Door Andrew Flood
Een veel uitgebreider artikel over de Chinese revolutie door de zelfde auteur verscheen in North Eastern Anarchist #14. Een versie van dat artikel is online te vinden op Anarchist Writers. Zie voor meer over China ook onze bijdrage Anarchisme in China.
In juli 1914 publiceerde de Shanghai Associatie van Anarchistisch Communistische Kameraden diens verklaring van principes, waarin werd afgesloten met de resolutie dat “de invoering van het anarchistische communisme afhankelijk is van de kracht van onze partij. Als we de kracht van onze partij willen laten toenemen is het ons verenigen als een geheel lichaam en het gezamenlijk optrekken vandaag onze meest belangrijke taak. Ongeacht waar ze zijn moeten al onze kameraden zich verenigen met degenen die de zelfde doelen delen en groepen in vrije associatie oprichten.” Het bekendste lid van deze groep was een Chinese anarchist die bekend stond als Shifu, die negen maanden later zou sterven. Hoewel de groep na zijn dood door ging werd het kern concept van deze paragraaf nooit uitgevoerd.
Edward S. Kreb's “Shifu, Soul of Chinese Anarchism” is een studie van het leven en de politiek van Liu Shaobin, de man die later de naam Shifu zou aannemen. Zoals velen van de eerste generatie van Chinese republikeinse revolutionairen werd hij geboren in een elite familie en begon hij zijn politieke betrokkenheid als een radicale nationalist die betrokken was bij aanslagen beleid. Na een premature explosie in Hong Kong werd hij in 1907 in de gevangenis gezet, en begon met het lezen van “Nieuwe Eeuw”, een blad dat werd geproduceerd door een groep van Chinese anarchisten in ballingschap in Parijs.
Zijn overgang naar het anarchisme was niet onmiddellijk en na zijn vrijlating uit de gevangenis in 1910 keerde hij zich opnieuw tot nationalistische aanslagen. In oktober 1911 speelde zijn groep een sleutelrol bij het opleven van de republikeinse revolutie, toen ze generaal Fengshan vermoordden met een enorme bom, in de straten van Guangzhou, en binnen enkele weken reed Liu aan het hoofd van een leger van 10.000 revolutionairen de stad binnen.
De republikeinse revolutie beëindigde de eeuwen van heerschappij van de Manchu dynastie, maar zoals veel revolutionairen raakte Liu snel gedesillusioneerd over het regime dat volgde. Zoals in de voorgaande generatie gebeurde met de Europese linkse republikeinen leidde dit er toe dat hij en anderen braken met het republikeinse denken en anarchisten werden. Terwijl hij de naam Shifu aannam forceerde Liu de breuk met een groep kameraden in West Lake in Hangzhou, waarbij het “Geweten Genootschap” werd gevormd.
Deze organisatie oriënteerde zich op betrokkenheid bij de Socialistische en Chinese Socialistische Partij, beide massa organisaties wier programma's al veel anarchistische concepten bevatten, en dit kan worden gezien in het programma van het Geweten Genootschap, dat regels omschreef die betere revolutionairen zouden moeten maken, waaronder verboden van alles van het eten van vlees tot het zich aansluiten bij een politieke partij. Deze zorg kwam voort uit de ervaring van het verval van de revolutionairen die het nieuwe regime vormden, maar ook omdat de anarchisten gedurende het voorgaande decennium kritiek hadden geformuleerd op de traditionele Chinese elite cultuur, die enkele jaren later zou uitmonden in de Nieuwe Cultuur Beweging. Shifu's eerste activiteit was een polemiek over de aard van het socialisme met de leiders van de socialistische partijen, en later probeerde hij, met een Boeddhistische monnik genaamd Taxiu, een van de grootste kloosters te winnen voor het anarchisme, hervormingsbewegingen in het Boeddhisme in de periode suggereerden de mogelijkheid om grote aantallen en hulpmiddelen te winnen voor de anarchistische beweging. Taxiu was een opvallend figuur omdat hij een van de weinige revolutionairen van die periode was die een proletarische achtergrond had, de meesten waren de zonen en dochters van de elite.
In de zomer van 1912 organiseerde Shifu het Kraaien Leiders Genootschap in de provincie Guanghzou, en begon met een fase van breder gerichte propaganda en voorlichting, waarbij hij bloemlezingen publiceerde van anarchistische geschriften, met een oplage van 5000, en les gaf in het Esperanto. Op dat moment had Guanghzou een heel radicale republikeinse regering, die het verbinden van voeten had verboden, en diens hoofdfiguur, Chen Jiongming, werd vergaand beïnvloed door anarchistische ideeën. De nasleep van de republikeinse revolutie en de enorme omvang van China betekenden dat het lokale bestuur tijdelijk in staat was zulke radicale experimenten uit te voeren, voordat de centrale staat werd opgelegd, en de krijgsheren periode die volgde maakte een einde aan deze periode. Jionming verbood Shifu zijn anarchistische antimilitaristische teksten onder de soldaten te verspreiden, maar zijn tolerantie gaf de groep wat ruimte om zich te ontwikkelen, totdat hij in 1913 werd vervangen door Long Jiguang, die was aangewezen door de republikeinse leider Yuan Shikai persoonlijk.
Het beleid van de groep ontwikkelde zich in deze periode snel en het eerste “Kraaien Leiders Blad”, gepubliceerd laat in de zomer van 1913, noemde communisme, vakbondsactivisme, oppositie tegen militarisme, religie en de familie, vegetarisme, taaleenheid en wereld gemeenschap als diens doelen.[2] Delen van China waren toen onder buitenlandse bezetting, en Shifu pleitte voor een wereldwijde revolutie van de volkeren om het westerse imperialisme te beëindigen, waarbij hij er op aandrong dat de nationale revolutie tegen het imperialisme niet prioriteit zou moeten hebben.
Na de aankomst van Long vluchtte Shifu's groep in februari 1914 naar Shanghai, waar ze de Associatie van Anarchistisch Communistische Kameraden opzetten. Hier werden ze bezocht door de Amerikaanse anarchist Alexander Berkman en de Japanse anarchist Yamaga Taiji. In Shanghai publiceerde de groep “De Stem van het Volk”, waarbij de doelen en methodes van de Anarchistisch-Communistische Partij[2] werden vastgesteld, een volledig anarchistisch communistisch programma voor een nieuwe maatschappij.
Op de bladzijden van “De Stem van het Volk” pleitte Shifu voor de methodes die nodig waren om die maatschappij te bereiken. Hij legde nadruk op de productie van propaganda om een begrip van het anarchisme te verspreiden, naast anarchistische betrokkenheid bij daden van “verzet”, zoals stakingen, en bij “verstoringen”, zoals rellen en opstand. Deze methoden zouden moeten leiden tot “de grote revolutie van het volk”, die op diens beurt zou worden gevolgd door de “grote wereldrevolutie”. Shifu suggereerde dat deze revolutie zou beginnen in een Europees land, waarbij hij Rusland als een mogelijkheid noemde, waarbij hij voorspelde dat dan “vakbonden zullen staken, legers zullen muiten, en de Europese regeringen een voor een zullen vallen; de volkeren in Noord en Zuid Amerika en in Azie zullen ook snel daarna in opstand komen”.[3]
In oktober 1914 berichtte “De Stem van het Volk” over stakingen in Shanghai, en hoewel Shifu ziek werd en vroeg in het volgende jaar stierf, zetten zijn kameraden de strijd voort, en “De Stem” berichtte over de gieterij- en textiel stakingen in Shanghai in 1916. Begin 1917 namen leden banen in de tabak- en scheepvaart industrieën, zowel als ingang in de arbeidersbeweging als uit economische noodzaak.[4] Liang Bingxian richtte in 1918 het blad “Arbeid” op, dat verklaarde “Het zouden arbeiders zelf moeten zijn die organiseren, vanaf de basis en vanaf lokaal niveau verder. Er zouden geen leiders moeten zijn, slechts degenen die zaken afhandelen; het principe van gelijkheid zou in stand moeten worden gehouden. Organisatie van arbeiders zou het einddoel van de sociale revolutie moeten zijn, niet het bereiken van politieke macht”.
Shifu werd gezien als een van de voornaamste invloeden voor de Nieuwe Cultuur Beweging die voortkwam uit de nasleep van de Eerste Wereldoorlog, en de ideeën die hij en andere Chinese anarchisten hadden bepleit werden het kernprogramma van de Beweging. Zelfs Mao noemde zijn naam in 1919. Echter, het doel van 1914, het verenigen van alle anarchisten die een zelfde doel deelden, werd nooit uitgevoerd. Het aantal Chinese anarchisten groeide massief, maar ze bleven verdeeld in kleine, min of meer informele groepen die niet in staat waren de snelle groei van de Communistische Partij vanaf 1923 tegen te gaan, wat betekende dat velen eindigden door te kiezen tussen de twee voornaamste georganiseerde groepen toen de bloedige splitsing onder hen in 1927 plaatsvond, de nationalistische KMT en de Leninistische CCP.