Voor veel anarchisten is veganisme verbonden met hun anarchisme. Voor sommige anarchisten geldt dat niet. Peter Gelderloos hoort bij de tweede. In Veganism: why not [1] legt hij het uit. Overtuigen doet hij me niet. P. Storm
Gelderloos stelt cru: ‘Elke vegan die ooit een statistiek heeft gelanceerd over de hoeveelheid water die gebruikt wordt om een pond rundvlees te produceren (…) geeft actieve steun aan het kapitalisme door een rookgordijn op te trekken dat verbergt hoe het systeem echt werkt.’ Hij wijst erop dat efficiency – meer voedsel verkrijgen met minder waterverbruik bijvoorbeeld – iets kapitalistisch is. Klopt op zich. Als wij per persoon ons waterverbruik verminderen door vlees te vermijden, zal het kapitalisme dat gebruiken om bijvoorbeeld meer monden te voeden. De ingebouwde groeidwang leidt daartoe. Naast veganisme is een aanval op die groeidynamiek nodig. Doen alsof veganisme die groeidynamiek aanvalt, is onjuist. Doen alsof veganisme die groeidynamiek in de kaart speelt is echter ook flauwekul. Gelderloos stelt dat ook veganisten bijdragen aan gebruik van dieren. Klopt. Mijn al dan niet veganistisch koopgedrag, en de belasting die ik betaal, voeden het vleesverslindende kapitalisme Met het geld dat ik uitgeef, doen bedrijven wat ze willen, diervriendelijk of niet. Veganist worden maakt de markt voor dierlijke producten wel ietsjepietsje kleiner. Het is weinig. Het is meer dan niets. Meer veganisten betekent een slinkende markt voor dierlijke producten, en daarmee een motief om het opsluiten, leegtrekken en afmaken van dieren te verminderen. Veganisme is een druppel op de gloeiende plaat. Laat steeds meer druppels op die gloeiende plaat vallen. Kijken hoe lang de plaat blijft gloeien.
Anarchisten die het doden van een dier zien als overheersing, hebben het volgens Gelderloos mis: ook het doden van mensen vindt hij niet perse anti-anarchistisch. ‘Er is niets on-anarchistisch aan het doden van een koning.’ Inderdaad, tirannenmoord beoogt niet om tirannen tot onderdanen te maken, zoals Gelderloos uitlegt. Het is wel een wilsoplegging van de ene mens aan de andere. Dat heeft iets on-anarchistisch. Het is verdedigbaar als middel om overheersing waar meer moord uit voortvloeit omver te werpen. Het instandhouden van de macht van de koning is dan on-anarchistischer. Soms is kiezen nodig. Ik ben geen pacifist.
Gelderloos vindt de norm om niet te doden ‘ten diepste weerzinwekkend’. Ik niet. In een maatschappij waar die norm losgelaten wordt, voel ik me onveiliger dan in een maatschappij waarin mensen het doden van andere mensen in beginsel afwijzen. Wie erkent dat mensen niet boven andere dieren staan, zal de stap om de norm dat we geen mensen doden, tot die andere dieren uit te breiden, logisch en onontkoombaar vinden.
Gelderloos zegt: ‘Onze biologie, die ons dieren doet eten én compassie laat voelen, zadelt ons met een keus op.’ Wat is er mooi aan het opzij duwen van dat meegevoel? Het doden van een medemens levert ook een innerlijk conflict op, waar je schoonheid in kunt ontdekken.
Is die schoonheidsbeleving een reden om een medemens te doden? En waarom is het bijvoorbeeld – in het morele universum van Gelderloos – wel okay om een koe op te eten, maar niet om je buurman te verorberen en daar een prachtig tragisch innerlijk conflict uit te destilleren?
Gelderloos wijst op gezondheidsrisico’s van veganisme. Hij noemt een tekort aan vitamine B12 als gevaarlijk. Een argument tegen veganisme is dat niet. Vegan-websites waarschuwen: zorg dat je voldoende B12 binnenkrijgt. Zoals bij elke keus is het verstandig om na te denken over wat je doet.