===== ===== Bibliografie =====
  
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​Qu'​est-ce que que la propriete? ou recherche sur le principe du droit et du gouvernmentParijs, 1840. +  * //Qu'​est-ce que que la propriete? ou recherche sur le principe du droit et du gouvernment//, Parijs, 1840 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​De la Creation de l'​ordre dans l'​humanite,​ Besanqon, 1843. +  * //De la Creation de l'​ordre dans l'​humanite//, Besanqon, 1843 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​Les Carnets, Parijs, 1843-1864, 11 dln.Parijs, 1960, 2 dln. +  * //Les Carnets, Parijs, 1843-1864//, 11 dln.Parijs, 1960, 2 dln. 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​Systeme des contradictions economiques,​ ou philosophic de la misere, Parijs, 1846, 2 dln. +  * //Systeme des contradictions economiques,​ ou philosophic de la misere//, Parijs, 1846, 2 dln. 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​Solution du probleme social, Parijs, 1848. +  * //Solution du probleme social, Parijs//, 1848 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​Les Confessions d'un revolutionnaireParijs, 1849. +  * //Les Confessions d'un revolutionnaire//, Parijs, 1849 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​Banque du peuple, suivie du rapport de la commission des delegues du Luxembourg, Parijs, 1849. +  * //Banque du peuple, suivie du rapport de la commission des delegues du Luxembourg//, Parijs, 1849 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​L'Idee generale de la revolution au XlXeme siecle, Parijs, 1851. +  * //L'Idee generale de la revolution au XlXeme siecle//, Parijs, 1851 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​La Revolution sociale demontree par le coup d'etat du deuxieme decembre, Parijs, 1852. +  * //La Revolution sociale demontree par le coup d'etat du deuxieme decembre//, Parijs, 1852 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​Philosophie du progres, programmeBrussel, 1853. +  * //Philosophie du progres, programme//, Brussel, 1853 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​De la Justice dans la revolution et dans l'​Eglise,​ Paris, 1858, 3 dln. -- [pdf file] +  * //De la Justice dans la revolution et dans l'​Eglise//, Paris, 1858, 3 dln. 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​La Guerre et la paix, Paris, 1861, 2 dln. +  * //La Guerre et la paix//, Paris, 1861, 2 dln. 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​Du Principe federatif et de la necessite de reconstituer le parti de la revolution, Parijs, 1863. +  * //Du Principe federatif et de la necessite de reconstituer le parti de la revolution//, Parijs, 1863 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​Du Principe de l'art et de sa destination sociale, Parijs, 1865. +  * //Du Principe de l'art et de sa destination sociale//, Parijs, 1865 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​De la Capacite politique des classes ouvrieres, Parijs, 1865. +  * //De la Capacite politique des classes ouvrieres//, Parijs, 1865 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​Oeuvres completes, Parijs, 1867-1870, 26 dln., 1923-1965, 19 dln. +  * //Oeuvres completes//, Parijs, 1867-1870, 26 dln., 1923-1965, 19 dln. 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​Correspondance,​ Parijs, 1874-1875, 14 dln. +  * //Correspondance,​ Parijs//, 1874-1875, 14 dln. 
-  * Pierre-Joseph Proudhon, ​La pornocratie,​ ou Les femmes dans les temps modernes,​1875. [pdf file (French)] +  * //La pornocratie,​ ou Les femmes dans les temps modernes//, 1875 
 + 
 + 
 +===== Voetnoten ===== 
 + 
 +  * [1] George Woodcock, Anarchism; A History of Libertarian Ideas and Movements; 1962 
 +  * [2] Anton Constandse, Anarchisme van de Daad; 1969; bladzijdes 26 en 27 
 +  * [3] Daniel Guerin, Anarchisme; 1965 
 +  * [4] Pierre-Joseph Proudhon, //Carnets// (notitieboeken),​ edP. Haubtmann, Marcel Rivière, Paris 1960 
 +  * [5] P.J. Proudhon, //​Carnets//,​ vol. 2, pag. 337: No. VI, pag. 178 
 +  * [6] P.J. Proudhon, //​[[https://​www.marxists.org/​reference/​subject/​economics/​proudhon/​1847/​jews.htm|On the Jews]]// ​(notitie in een van zijn dagboeken), uit de //​Carnets//​. 
 +  * [7Richard L. Rubenstein en John K. Roth, //​Approaches to Auschwitz: The Legacy of the holocaust//,​ London 1987, pag. 71 
 +  * [8] Pierre-Joseph Proudhon, //​[[https://​fr.m.wikisource.org/​wiki/​La_Pornocratie,​_ou_les_Femmes_dans_les_temps_modernes|La Pornocratie,​ ou les Femmes dans les temps modernes]]//,​ 1875 
 +  * [9] Jesse Cohn, "​Anarchism and gender"​ in //​[[https://​onlinelibrary.wiley.com/​doi/​10.1002/​9781405198073.wbierp0055|The International Encyclopedia of Revolution and Protest]]//,​ 2009
  
 ===== Bronnen ===== ===== Bronnen =====
  
-  ​Wikipedia: ​https://​nl.wikipedia.org/​wiki/​Pierre-Joseph_Proudhon+   De [[https://​nl.wikipedia.org/​wiki/​Pierre-Joseph_Proudhon|Nederlandstalige]] en [[https://​en.wikipedia.org/​wiki/​Pierre-Joseph_Proudhon|Engelstalige]] Wikipedia-bijdrage
   * Jan Pelleringfonds:​ http://​janpelleringfonds.be   * Jan Pelleringfonds:​ http://​janpelleringfonds.be
-  * [1] George Woodcock: Anarchism; A History of Libertarian Ideas and Movements; 1962 
-  * [2] Anton Constandse: Anarchisme van de Daad; 1969; bladzijdes 26 en 27 
-  * [3] Daniel Guerin: Anarchisme; 1965 
- 
namespace/pierre-joseph_proudhon.1500463258.txt.gz · Laatst gewijzigd: 16/10/19 09:41 (Externe bewerking)