Gebruikershulpmiddelen

Site-hulpmiddelen


namespace:radicale_politiek_in_een_tijdperk_van_voortdurend_kapitalisme

Verschillen

Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.

Link naar deze vergelijking

Beide kanten vorige revisie Vorige revisie
Volgende revisie
Vorige revisie
namespace:radicale_politiek_in_een_tijdperk_van_voortdurend_kapitalisme [12/04/16 21:45]
defiance
namespace:radicale_politiek_in_een_tijdperk_van_voortdurend_kapitalisme [16/10/19 10:14] (huidige)
Regel 9: Regel 9:
  
 ---- ----
 +
 +====== Radicale politiek in een tijdperk van voortdurend kapitalisme ======
  
 Tegen alle voorspellingen van de jaren dertig in heeft het kapitalisme zich wraakzuchtig gestabiliseerd en een buitengewone flexibiliteit verworven in de decennia na de tweede wereldoorlog. Feitelijk moeten we nu duidelijk bepalen door welke factoren het kapitalisme in zijn meest rijpe vorm tot ontwikkeling komt, om maar niet te spreken over het maatschappelijk traject dat voor de komende jaren is uitgezet. Ik zou willen beweren, dat het duidelijk is dat het kapitalisme zichzelf heeft omgevormd van een economie, omringd door vele prekapitalistische,​ maatschappelijke en politieke formaties, in een maatschappij die ‘vereconomiseerd’ is. Tegen alle voorspellingen van de jaren dertig in heeft het kapitalisme zich wraakzuchtig gestabiliseerd en een buitengewone flexibiliteit verworven in de decennia na de tweede wereldoorlog. Feitelijk moeten we nu duidelijk bepalen door welke factoren het kapitalisme in zijn meest rijpe vorm tot ontwikkeling komt, om maar niet te spreken over het maatschappelijk traject dat voor de komende jaren is uitgezet. Ik zou willen beweren, dat het duidelijk is dat het kapitalisme zichzelf heeft omgevormd van een economie, omringd door vele prekapitalistische,​ maatschappelijke en politieke formaties, in een maatschappij die ‘vereconomiseerd’ is.
Regel 15: Regel 17:
  
 Er heerst een gevoel dat, welke vormen van nieuw verzet dan ook (zij het van de groenen, de libertairen of radicalen in het algemeen) alternatieve levensterreinen moeten kunnen openleggen die het op kunnen nemen tegen de verburgerlijking van de samenleving op al haar niveaus, dan wel dit alles ongedaan kunnen maken. De problematiek van de relatie tussen de ‘maatschappij’,​ de ‘politiek’ en de ‘staat’ staat als één van de hoogste urgentiepunten op het programma. Kan er plaats zijn voor een radicaal publiek terrein naast de communes, de coöperaties en de burenhulporganen die door de tegencultuur van de jaren zestig werden ontwikkeld? Maar die ook gemakkelijk ontaardden in boutique-achtige bedrijfjes, als zij al niet volledig verdwenen? Is er misschien een openbaar terrein dat een strijdperk kan worden voor de wisselwerking tussen de onderling tegenstrijdige krachten van verandering,​ opvoeding en machtsvorming,​ en de uiteindelijke confrontatie met de gevestigde orde en levenswijze?​ Er heerst een gevoel dat, welke vormen van nieuw verzet dan ook (zij het van de groenen, de libertairen of radicalen in het algemeen) alternatieve levensterreinen moeten kunnen openleggen die het op kunnen nemen tegen de verburgerlijking van de samenleving op al haar niveaus, dan wel dit alles ongedaan kunnen maken. De problematiek van de relatie tussen de ‘maatschappij’,​ de ‘politiek’ en de ‘staat’ staat als één van de hoogste urgentiepunten op het programma. Kan er plaats zijn voor een radicaal publiek terrein naast de communes, de coöperaties en de burenhulporganen die door de tegencultuur van de jaren zestig werden ontwikkeld? Maar die ook gemakkelijk ontaardden in boutique-achtige bedrijfjes, als zij al niet volledig verdwenen? Is er misschien een openbaar terrein dat een strijdperk kan worden voor de wisselwerking tussen de onderling tegenstrijdige krachten van verandering,​ opvoeding en machtsvorming,​ en de uiteindelijke confrontatie met de gevestigde orde en levenswijze?​
-Marxisme, kapitalisme en het publieke terrein+ 
 +===== Marxisme, kapitalisme en het publieke terrein ​=====
  
 Het hele concept van wat openbaar is, van publiek terrein, staat haaks op de gebruikelijke radicale kijk op een klassesysteem. Het marxisme vooral ontkende het bestaan van een definieerbaar ‘publiek’,​ of wat in de eeuw van de Democratische Revolutie — twee eeuwen geleden — het ‘volk’ werd genoemd. Want deze visie verhulde kennelijk specifieke klassenbelangen,​ belangen waarvan men veronderstelde dat deze uiteindelijk de bourgeoisie onverbiddelijk in conflict met het proletariaat zouden brengen. Als het ‘volk’ iets betekende, aldus de marxistische theoretici, scheen het te gaan om een afkalvende, ongevormde, moeilijk te omschrijven bourgeoisie — een erfenis uit het verleden van vroegere revoluties — waarvan verwacht kon worden dat zij merendeels tot de kapitalistische klasse gerekend wilde worden. Maar tenslotte werd zij toch gedwongen in de werkende klasse opgenomen. Het proletariaat zou op den duur, naarmate het klassenbewust werd, de algemeen menselijke belangen tot uitdrukking brengen als het eenmaal deze vage middenklasse in zich opgenomen had, vooral in tijden van een algemene economische of ‘chronische’ crisis binnen het kapitalisme zelf. Het hele concept van wat openbaar is, van publiek terrein, staat haaks op de gebruikelijke radicale kijk op een klassesysteem. Het marxisme vooral ontkende het bestaan van een definieerbaar ‘publiek’,​ of wat in de eeuw van de Democratische Revolutie — twee eeuwen geleden — het ‘volk’ werd genoemd. Want deze visie verhulde kennelijk specifieke klassenbelangen,​ belangen waarvan men veronderstelde dat deze uiteindelijk de bourgeoisie onverbiddelijk in conflict met het proletariaat zouden brengen. Als het ‘volk’ iets betekende, aldus de marxistische theoretici, scheen het te gaan om een afkalvende, ongevormde, moeilijk te omschrijven bourgeoisie — een erfenis uit het verleden van vroegere revoluties — waarvan verwacht kon worden dat zij merendeels tot de kapitalistische klasse gerekend wilde worden. Maar tenslotte werd zij toch gedwongen in de werkende klasse opgenomen. Het proletariaat zou op den duur, naarmate het klassenbewust werd, de algemeen menselijke belangen tot uitdrukking brengen als het eenmaal deze vage middenklasse in zich opgenomen had, vooral in tijden van een algemene economische of ‘chronische’ crisis binnen het kapitalisme zelf.
Regel 30: Regel 33:
  
 Zulke radicale tendensen koesteren, ze theoretisch onderbouwen en een samenhangende radicale ecologievisie benadrukken,​ behoort tot de grote verantwoordelijkheid van authentieke radicalen. Wat uiteindelijk elke beweging vernietigt in een tijdperk waarin de verburgerlijking alles wegvaagt, is niet alleen de verzakelijking van het dagelijks leven als zodanig, maar haar eigen gebrek aan besef dat het noodzakelijk is zich te verzetten tegen deze verzakelijking en haar kracht om zich te handhaven. Zulke radicale tendensen koesteren, ze theoretisch onderbouwen en een samenhangende radicale ecologievisie benadrukken,​ behoort tot de grote verantwoordelijkheid van authentieke radicalen. Wat uiteindelijk elke beweging vernietigt in een tijdperk waarin de verburgerlijking alles wegvaagt, is niet alleen de verzakelijking van het dagelijks leven als zodanig, maar haar eigen gebrek aan besef dat het noodzakelijk is zich te verzetten tegen deze verzakelijking en haar kracht om zich te handhaven.
-De maatschappij,​ de politiek en de staat+ 
 +===== De maatschappij,​ de politiek en de staat =====
  
 Er is nu een grote behoefte om dit besef tastbare vorm en realiteit te geven. Ontstond in de jaren zestig een tegencultuur om weerstand te bieden tegen de heersende cultuur, in de laatste jaren van deze eeuw is de behoefte gecreëerd aan tegen-instituties van het volk teneinde op te kunnen tornen tegen de gecentraliseerde staat. De specifieke vormen die zulke instellingen konden aannemen, verschilden al naar de tradities, waarden, betrokkenheid en cultuur van een bepaalde periode. Maar sommige primaire theoretische vooronderstellingen moeten worden opgehelderd,​ als men de behoefte wil bevorderen aan nieuwe instellingen,​ en — breder gezien — aan een nieuwe radicale politiek. De noodzaak om het begrip ‘politiek’ opnieuw te omschrijven — om het in feite een bredere betekenis te geven dan het in het verleden had — wordt een praktische imperatief. Het vermogen en de bereidheid van radicalen om tegemoet te komen aan deze behoefte zal duidelijk de toekomst bepalen van bewegingen als de Groenen en de mogelijkheid op zich voor het bestaan van een radicalisme als coherente kracht voor sociale verandering aan de basis. Er is nu een grote behoefte om dit besef tastbare vorm en realiteit te geven. Ontstond in de jaren zestig een tegencultuur om weerstand te bieden tegen de heersende cultuur, in de laatste jaren van deze eeuw is de behoefte gecreëerd aan tegen-instituties van het volk teneinde op te kunnen tornen tegen de gecentraliseerde staat. De specifieke vormen die zulke instellingen konden aannemen, verschilden al naar de tradities, waarden, betrokkenheid en cultuur van een bepaalde periode. Maar sommige primaire theoretische vooronderstellingen moeten worden opgehelderd,​ als men de behoefte wil bevorderen aan nieuwe instellingen,​ en — breder gezien — aan een nieuwe radicale politiek. De noodzaak om het begrip ‘politiek’ opnieuw te omschrijven — om het in feite een bredere betekenis te geven dan het in het verleden had — wordt een praktische imperatief. Het vermogen en de bereidheid van radicalen om tegemoet te komen aan deze behoefte zal duidelijk de toekomst bepalen van bewegingen als de Groenen en de mogelijkheid op zich voor het bestaan van een radicalisme als coherente kracht voor sociale verandering aan de basis.
Regel 42: Regel 46:
 In de vroege menselijke gemeenschappen vonden de belangrijkste functies van overleven, zorg en voortbestaan,​ binnen het huiselijk gebied plaats, waaraan het burgerlijke (civiele) terrein in hoge mate dienst verleende. Een ‘stam’ (de term wordt gebruikt in een brede betekenis die ook benden en clans omvat) was een echte sociale eenheid, bij elkaar gehouden door bloedverwantschap,​ huwelijk en allerlei functionele banden gebaseerd op leeftijd en werk. Deze sterk middelpuntzoekende krachten, geworteld in de biologische feiten, hielden deze voortreffelijke sociale gemeenschappen bijeen. Zij gaven de leden een gevoel van interne solidariteit die zo sterk was, dat de stamverwanten de ‘vreemdeling’ of de ‘buitenstaander’ grotendeels uitsloten en wier acceptatie gewoonlijk afhing van de regels der gastvrijheid en van de behoefte aan nieuwe leden om de gelederen van de krijgers aan te vullen, toen oorlog voeren in toenemende mate van belang werd. In de vroege menselijke gemeenschappen vonden de belangrijkste functies van overleven, zorg en voortbestaan,​ binnen het huiselijk gebied plaats, waaraan het burgerlijke (civiele) terrein in hoge mate dienst verleende. Een ‘stam’ (de term wordt gebruikt in een brede betekenis die ook benden en clans omvat) was een echte sociale eenheid, bij elkaar gehouden door bloedverwantschap,​ huwelijk en allerlei functionele banden gebaseerd op leeftijd en werk. Deze sterk middelpuntzoekende krachten, geworteld in de biologische feiten, hielden deze voortreffelijke sociale gemeenschappen bijeen. Zij gaven de leden een gevoel van interne solidariteit die zo sterk was, dat de stamverwanten de ‘vreemdeling’ of de ‘buitenstaander’ grotendeels uitsloten en wier acceptatie gewoonlijk afhing van de regels der gastvrijheid en van de behoefte aan nieuwe leden om de gelederen van de krijgers aan te vullen, toen oorlog voeren in toenemende mate van belang werd.
  
-Een groot deel van de vastgelegde historie is een verslag van de groei van het mannelijke, burgerlijke (civiele) terrein ten koste van het huishoudelijke of het sociale terrein. Mannen verkregen in toenemende mate het gezag over de vroege gemeenschap door de stammenoorlogen en botsingen in verband met de grenzen van hun jachtterrein. Nog belangrijker is misschien het feit dat landbouwvolkeren zich grote stukken land toeeigenden, die jagersvolken nodig hadden voor zichzelf en hun manier van leven. Uit dit ongedifferentieerde burgerlijke (civiele) gebied (burgerlijk wordt hier in brede zin gebruikt) ontstonden de politiek en de staat. Wat niet zeggen wil dat politieke macht en staatsmacht vanaf het begin hetzelfde waren. Ondanks hun gemeenschappelijke oorsprong uit het vroegburgerlijke ​gebied stonden deze twee scherp tegenover elkaar. De gewaden van de historie zijn nooit eenvoudig, noch zonder rimpels. De evolutie van de maatschappij van kleine familiale, sociale groepen naar hoog gedifferentieerde,​ hiërarchische en klassensystemen met een bevoegdheid die uitgestrekte territoriale rijken omvatte, is niet anders dan complex en onregelmatig. Het huishoudelijke en familieterrein zelf, dat wil zeggen het sociale territorium,​ hielp de vorming van deze staten tot stand brengen. Vroege despotische koninkrijken,​ zoals Egypte en Perzië, werden niet beschouwd als duidelijk burgerlijke eenheden, maar als de persoonlijke ‘huishoudingen’ dan wel als de huishoudelijke domeinen van de monarchen. Deze uitgestrekte vorstelijke gebieden van ‘goddelijke’ monarchen en hun verwanten werden later door families in feodale landgoederen opgedeeld. De sociale waarden van de huidige autocratieën doen denken aan een tijd dat bloedverwantschap en afstamming iemands status en macht bepaalden, niet burgerschap of rijkdom.+Een groot deel van de vastgelegde historie is een verslag van de groei van het mannelijke, burgerlijke (civiele) terrein ten koste van het huishoudelijke of het sociale terrein. Mannen verkregen in toenemende mate het gezag over de vroege gemeenschap door de stammenoorlogen en botsingen in verband met de grenzen van hun jachtterrein. Nog belangrijker is misschien het feit dat landbouwvolkeren zich grote stukken land toe-eigenden, die jagersvolken nodig hadden voor zichzelf en hun manier van leven. Uit dit ongedifferentieerde burgerlijke (civiele) gebied (burgerlijk wordt hier in brede zin gebruikt) ontstonden de politiek en de staat. Wat niet zeggen wil dat politieke macht en staatsmacht vanaf het begin hetzelfde waren. Ondanks hun gemeenschappelijke oorsprong uit het vroeg-burgerlijke ​gebied stonden deze twee scherp tegenover elkaar. De gewaden van de historie zijn nooit eenvoudig, noch zonder rimpels. De evolutie van de maatschappij van kleine familiale, sociale groepen naar hoog gedifferentieerde,​ hiërarchische en klassensystemen met een bevoegdheid die uitgestrekte territoriale rijken omvatte, is niet anders dan complex en onregelmatig. Het huishoudelijke en familieterrein zelf, dat wil zeggen het sociale territorium,​ hielp de vorming van deze staten tot stand brengen. Vroege despotische koninkrijken,​ zoals Egypte en Perzië, werden niet beschouwd als duidelijk burgerlijke eenheden, maar als de persoonlijke ‘huishoudingen’ dan wel als de huishoudelijke domeinen van de monarchen. Deze uitgestrekte vorstelijke gebieden van ‘goddelijke’ monarchen en hun verwanten werden later door families in feodale landgoederen opgedeeld. De sociale waarden van de huidige autocratieën doen denken aan een tijd dat bloedverwantschap en afstamming iemands status en macht bepaalden, niet burgerschap of rijkdom.
 De opkomst van een publiek terrein De opkomst van een publiek terrein
  
Regel 54: Regel 58:
  
 Ik wil niet suggereren dat privileges, ongelijke rechten, bovennatuurlijke grillen en gebruiken of zelfs wantrouwen ten aanzien van de ‘vreemdeling’ volkomen verdwenen met de opkomst van steden en de stadspolitiek. In de meest radicale en democratische perioden van de Franse Revolutie bijvoorbeeld,​ heerste in Parijs een wijdverbreide angst voor ‘buitenlandse samenzweringen’ en een xenofoob wantrouwen jegens ‘buitenstaanders’. Evenmin deelden de vrouwen ook maar ooit in de vrijheden die de mannelijke burgers genoten. Het wezenlijke is voor mij echter dat er door ‘de stad’ iets heel nieuws werd gecreëerd, iets dat niet kon worden weggemoffeld in de plooien van het sociale domein of in dat van de staat: namelijk een publiek terrein en een politiek domein. Dat terrein en dat domein werden met de tijd kleiner of groter, maar nooit verdwenen zij volledig uit de geschiedenis. Ze stonden heel kritisch tegenover de staat, die in verschillende mate probeerde de macht te professionaliseren en te centraliseren,​ wat vaak een doel op zichzelf werd, zoals de staatsmacht die ontstond in het Ptolemeïsch Egypte, de absolute monarchieën in het 17e eeuwse Europa en de totalitaire regeringssystemen in Rusland, Duitsland, Italië, Spanje en China in onze eigen eeuw. Ik wil niet suggereren dat privileges, ongelijke rechten, bovennatuurlijke grillen en gebruiken of zelfs wantrouwen ten aanzien van de ‘vreemdeling’ volkomen verdwenen met de opkomst van steden en de stadspolitiek. In de meest radicale en democratische perioden van de Franse Revolutie bijvoorbeeld,​ heerste in Parijs een wijdverbreide angst voor ‘buitenlandse samenzweringen’ en een xenofoob wantrouwen jegens ‘buitenstaanders’. Evenmin deelden de vrouwen ook maar ooit in de vrijheden die de mannelijke burgers genoten. Het wezenlijke is voor mij echter dat er door ‘de stad’ iets heel nieuws werd gecreëerd, iets dat niet kon worden weggemoffeld in de plooien van het sociale domein of in dat van de staat: namelijk een publiek terrein en een politiek domein. Dat terrein en dat domein werden met de tijd kleiner of groter, maar nooit verdwenen zij volledig uit de geschiedenis. Ze stonden heel kritisch tegenover de staat, die in verschillende mate probeerde de macht te professionaliseren en te centraliseren,​ wat vaak een doel op zichzelf werd, zoals de staatsmacht die ontstond in het Ptolemeïsch Egypte, de absolute monarchieën in het 17e eeuwse Europa en de totalitaire regeringssystemen in Rusland, Duitsland, Italië, Spanje en China in onze eigen eeuw.
-De confederatie van gemeenten+ 
 +===== De confederatie van gemeenten ​=====
  
 De duurzame geografische ruimte voor de politiek was bijna altijd de City of de stad — meer algemeen het gemeentebestuur ervan. De grootte van een politiek levensvatbare stad is uiteraard niet onbelangrijk. Voor de Grieken, met name voor Aristoteles,​ behoort een stad of polis niet zo groot te zijn, dat zij haar aangelegenheden niet op ‘face-to-face’-basis kan afhandelen dan wel een zekere mate van familiariteit onder haar burgers kan vernietigen. Dit richtsnoer, stellig niet strak of onschendbaar,​ was bedoeld om de stadsontwikkeling te bevorderen langs lijnen die rechtstreeks opwogen tegen de opkomende staat. Bij een bescheiden, maar beslist niet geringe omvang kon de polis institutioneel zodanig ingericht worden, dat de leiding in handen was van ervaren, publiekelijk geëngageerde mensen met een minimale maar zorgvuldig beschermde graad van representatie. De duurzame geografische ruimte voor de politiek was bijna altijd de City of de stad — meer algemeen het gemeentebestuur ervan. De grootte van een politiek levensvatbare stad is uiteraard niet onbelangrijk. Voor de Grieken, met name voor Aristoteles,​ behoort een stad of polis niet zo groot te zijn, dat zij haar aangelegenheden niet op ‘face-to-face’-basis kan afhandelen dan wel een zekere mate van familiariteit onder haar burgers kan vernietigen. Dit richtsnoer, stellig niet strak of onschendbaar,​ was bedoeld om de stadsontwikkeling te bevorderen langs lijnen die rechtstreeks opwogen tegen de opkomende staat. Bij een bescheiden, maar beslist niet geringe omvang kon de polis institutioneel zodanig ingericht worden, dat de leiding in handen was van ervaren, publiekelijk geëngageerde mensen met een minimale maar zorgvuldig beschermde graad van representatie.
Regel 77: Regel 82:
  
 Ondanks de marxistische visie op een grotendeels economisch conflict tussen ‘loonarbeid en kapitaal’ waren de revolutionaire bewegingen van de arbeidersklasse in het verleden geen gewone industriële bewegingen. De levendige Parijse arbeidersbeweging bijvoorbeeld,​ in hoofdzaak van geschoolde handwerkslieden,​ was ook een gemeenschapsbeweging,​ verankerd in de wijken die gevoed werd door een rijk buurtleven. Vanaf de Levellers-beweging (in 17e eeuws Engeland) tot de anarchosyndicalisten in Barcelona in onze eeuw, is radicale actie versterkt door hechte gemeenschapsbanden en door die openbare sfeer van straten, pleinen en cafés. Ondanks de marxistische visie op een grotendeels economisch conflict tussen ‘loonarbeid en kapitaal’ waren de revolutionaire bewegingen van de arbeidersklasse in het verleden geen gewone industriële bewegingen. De levendige Parijse arbeidersbeweging bijvoorbeeld,​ in hoofdzaak van geschoolde handwerkslieden,​ was ook een gemeenschapsbeweging,​ verankerd in de wijken die gevoed werd door een rijk buurtleven. Vanaf de Levellers-beweging (in 17e eeuws Engeland) tot de anarchosyndicalisten in Barcelona in onze eeuw, is radicale actie versterkt door hechte gemeenschapsbanden en door die openbare sfeer van straten, pleinen en cafés.
-De behoefte aan een nieuwe politiek+ 
 +===== De behoefte aan een nieuwe politiek ​=====
  
 Dit municipalisme kan niet genegeerd worden en moet zelfs weer herschapen worden, overal waar het ondermijnd is door de moderne staat. Een nieuwe politiek, geworteld in kleine plaatsen, buurtschappen,​ steden en regio’s, vormt het enige levensvatbare alternatief voor het bloedeloze parlementarisme dat ook in de diverse groene partijen en verwante sociale bewegingen doorsijpelt. Kortom, hun koers in de richting van een steile en corrupte staatsmacht,​ waarbij van de grote burgerlijke partijen ook altijd verwacht kan worden dat zij hen wegmanoeuvreren en hen in coalities opslokken. De levensduur van ‘single-issue’ bewegingen blijft dan ook beperkt tot die problemen waartegen verzet wordt aangetekend. Militante acties ten aanzien van zulke problemen moeten niet verward worden met het radicalisme dat op lange termijn nodig is, om het besef en het bewustzijn van mensen te veranderen en uiteindelijk de samenleving zelf. Zulke bewegingen vlammen op en doven uit, zelfs als zij succesvol zijn. Zij missen de onderbouwing die zo noodzakelijk is om blijvende bewegingen voor sociale verandering te scheppen en een terrein waarop zij permanent aanwezig kunnen zijn bij het politieke conflict. Dit municipalisme kan niet genegeerd worden en moet zelfs weer herschapen worden, overal waar het ondermijnd is door de moderne staat. Een nieuwe politiek, geworteld in kleine plaatsen, buurtschappen,​ steden en regio’s, vormt het enige levensvatbare alternatief voor het bloedeloze parlementarisme dat ook in de diverse groene partijen en verwante sociale bewegingen doorsijpelt. Kortom, hun koers in de richting van een steile en corrupte staatsmacht,​ waarbij van de grote burgerlijke partijen ook altijd verwacht kan worden dat zij hen wegmanoeuvreren en hen in coalities opslokken. De levensduur van ‘single-issue’ bewegingen blijft dan ook beperkt tot die problemen waartegen verzet wordt aangetekend. Militante acties ten aanzien van zulke problemen moeten niet verward worden met het radicalisme dat op lange termijn nodig is, om het besef en het bewustzijn van mensen te veranderen en uiteindelijk de samenleving zelf. Zulke bewegingen vlammen op en doven uit, zelfs als zij succesvol zijn. Zij missen de onderbouwing die zo noodzakelijk is om blijvende bewegingen voor sociale verandering te scheppen en een terrein waarop zij permanent aanwezig kunnen zijn bij het politieke conflict.
Regel 83: Regel 89:
 Vandaar de enorme behoefte aan echte politieke basisbewegingen,​ confederaal verenigd, en verankerd in duurzame en democratische instellingen die kunnen evolueren tot echte libertaire platforms. Het leven zou prachtig zijn, zo niet wonderbaarlijk,​ als wij geboren werden met alle training, geletterdheid,​ vaardigheden en mentale middelen die we nodig hebben om een beroep of een roeping in praktijk te kunnen brengen. Jammer genoeg moeten wij moeizaam deze vaardigheden zien te verwerven en dat vereist strijd, confrontatie,​ opvoeding en ontwikkeling. Het is ook hoogst onwaarschijnlijk dat een radicale municipalistische benadering van enige betekenis is als gemakkelijk middel tot institutionele verandering. Er moet voor gevochten worden, alvorens men het kan waarderen. Net zoals het gevecht om een vrije samenleving zelf even bevrijdend en zelftransformerend moet zijn als de existentie van een vrije gemeenschap. Het lokale bestuur is een potentiële tijdbom. Het scheppen van netwerken, en het trachten gemeentelijke instellingen die een replica vormen van de staat om te vormen, betekent het oppakken van een historische uitdaging, een echt-politieke,​ die al eeuwenlang bestaat. Nieuwe sociale bewegingen zakken tegenwoordig in elkaar, op zoek naar een politiek perspectief dat ze in de politieke arena brengt. Vandaar dat ze zo gemakkelijk het parlementarisme inglijden. Historisch gezien heeft de libertaire theorie zich altijd gericht op de vrije gemeente, die zou moeten voorzien in het celweefsel voor een nieuwe maatschappij. Het negeren van het potentieel van deze vrije gemeenschap omdat deze nog niet vrij is, houdt in dat wij voorbijgaan aan een sluimerend politiek gebied dat juist een levende inhoud geeft aan de belangrijke libertaire eis: een commune van communes. Want in deze stedelijke instellingen en de veranderingen die we in hun structuur kunnen aanbrengen — namelijk ze steeds meer in een nieuwe openbare sfeer omvormen — ligt de duurzame institutionele basis voor een duale fundamentele kracht: een basisconcept van burgerschap en municipalistische economische systemen, die een tegenwicht kunnen vormen voor de groeiende macht van de gecentraliseerde natiestaat en gecentraliseerde ondernemingen. Vandaar de enorme behoefte aan echte politieke basisbewegingen,​ confederaal verenigd, en verankerd in duurzame en democratische instellingen die kunnen evolueren tot echte libertaire platforms. Het leven zou prachtig zijn, zo niet wonderbaarlijk,​ als wij geboren werden met alle training, geletterdheid,​ vaardigheden en mentale middelen die we nodig hebben om een beroep of een roeping in praktijk te kunnen brengen. Jammer genoeg moeten wij moeizaam deze vaardigheden zien te verwerven en dat vereist strijd, confrontatie,​ opvoeding en ontwikkeling. Het is ook hoogst onwaarschijnlijk dat een radicale municipalistische benadering van enige betekenis is als gemakkelijk middel tot institutionele verandering. Er moet voor gevochten worden, alvorens men het kan waarderen. Net zoals het gevecht om een vrije samenleving zelf even bevrijdend en zelftransformerend moet zijn als de existentie van een vrije gemeenschap. Het lokale bestuur is een potentiële tijdbom. Het scheppen van netwerken, en het trachten gemeentelijke instellingen die een replica vormen van de staat om te vormen, betekent het oppakken van een historische uitdaging, een echt-politieke,​ die al eeuwenlang bestaat. Nieuwe sociale bewegingen zakken tegenwoordig in elkaar, op zoek naar een politiek perspectief dat ze in de politieke arena brengt. Vandaar dat ze zo gemakkelijk het parlementarisme inglijden. Historisch gezien heeft de libertaire theorie zich altijd gericht op de vrije gemeente, die zou moeten voorzien in het celweefsel voor een nieuwe maatschappij. Het negeren van het potentieel van deze vrije gemeenschap omdat deze nog niet vrij is, houdt in dat wij voorbijgaan aan een sluimerend politiek gebied dat juist een levende inhoud geeft aan de belangrijke libertaire eis: een commune van communes. Want in deze stedelijke instellingen en de veranderingen die we in hun structuur kunnen aanbrengen — namelijk ze steeds meer in een nieuwe openbare sfeer omvormen — ligt de duurzame institutionele basis voor een duale fundamentele kracht: een basisconcept van burgerschap en municipalistische economische systemen, die een tegenwicht kunnen vormen voor de groeiende macht van de gecentraliseerde natiestaat en gecentraliseerde ondernemingen.
  
-{{tag>​municipalisme economie staat commune}}+{{tag>​municipalisme economie staat}}
  
namespace/radicale_politiek_in_een_tijdperk_van_voortdurend_kapitalisme.1460497516.txt.gz · Laatst gewijzigd: 16/10/19 09:41 (Externe bewerking)