Inhoud

De Commune van Parijs en Kronstadt

Door Alexander Berkman

Deze tekst verscheen in 1931 als een artikel in Der Syndikalist, de krant van de Freie Arbeiter-Union Deutschlands (FAUD).


De Commune van Parijs en Kronstadt

Maart is een historische maand. In de strijd tegen de kracht der duisternis en onderdrukking heeft het vaak een belangrijke rol gespeeld. Echter, de meest belangrijke gebeurtenis in maart is van een relatief recente datum. Het gebeurde in Rusland, slechts tien jaar geleden in 1921, en werd bekend als de Opstand van Kronstadt.

In veel van zijn karaktereigenschappen heeft de Opstand van Kronstadt veel gemeen met een andere historische opstand, namelijk die van het Parijse proletariaat in 1871. Dit was de Parijse Commune. Maart is dus de jubileummaand voor zowel de Commune als Kronstadt, en het is uiterst gepast dat deze twee grote gebeurtenissen op hetzelfde moment worden gevierd.

Ik zeg “gevierd” hier doordacht. Hoewel Kronstadt en de Commune als verschrikkelijke tragedies eindigden, zijn ze in de proletarische geschiedenis ook belangrijk als roerende en gedenkwaardige strijdmomenten voor de vrijheid en rechtvaardigheid. Het zijn bakens van hoop en en bemoediging op de weg naar bevrijding. Het is waar dat zowel de Commune als Kronstadt hun uiteindelijke doel niet hebben bereikt, maar het feit dat het gebeurd is en dat er met heldhaftige revolutionair idealisme is gestreden, is een bron van eeuwigdurende inspiratie voor de onderdrukten en ontheemden der aarde.

Op 18 maart, 1871, werd door het revolutionaire proletariaat van Parijs de Commune uitgeroepen. Er zijn tijden wanneer de regering zonder veel strubbeling omver kan worden geworpen. Op bepaalde momenten stort de politieke Staat in elkaar, als een kaartenhuis, bij de eerste adem van een volk in opstand. In Frankrijk was maart 1871 zo’n moment. Het volk was verbitterd tegen de regering en moe van de oorlog met Duitsland. Het tirannieke, onderdrukkende, en corrupte gezag had het volk tot wanhoop gedreven. Bismarck kon zijn eigen termen aan een vernederde Franse regering opleggen. Hierdoor groeide de afgunst en vijandschap die het Franse volk tegen de staatshoofden voelde.

Het was een gunstig moment voor revolutie en het uitroepen van de Commune vervulde de gehele bevolking met de grootste vreugde. Het werd als een lang verlangde verlossing van de gehate tirannen in Versailles gevoeld. Zelfs de mensen uit de middenklasse werden door het algemene enthousiasme meegesleept; ze verwelkomden de meest diepgaande verandering. De tijd was rijp. Het was de meest goedgezinde situatie voor het opnieuw en revolutionair opbouwen van het land.

Actie was noodzakelijk en urgent – revolutionaire actie om de proletarische ambities in het leven te roepen. Actie om de Commune een levendige werkelijkheid te maken, en uit te breiden over het gehele land.

Helaas zou het respect voor burgerlijke gedachten over wet en orde, de heiligheid van kapitalistisch eigendom, en geloof in de “menselijkheid” van de vijand al snel ervoor zorgen dat deze grote overwinning van de revolutionaire massa's een verschrikkelijke nederlaag werd. De Commune had als eerste maatregel ervoor moeten zorgen dat iedereen van brood voorzien was. De warenhuizen waren goed gevuld, de rijken hadden zich tijdens de oorlog rijkelijk voorzien, en zowel de private als de regeringsbanken bulkten van het goud.

De Commune had de opgebouwde rijkdom en het voedsel moeten confisqueren zodat deze aan de hongerige massa's kon worden verdeeld. In plaats daarvan maakte ze de fatale fout om kostbare tijd te verspillen aan… verkiezingen. In plaats van voor henzelf te handelen en de nieuwe orde der dingen te organiseren besloten de Communards hun “leiders” te vertrouwen. De leiders werd gevraagd het initiatief te nemen en de noodzakelijke maatregelen door te voeren. Bekende revolutionairen werden met grote meerderheden verkozen: Jacobijnen, Blanquisten, en Internationalisten werden vertegenwoordigd in de raad van de Commune. Maar zelfs met de beste intenties wisten deze revolutionaire “leiders” niet wat ze met de Revolutie aan moesten. De massa's wisten wat ze wilden en nodig hadden, maar de raad van verkozenen volgden slechts de al gevestigde vormen van “regeren.” Ze wisten niet eens hoe ze de verdediging van Parijs moesten organiseren.

Pas te laat realiseerde de Commune zich dat ze vooral voedsel nodig hadden, niet nieuwe regels. Ze begonnen gemeenschappelijke keukens te openen om de mensen te voeden, maar waardevolle tijd was al verloren gegaan. Daarmee hebben ze Versailles de kans gegeven om van hun grote schrik te bekomen en krachten te verzamelen om het revolutionaire proletariaat van Parijs aan te vallen. Thiers en Gallifet hebben de Commune vervolgens verdronken in het bloed van diens heldhaftige verdedigers. Daarbij hebben ze 30.000 arbeiders afgeslacht. De Communards hebben voor hun fouten duur betaald.

Dezelfde vreselijke prijs heeft Kronstadt betaald voor diens geloof in bestuurders. De mensen van Kronstadt waren trouwe revolutionairen die net zo toegewijd waren aan hun zaak als de Communards. Ze werden slachtoffers van hun eigen vertrouwen in de revolutionaire integriteit van de Bolsjewistische heersers.

De opstand van Kronstadt begon in maart 1921 als een simpele uiting van sympathie met stakende werkers in Sint-Petersburg. De soldaten en matrozen van Kronstadt hadden zich als het meest revolutionaire element in Rusland bewezen. Zij waren de belangrijkste kracht van de Bolsjewieken in hun gevecht tegen Kerensky’s voorlopige regering. De strijders uit Kronstadt hebben het mogelijk gemaakt dat de Grondwetgevende Vergadering kon worden gedwarsboomd en de Communistische Partij de macht kon overnemen, met Lenin en Trotski als nieuwe dictators in het Kremlin. Trotski heeft meermaals verklaard dat de Bolsjewieken machteloos zouden zijn geweest zonder de matrozen van Kronstadt. Hij noemde deze matrozen de ”trots en glorie der revolutie.”

Tijdens de Oktoberrevolutie streden de soldaten en matrozen uit Kronstadt zij aan zij met arbeiders. Zij deelden in de honger en bleken ware broeders in de strijd voor een gemeenschappelijk doel. Geen wonder dat, toen de algemene staking in Sint-Petersburg op 24 februari 1921 uitbrak, de mensen van Kronstadt verbijsterd waren. Deze verbijstering werd door heel het land gedeeld. Slechts kort voor deze staking hadden de arbeiders Sint-Petersburg zonder hulp succesvol verdedigd tegen het leger van Yudenitch. Met deze overwinning wisten ze niet alleen Sint-Petersburg, maar ook Moskou en de revolutie te redden. De Bolsjewieken hadden veel te danken aan de arbeiders van Sint-Petersburg. De ambachtsmensen, monteurs, en dagarbeiders hadden op veel fronten gediend; zij waren de echte voorhoede van de revolutie en hebben bloed en alles wat zij hadden opgeofferd voor het revolutionaire doel.

De toestanden in de fabrieken en molens van Sint-Petersburg werden desondanks ondraaglijk. Het werk was zwaar, de rantsoenen niet toereikend, en er werd geen kleding uitgegeven om de arbeiders tegen de afschuwelijke kou te beschermen. De heerschappij van de Bolsjewieken was uiterst draconisch en hun zware hand werd meer en meer door de arbeiders gevoeld. Desalniettemin bleven ze kalm en wachtten ze tot de Bolsjewieken hun beloftes waar gingen maken. Ze waren plechtig een milder bewind beloofd, net als betere rantsoenen en een meer menswaardige behandeling. Ze zouden meer vrijheid en meer gelijkwaardige rechtvaardigheid krijgen – zo snel als de burgeroorlog voorbij zou zijn, en de soldaten terug van het front kwamen.

Nu was de tijd gekomen. De soldaten waren terug gekeerd van alle fronten en de meesten waren aan het werk gegaan op de boerderijen of in de industrieën. Er kwamen weer meer voorraden en beter transport beschikbaar. De arbeiders van Sint-Petersburg hadden hard geleden door de oorlog en de strijd tijdens de revolutie. Nu wachten ze gretig op het waarmaken van de beloftes van de Bolsjewistische regering.

Ze wachtten lange tijd geduldig, maar tevergeefs. De inefficiëntie en het mismanagement van de Bolsjewieken ging door. Hun onverschilligheid tegenover het leiden in het land veranderde niet. Daarentegen werd juist het terreurbewind dagelijks erger.

De werkers van Sint-Petersburg begonnen in te zien dat het leven niet door kon gaan in hun situatie, en dat de regering niets ging doen in de zaak. Ze besloten samen te komen om te praten over wat ze nodig hadden en manier te zoeken om de honger en nood te verlichten. Ze riepen op tot een vergadering hierover. De regering van Sint-Petersburg, met Zinoviev aan het hoofd, besloot deze direct te verbieden en onderdrukken. De arbeiders waren verontwaardigd over deze despotische en onrechtvaardige methodes. Er werd tot meer vergaderingen opgeroepen maar ook deze werden verboden door de Bolsjewieken. De arbeiders werden steeds meer uitgesproken in hun verontwaardiging. Ze beschuldigden de Bolsjewieken er van dat ze de meest onrevolutionaire concessies aan de kapitalisten van Europa en Amerika gaven. Er werd geklaagd dat de Bolsjewieken de ergste compromissen met de kapitalisten sluiten terwijl ze de Russische arbeiders geen enkele rechten gaven. In heel Rusland groeiden gevoelens tegen de communisten. Deze gevoelens waren het sterkste onder de arbeiders van Sint-Petersburg, die in heel Rusland het meest geschoold waren.

Er werden commissies naar Zinoviev gestuurd om op vriendschappelijke manier tot een verstandhouding te komen. Echter weigerde die autocraat om ook maar te praten met de commissies. Om de regering te dwingen naar hun eisen te luisteren werd uiteindelijk tot een staking opgeroepen. De eersten die begonnen met de staking waren de mensen van de Patronny munitiefabriek. Zij werden gevolgd door de arbeiders van de Trubotchny en Baltiysky fabrieken. In plaats van de stakers aan te horen, richtte de regering van Sint-Petersburg een speciaal “defensiecomité” op om de stakingsbeweging te onderdrukken.

Het defensiecomité verklaarde direct dat de stakers contrarevolutionairen zouden zijn. Ze werden uit de fabrieken buitengesloten en kregen geen rantsoenen meer. Dit betekende de hongersnood voor de arbeiders en hun families. Demonstraties van de stakers werden door het leger uiteen gedreven en dagelijks werden meer mensen gearresteerd. Over de stad werd een staat van beleg uitgeroepen. Dagelijks stierven er mensen door de Tsjeka,[1] honger, of kou.

Het waren deze gebeurtenissen die de soldaten en matrozen bewogen. Ze voelden dat er iets radicaal fout was als de revolutionaire arbeidersklasse van Sint-Petersburg zo door de Bolsjewieken werden behandeld. Ze weigerden echter kant te kiezen tot ze eerst zelf de situatie hadden onderzocht. De matrozen verklaarden dat als de eisen van de arbeiders niet te rechtvaardigen of buitensporig bleken, ze geen steun zouden bieden aan de arbeiders.

Een commissie van matrozen kwam stil naar Sint-Petersburg en onderzochten de beweringen en eisen van de arbeiders. Het rapport van de commissie werd voorgelegd aan een publieke vergadering van matrozen, soldaten, en arbeiders van Kronstadt. Deze vergadering werd op 1 maart gehouden op het Yakornyplein. De president van de Kronstadt Sovjet, de communist Vassilenko, was de voorzitter van deze vergadering. Tijdens de vergadering werd een motie aangenomen in ondersteuning van de stakers van Sint-Petersburg. De motie eiste radicale hervormingen in verband met de het machtsmisbruik van de Commissarisen.[2] Ook werden grotere vrijheden van de bolsjewistische regering geëist.

President Kalinin en Commissaris Kuzmin, het hoofd van de Baltische vloot wat in Kronstadt was gestationeerd, waren ook aanwezig op deze vergadering. Zij verklaarden dat de matrozen en soldaten van het Rode Leger contrarevolutionairen waren omdat ze vrije verkiezingen voor de vertegenwoordigers in de Kronstadt Sovjet durfden te eisen.

Kronstadt benoemde een commissie van 30 personen om aan Zinoviev te vragen de situatie te bespreken. Deze commissie werd bij aankomst in de stad meteen gearresteerd. Het was de eerste klap tegen Kronstadt van de communistische regering. Dit alles omdat Kronstadt sympathie met de uitgehongerde arbeiders van Sint-Petersburg durfde te uiten.

Vanaf dat moment ontwikkelde de situatie zich snel. De Sovjet van Sint-Petersburg, die compleet gecontroleerd werd door Zinoviev, noemde de matrozen en arbeiders van Kronstadt contrarevolutionairen die in de belangen van de Tsaristische generaals handelden. Diezelfde dag brachten Lenin en Trotski een ultimatum uit waarin ze van Kronstadt directe “overgave” eisten. Trotski liet dit ultimatum vanuit een militair vliegtuig op Kronstadt neerdalen, waarbij hij dreigde dat als Kronstadt zich niet over gaf ze als patrijzen zouden worden neergeschoten.

Kronstadt vroeg alleen om rechtvaardigheid voor de stakers van Sint-Petersburg en voor het verbeteren van de kwaden van het bewind van de Commissarisen. De mensen van Kronstadt stonden op het punt een nieuwe Sovjet in hun stad te verkiezen en ze wilden dit zonder inmenging van de Communistische partij doen. De matrozen en soldaten van Kronstadt brachten verschillende proclamaties en een dagelijks bulletin uit waar ze hun toewijding aan het Sovjetsysteem bevestigden. Ze verklaarden zich loyaal aan de Communistische Partij, en gaven keer op keer aan dat ze alleen maar hun revolutionaire rechten als arbeiders opeisten. Herhaaldelijk riepen ze de Bolsjewieken op om het dispuut op een kameraadschappelijke manier op te lossen. Ze zweerden dat de revolutie en diens doelen hun heilig waren. Aan het hele land verkondigden ze: “we willen geen bloedvergieten!”

Tragisch was het vertrouwen van Kronstadt in de revolutionaire integriteit van hun communistische heersers. Terwijl de mensen van Kronstadt standvastig waren in hun intenties om de Bolsjewieken te herinneren aan hun loyaliteit en toewijding aan de Communistische Partij, beval deze partij juist een geheime aanval op het niets vermoedende Kronstadt.

De aanval was geregeld door Trotski met hulp van de militaire commissaris Tukhatchevsky, een voormalige Tsaristische generaal. Divisies van de Tsjeka werden gekleed in witte gewaden zodat ze niet gezien zouden worden op de met sneeuw bedekte Nevá-rivier. In het holst van de nacht vielen ze Kronstadt van drie kanten tegelijk aan en braken uiteindelijk door de poorten van de stad. Troepen van het Rode Leger vervolgden de slachting in de straten. Er werd geen man of kind gespaard. Veertienduizend mensen werden vermoord. Voor dagen en nachten kon men in de bossen rond Sint-Petersburg horen hoe de Tsjekisten bezig waren met “schietoefeningen.” De overlevenden van Kronstadt werden geëxecuteerd voor de grotere glorie van de communistische dictators.

* * *

De beweging van Kronstadt was spontaan, onvoorbereid, en vreedzaam. Het Bolsjewistische despotisme was de enige reden dat het een gewapend conflict werd, dat in zulks een bloedige tragedie moest eindigen.

De ervaring van Kronstadt, zoals die van de Parijse Commune, bewijst weer dat regering – wat diens naam of beweringen ook zijn – altijd de dodelijke vijand is van vrijheid en rechtvaardigheid. De staat kent geen ziel noch principes. De staat heeft slechts een doel: het grijpen en vasthouden van macht tegen elke prijs.

Kronstadt herhaalde de fouten die de Parijse Communards fataal werden. De Commune werd door vooruitziende revolutionairen aanbevolen om meteen Versailles aan te vallen aangezien de regering van Thiers nog gedesorganiseerd was. Dit advies werd niet opgevolgd. Ze verspilde waardevolle tijd en brachten de revolutie niet door het land, naar elke uithoek. De arbeiders van Parijs noch de matrozen van Kronstadt hadden het afschaffen van de regering tot hun doel gesteld. De Communards wilden alleen bepaalde republikeinse vrijheden en geloofden dat een defensieve houding genoeg bescherming tegen de vijand zou zijn. Dat werd hun ondergang.

Kronstadt eiste ook alleen maar een aantal hervormingen. De matrozen weigerden het offensief aan te gaan zelfs toen het duidelijk werd dat de Bolsjewieken zich aan het voorbereiden waren om hen te vernietigen. Ze bleven defensief en verloren het psychologische moment voor de overwinning. Heel Rusland was verbitterd en antagonistisch tegen de Bolsjewistische tirannie en sympathiseerde met Kronstadt. Echter, zij praatten alleen over “vrede en begrip” terwijl de communistische regering de artillerie aan het klaarzetten was. In de Parijse Commune en in Kronstadt werd voorkeur gegeven aan passieve en defensieve tactieken. Het tekort aan revolutionair vooruitzicht werd hen fataal.

De Parijse Commune en Kronstadt vielen. Echter, ze vielen zegevierend in hun idealisme en morele puurheid, de vrijgevigheid en hogere menselijkheid. De toekomst is van hun.

Net zoals de Parijse Commune is Kronstadt van het grootste historische belang. Het klonk de doodsklok van het bolsjewisme. Het liet de hele wereld zien dat de communistische dictatuur tegenover de Russische Revolutie stond, dat deze niet naast elkaar kunnen bestaan. Kronstadt was de eerste poging tot bevrijding van de tirannie van het Staatssocialisme. Het was de eerste stap richting een derde Russische revolutie die onvermijdelijk is. Moge het Internationale proletariaat de lessen van de Parijse Commune en de opstand van Kronstadt ter harte nemen. Alleen dan kunnen arbeiders de mensheid echte vrijheid, welzijn, en blijvende vrede brengen.

Voetnoten