Gebruikershulpmiddelen

Site-hulpmiddelen


namespace:activisme_is_mijn_wraak

Activisme is mijn wraak!

Door Mark Barnsley en Anarchistische Groep Amsterdam

  • Oorspronkelijke titel: Activism is my revenge!
  • Verschenen: 2004, audio-cd bij ABC Leeds; in april 2011 door ABC Leeds uitgegeven als Activism is my revenge!
  • Bron: Activisme is mijn wraak (brochure), Anarchistische Groep Amsterdam, 2011

Op een heldere zonnige dag in 1994 werd Mark Barnsley aangevallen door 15 dronken studenten, terwijl hij met een vriendin en zijn pasgeboren dochter in de pub zat. Hij werd als enige opgepakt, en veroordeeld tot 12 jaar cel.

Al sinds zijn jonge jaren actief in de anarchistische beweging, gaf hij achter de tralies zijn strijdlustigheid niet op. In 2003 sprak Mark in Amsterdam over zijn tijd in de bajes, zijn levenslange activisme, zijn ervaringen in de gewapende strijd tegen de fascistische milities in Libanon, zijn betrokkenheid bij de Sheffield Anarchists en natuurlijk die bewuste dag in de Pomona Pub…


Voorwoord

Deze vertaling van de toespraak die Mark Barnsley 13 september 2003 gaf op het pleintje van de Binnenpret in Amsterdam, was eerder al als audio- opname verkrijgbaar op de stands van de AGA en ABC (Anarchist Black Cross) Leeds[1]. In april dit jaar bracht ABC Leeds de Engelse transcriptie uit. Mark Barnsley is waarschijnlijk de eerste activist geweest waarop de geïnfiltreerde smeris Mark “Stone” Kennedy zich richtte. Kennedy bewoog zich zeven jaar lang in internationale anarchistische kringen en onderhield contact met diverse kameraden en informeerde zijn betaalmeesters, verschillende inlichtingendiensten, hierover. Voor ABC Leeds was de brochure vooral een antwoord op die onthulling. De groep sprak haar hoop uit dat een vollediger en beter antwoord nog zou volgen.

Ook in Nederland komt de anarchistische beweging het laatste jaar weer verder onder het vergrootglas van smeris en inlichtingendiensten te lig- gen. De repressie neemt toe. Het gewelddadige politie optreden 1 mei 2011 ligt nog vers in ons geheugen. Wij denken dat dit geen incident was, maar dat de smeris met dergelijk optreden de toon wil zetten. Wij hopen dat Marks verhaal en zijn strijd tegen de gevangenis binnen en buiten de muren ons kan dienen ter inspiratie in de strijd tegen die repressie.

Anarchistische Groep Amsterdam (AGA)

Inleiding

Toen Mark Barnsley in september 2003 naar Nederland kwam om te spreken over zijn levenslange betrokkenheid bij de anarchistische beweging en zijn tijd in de bajes, bestond de Anarchistische Groep Amsterdam bijna drie jaar. In die periode was langdurige ondersteuning van gevangenen niet echt iets dat de aandacht had binnen de anarchistische beweging in Nederland. Krakers, Groen Front en dierenbevrijdingsactivisten hadden hun verdiensten in het ondersteunen van arrestanten en gevangenen voor kortere periodes, maar het reikte niet verder dan dat. En een fundamentele kritiek op het gevangenissysteem was absoluut niet gemeengoed.

De AGA had al sinds haar oprichting veel contacten met ABC groepen in Spanje, vooral met die in Madrid. Eén van de leden van deze groep, Eduardo Garcia, zat vast en ABC Madrid voerde een grote campagne voor zijn vrijlating. Tegelijkertijd speelde in Amsterdam de zaak van Juanra en later ook die van Maarten Blok, respectievelijk verdacht van het helpen van ETA in Spanje en het slaan van een politie-agent tijdens de Eurotop van 2001 in het Zweedse Göteborg.

Solidariteit met gevangenen en de strijd tegen de bajes kreeg een steeds prominentere plek binnen de activiteiten van de AGA. In 2002 berichtten we in ons blad Directe Actie al over de vrijlating van Mark. Kort daarop nodigden we hem uit om te komen spreken. Zijn strijd had ons geïnspireerd en we wilden hem met deze tour de gelegenheid geven over zijn ervaringen en ideeën te spreken en zo hopelijk ook anderen te inspireren. Omdat Mark pas een jaar na zijn vrijlating weer een paspoort kreeg, kwam hij pas in september 2003 naar Nederland. De dag bij de Bollox was de eerste van een tiental avonden die hem naar diverse steden in Nederland, Duitsland en België zou brengen.

Mark sprak uitgebreid over zijn activisme, zijn ervaringen in de gewapende strijd tegen de fascistische milities in Libanon, zijn eerste gevangenschap in 1980, zijn betrokkenheid bij de Sheffield Anarchists en natuurlijk die bewuste dag in de Pomona Pub toen hij, een vriendin en zijn pas geboren dochter door een groep dronken studenten werden aangevallen. Mark werd als enige gearresteerd en veroordeeld tot 12 jaar cel. Achter de muren zette hij zijn strijd onverminderd voort. Hij was en is van mening dat anarchisten die de bak indraaien hun integriteit moeten behouden, omdat anders niemand onze beweging serieus zal nemen. Omdat hij zelf de eerste jaren vrijwel geen steun vanuit de anarchistische beweging had gekregen, benadrukte hij ook het belang van steun vanuit de beweging en dat onze gevangenen daarop zouden moeten kunnen rekenen.

Naast Mark presenteerde de net opgerichte groep ABC Holland zich, sprak iemand van de steungroep van Maarten en werd een update gegeven over de mensen die nog vastzaten naar aanleiding van de Eurotop in Thessaloniki dat jaar. Aan het begin van de avond hebben we nog gezwaaid bij de Bijlmerbajes om Juanra, die spoedig uitgeleverd zou worden aan Spanje, nog eenmaal te ondersteunen. De dag werd afgesloten met de vertoning van Attica, een documentaire over de opstand in Attica Correctional Facility, een beruchte bajes in de VS, die toen op de dag af 32 jaar geleden zeer gewelddadig was beëindigd.

In 2004 sprak Mark opnieuw in Amsterdam. Ditmaal bij de oprichting van ABC Amsterdam. ABC Holland was inmiddels al ter ziele gegaan en diverse leden van de AGA wilden het werk van ABC voortzetten in een groep die los stond van de AGA. Deze groep heeft tot 2008, toen een aantal leden verhuisden, gefunctioneerd.

Gelukkig wordt ondersteuning van gevangenen nog steeds serieus genomen binnen onze beweging. Hopelijk heeft de eerdere ABC groep daar een bijdrage aan geleverd. Op dit moment is er een actieve ABC groep in Nijmegen en worden ook in Amsterdam weer aanzetten gegeven voor het vormen van een nieuwe groep.

Hopelijk draagt dit ertoe bij dat ook de komende jaren onze kameraden die de repressie over zich heen krijgen op onze steun kunnen rekenen.

De huidige ABC Amsterdam groep heeft een website: http://abcamsterdam.wordpress.com/

De website van de oude ABC Amsterdam groep is ook nog steeds online: http://abcamsterdam.squat.net

Henk Zwart (AGA)

Nog steeds hier, nog steeds aan het vechten

Ik werd in 2002 vrijgelaten uit de Whitemoor gevangenis in Cambridgeshire en een paar dagen later werd ik uitgenodigd om een spreektour te houden, georganiseerd door de Anarchistische Groep Amsterdam. Echter, ik werd na mijn vrijlating veelvuldig lastig gevallen door de politie en ik was een jaar lang niet in staat het land te verlaten. Ik deed wel een paar informele infoavonden in Engeland en het is jammer dat niemand de moeite nam om deze op te nemen: ik kwam net uit de gevangenis, ik gebruikte nog veel gevangenisslang en mijn woede kwam vanuit m’n binnenste – zelfs nog meer dan vandaag de dag!

Een jaar later wilde men nog steeds dat ik kwam spreken, dus ging ik met mijn nieuwe paspoort naar Amsterdam. Ik was daar niet meer geweest sinds de periode twintig jaar eerder, toen ik op de loonlijst van de ‘Internationale Terreur’ stond. De infodag in Amsterdam was de eerste van een reeks die werd georganiseerd in Nederland, Duitsland en België. De dag werd georganiseerd bij een hele leuke voormalig gekraakte plek genaamd “the Bollocks” – deze naam werd bedacht door een paar Engelse mensen, en ik moest proberen om mensen duidelijk te maken dat er een groot ver- schil is tussen ‘Bollocks’ en ‘the Bollocks’. Het was heel goed om een paar goede, toegewijde kameraden in Amsterdam te ontmoeten en ik ben met veel van de mensen die ik toen ontmoet heb, goede vrienden gebleven.

Geert Waegemans, een toffe gast uit België, kwam naar de dag in Amsterdam. Hij had vastgezeten voor acties rondom dierenrechten, en we had- den met elkaar geschreven, dus was het erg goed om hem in persoon te ontmoeten. Hij ziet er ongeveer 20 jaar jonger uit dan hij in werkelijkheid is! Het was ook erg fijn om Jane Leathborough weer te zien, zij was die dag ook gekomen, en haar partner te ontmoeten.

De AGA had een vrij professionele set-up tijdens deze dag en het werd live uitgezonden op de radio. Ik denk dat je dit nog steeds wel terug kan vinden op internet. Het was voor mij nieuw om te spreken tijdens zo’n soort infodag en het was zeker niet het beste praatje dat ik ooit heb gehouden, maar ik hoop dat mensen het interessant vinden. Natuurlijk, wanneer je je bedenkt dat ik over dezelfde dingen praat, is er een redelijke overlap met betrekking tot de inhoud en dat van mijn If it was easy, they wouldn’t call it struggle! pamflet, dat ook de transcriptie is van een praatje, maar ik denk dat de inhoud toch substantieel verschilt.

De infodag gaf ook de gelegenheid om de Nederlandse Anarchist Black Cross nieuw leven in te blazen (in die tijd was er geen formele ABC groep in Amsterdam, maar het jaar hierop werd een nieuwe groep opgericht). Er was mij verteld dat de strijd voor afschaffing van de gevangenis een beetje een issue was, dus daar heb ik een groot deel van mijn tijd aan besteed. Omdat ik ook nog niet zo lang uit de bak was, en ik nog goede hoop had dat mijn veroordelingen ongedaan gemaakt zouden worden, sprak ik ook over mijn campagne. Het mag misschien naïef klinken dat ik toen die hoop nog had: ik wist wel degelijk dat het enkel zou gebeuren met een hoop politieke druk, die er uiteindelijk niet was, maar het is een emotionele gebeurtenis en het is moeilijk uit te leggen als je niet iets vergelijkbaars hebt meegemaakt. Natuurlijk, zoals ik ook tijdens het spreken zei, weet ik dat de enige gerechtigheid die we krijgen, de gerechtigheid is die we zelf bewerkstelligen, en in vele situaties is het concept van ‘schuld’ of ‘onschuld’ irrelevant. Maar ik denk dat het nogal afgezaagd en oneerlijk is om te doen alsof deze dingen altijd onbelangrijk zijn, probeer dat namelijk maar eens te vertellen tegen een onterecht veroordeelde verkrachter of kindermoordenaar.

Ten tijde van de infodag was mijn zaak nog steeds in behandeling bij de Criminal Cases Review Commision (CCRC)[2], maar hij werd uiteindelijk door hen verworpen. Ik had een gigantische hoeveelheid bewijs ingediend, met een omvang van meerdere telefoongidsen. Ze hebben er drie jaar lang hun hoofden over gebogen, en toen bleek dat ze slechts een paar uur werkelijk onderzoek naar mijn zaak hadden gedaan. Bijvoorbeeld, twee van de studenten waren spoorloos verdwenen voordat de politie ter plaatse was, ze werden wel genoemd door getuigen, de CCRC belde één van de studenten op en die zei “oh, ik was daar niet aanwezig”, en dat was het eind van het verhaal. Een andere getuige werd niet opgeroepen voor de rechtszaak, maar heeft de aanval op mij van begin tot eind gezien; dit vond men niet belangrijk blijkbaar. De politie heeft twee veroordelingen van één van de studenten verborgen gehouden, één veroordeling betrof een bedreiging van moord van een vrouw en een kind. Blijkbaar was dit wederom niet belangrijk. Er waren gigantische hoeveelheden achtergehouden bewijs, de politie heeft fouten gemaakt. Het oordeel van de CCRC is een schande. Ik word er zo kwaad van dat ik probeer er niet aan te denken, maar de veroordelingen hebben zware consequenties voor mij gehad. Ik kan niet eens een bankrekening openen, dus ik kan geen telefoonabonnement afsluiten, geen internetaansluiting en natuurlijk heb ik geen kans om een arbeidscontract af te sluiten. Ik ben er op allerlei wijzen door benadeeld, en niet te vergeten kan ik mogelijk levenslang krijgen.

Zelfs terwijl ik voor mijn eigen zaak vocht, die natuurlijk maar één issue voor me was, heb ik altijd mijn supporters aangemoedigd om andere gevangenen te ondersteunen en om tegen het gevangenissysteem in het algemeen te vechten. Als mensen meer over mijn veroordeling willen weten kunnen ze hierover informatie vinden op internet of misschien het pamflet Beaten Up, Fitted Up, Locked Up: Mark Barnsley And ‘The Pomona Incident’ – A Miscarriage of Justice (Justice for Mark Barnsley, 2000) lezen. Er is ook een boek genaamd In The Hands Of The Enemy: Mark Barnsley’s Struggle For Justice (Justice for Mark Barnsley, 2001).

Bijna negen jaar na mijn vrijlating heb ik er nog steeds moeite mee om het hele gebeuren uit mijn hoofd te zetten, maar dit heeft me er niet van weerhouden om te blijven vechten. Ook ben ik alle wrede, verrotte dingen die de Staat tegen mij heeft gedaan niet vergeten. Ik ben er nog steeds, nog steeds politiek actief, misschien wel meer dan voorheen, en ik wou dat ik fysiek nog in dezelfde staat was als 35 jaar geleden, toen ik de beweging binnenkwam. Ik ben 50 jaar oud geworden dit jaar, ik denk nog steeds dat de revolutie er bijna aankomt, en ik hoop nog steeds dat ik er in mee kan vechten. Onze dag zal komen.

Mark Barnsley

Activisme is mijn wraak!

Hallo, ik ben Mark Barnsley, ik ben een voormalig anarchistisch gevangene. Ik werd een jaar geleden vrijgelaten uit de gevangenis. Het is de eerste keer dat ik in staat ben om buiten Engeland te reizen. Pas kort geleden was het weer mogelijk voor mij om een paspoort te krijgen, dus dit is mijn eerste bezoek aan Europa sinds een paar jaar en de eerste keer dat ik in Amsterdam ben sinds ongeveer 20 jaar. Ik wil graag de Anarchistische Groep Amsterdam bedanken dat ze me uitgenodigd hebben en iedereen bedanken dat jullie gekomen zijn. Ik zal nu een praatje houden en als je daarna vragen wil stellen zal ik deze graag beantwoorden, maar als ik een woord gebruik dat je niet kent, ik zal dit proberen niet te doen, laat het me weten en dan zal ik proberen uit te leggen wat het betekent.

Ik heb ongeveer de helft van mijn volwassen leven in de gevangenis door- gebracht vanwege mijn politieke overtuigingen. Het is iets wat ik liever niet had gedaan, maar het betekent wel dat ik vrij bekend ben met het Britse gevangenissysteem. Ik ben bijna heel mijn leven met politiek, anarchistische ‘politiek’, bezig geweest. Zelfs als kind was ik politiek actief. Ik groeide op in een tijd die heel anders was dan vandaag de dag, in de jaren zestig was er op veel plekken in de wereld een politieke strijd gaande die mij interesseerde; zoals de opstand in mei ‘68 in Parijs, de opkomst van de gewapende strijd in Ierland, de burgerrechtenbeweging daar en in Amerika, de anti-Vietnamoorlogbeweging. Er gebeurde dus een heleboel en er was ook in Engeland veel onrust en ik denk vaak dat het moeilijk geweest zou zijn om in die tijd op te groeien en niét politiek actief te zijn, maar een hele- boel mensen waren het niet. Dit is een beetje een raadsel voor mij, maar ik ben altijd politiek actief geweest en ik ben sinds ongeveer mijn veertiende actief geweest in de anarchistische beweging.

Ik kom uit Sheffield, ik ben een jongen uit de arbeidersklasse. Sheffield ligt in het noorden van Engeland. Toen ik actief werd met de Sheffield Anarchists was ik ook druk met het bewerken en uitgeven van een antifascistische schoolkrant, ik deed een heleboel antifascistische dingen, tegen de oorlog in Ierland en toen ik bijna zeventien was besloot ik naar Libanon te gaan. De tijden van toen waren erg anders dan vandaag de dag, velen van ons geloofden in gewapende strijd en wanneer je actief werd in de anarchistische beweging kwam je snel in aanraking met deze ideeën en zou je mogelijk hebben kunnen kiezen om, je weet wel, de wapens op te pakken.

Dus ik weet niet of iemand hier misschien, de meesten van jullie zien er jonger uit dan ik (lacht), iets weet over de Libanese burgeroorlog, maar waar het simpel gezegd op neerkwam is dat het een strijd was tussen linkse en progressieve Libanezen en Palestijnse strijdkrachten aan de ene kant en de fascistische Libanese Falange partij en haar bondgenoten aan de andere kant, hierbij hoorden de Israëliërs. Op vele manieren was de Falange een klassieke fascistische partij, vergelijkbaar met de Falange in Spanje, en ze waren niet alleen bereid om hun rijke meesters te beschermen en de radicale oppositie in het land te vernietigen, maar ze waren ook bezig met een complete uitroeiïng van Libanese Palestijnse vluchtelingen, welke zij als verantwoordelijk beschouwden voor het opkomen van linkse ideeën. De burgeroorlog begon in 1975 toen de Libanese luchtmacht, onder fascistische controle, een Palestijns vluchtelingenkamp bombardeerde, maar zo waren ze al vanaf 1936 actief; de oprichter van de Falange, Pierre Gemayel, was Hitlers gast bij de Olympische Spelen in Berlijn en de partij is oorspronkelijk gemodelleerd naar de Hitler Jugend.

In het begin toen we, ik zelf en een anarchistische kameraad, en later nog een andere anarchistische kameraad, gingen vechten in Libanon was dat tegen de fascisten, maar 1978 was ook het jaar dat de Israëliërs Libanon binnenvielen om de fascisten te steunen, ze bleven daar nog 20 jaar. Dus we gingen er naar toe om onze kameraden daar te ondersteunen en ook om onze anarchistische ideeën te verspreiden. Want ik kwam er toen achter, en later in de gevangenis opnieuw, dat wanneer je het respect van mensen weet te winnen, ze veel makkelijker naar jouw politieke ideeën luisteren. En, een heleboel mensen waar we samen mee vochten waren zeker geïnteresseerd in onze anarchistische ideeën.

Later nam ik ook deel aan de gewapende strijd in andere landen en in 1980 werd ik gearresteerd naar aanleiding van een aanklacht over explosieven, voor het bezit van explosieven in Engeland. Interessant hieraan was dat ik gearresteerd werd door een Special Branch (de Britse politieke politie) detective die Clark heette. Onthoud die naam, want ik zal hier later nog meer over vertellen.

Ik werd in de gevangenis geplaatst en het was de eerste keer dat ik vastzat, maar het was niet een tijd waarvan ik dacht dat ik moest ophouden om politiek actief te zijn. Juist, en zo heb ik altijd gedacht, was het een kans om de strijd voort te zetten. Het was enkel een andere omgeving, en ik heb geprobeerd tegenover mijn cipiers zo moeilijk mogelijk te zijn als ik kon. Ik weigerde toen ik vastzat altijd om te werken, ik was zelfs zo lastig voor ze dat ze me uiteindelijk betaalden om niet te werken.

Toen ik werd vrijgelaten werd ik opnieuw actief in de anarchistische beweging, en begon ik met het redigeren en uitgeven van The Sheffield Anarchist, een krant die al vanaf 1891 werd uitgegeven. Sterker nog één van mijn mederedacteuren zit daar, Jane Leathborough, die samen met mij was tijdens ‘het Pomona Incident’, waar ik zo verder over zal vertellen. Ik was bezig met een boel antifascistische dingen, een paar vrij militante antifascistische dingen, het opzetten van de Sheffield Prisoners Support Group, de Mijnwerkersstaking van 1984-1985 in Engeland, dus eigenlijk een boel politieke dingen. Sheffield is een grote stad, het heeft waarschijnlijk hetzelfde inwonersaantal als Amsterdam, maar je hoeft niet zoveel te doen om op te vallen en het was zeker zo dat de politie in Sheffield het niet zo op mij had en mij meerdere keren probeerde op te pakken voor relatief milde aanklachten. Ik werd altijd lastig gevallen, vele malen gefouilleerd op straat, ze hebben een huiszoeking gedaan, ik werd door ze in elkaar geslagen. Dus ik kwam regelmatig in contact met de politie. Wij hadden een grote aanwezigheid in de stad, Sheffield Anarchists, we waren een grote groep. We kraakten anarchistische centra, we waren actief met een heleboel dingen.

In 1994 kreeg de politie de kans om me erbij te naaien en me vast te zet- ten. Dit is iets wat ze ook bij andere kameraden deden, voor en na mij, en we moeten ons altijd bewust blijven dat deze dingen werkelijk gebeuren. Sommigen van jullie kennen het verhaal, maar als je het hele verhaal wil lezen dan liggen daar pamfletten en flyers. Wat er simpel gezegd is gebeurd, is het volgende: Op een heldere, zonnige dag, zoals vandaag, ging ik met mijn pasgeboren kindje van zes weken oud, naar buiten voor een wandeling met Jane. We gingen ergens zitten, bestelden een drankje bij een pub en het eindigde ermee dat we aangevallen werden door 15 middenklasse dronken studenten. Terwijl zij het waren die ons aanvielen, belandde ik uiteindelijk in de gevangenis.

Nu, zelfs wanneer je de karikatuur van een rechtszaak en de veroordelingen in je achterhoofd houdt, zou je normaal gesproken voor zoiets, ik heb geen eerdere veroordelingen voor geweld, een voorwaardelijke straf of een korte gevangenisstraf verwachten. Maar ik kreeg 39 jaar, waarvan 12 samenvielen. Toen ik de veroordeling ontving zat ik inmiddels al 19 maanden vast in voorarrest, omdat een groot deel van de Britse gevangenen nog niet eens veroordeeld zijn. Er wordt nauwelijks gebruik gemaakt van het borgtocht- systeem, met name wanneer de politie het hier niet mee eens is. In de praktijk werkt het zo dat je niet op borgtocht vrij kan komen als de politie het niet wil. Dus, als je een beetje over de rechtszaak leest dan zul je snel zien dat de hele rechtszaak één grote farce was. Het was niet zo dat er niet genoeg getuigen van het incident waren, sterker nog, er waren een hele- boel getuigen die mijn verhaal ondersteunden, maar dit werd allemaal on- der het tapijt geveegd. Ik probeer niet te zeggen dat er in deze zaak sprake was van een persoonsverwisseling, maar wat ik bedoel is dat de politie me met opzet heeft opgepakt. Het interessante is dat ik het een paar minuten geleden had over die gast detective inspecteur Clark, die me in 1980 in Dover arresteerde, Dover aan de zuidkust van Engeland. Toen ik in 1994 in Sheffield werd gearresteerd was hij per toeval hoofd van het politiebureau dat over de vervolging ging, hetzelfde politiebureau dat ik had aangeklaagd voor onrechtmatige arrestaties en kwaadwillige vervolging een paar jaar daarvoor toen ze me eerder hadden geprobeerd op te pakken.

Er is dus duidelijk geen liefde tussen mij en de Britse staat, en ze hebben me uit omloop gehaald op een manier zoals ze dat ook met andere mensen deden. Stuart Christie, sommigen kennen hem wellicht, was samen met Albert Meltzer de oprichter van het moderne Anarchist Black Cross. Hij werd jarenlang lastig gevallen, de politie pakte hem constant op. Gelukkig waren ze niet echt succesvol, maar het had natuurlijk een heftig effect op zijn leven.

Dus daar zat ik in de gevangenis, ik had 12 jaar gekregen, ik wist dat ik genaaid was. Ik had contact met een paar individuele kameraden, maar het was duidelijk dat er een campagne nodig was om mijn veroordeling aan te kaarten, zowel een legale campagne om de rechtszaak via gerechtelijke wegen aan te pakken als ook een campagne om druk uit te oefenen op die gerechtshoven. Omdat er sinds vele jaren, sinds mensenheugenis, misbruik na misbruik van rechtsspraak plaatsvond in Engeland, worden vele, vele mensen uit de arbeidersklasse in Engeland erbij genaaid. Sommige van die zaken zijn succesvol ongedaan gemaakt, misschien heb je wel van de Birmingham Six zaak of de Guildford Four zaak gehoord, misschien heb je over deze laatste wel de documentaire gezien, maar de gemene deler bij al deze zaken is dat ze werden ondersteund door een grote campagne die druk uitoefende op de staat. Als je geen sterke campagne hebt, ondanks hoe sterk je er wettelijk gezien voor staat, zullen ze je zaak onder het tapijt vegen. De Birmingham Six moesten meerdere keren in hoger beroep gaan voordat de zaak succesvol ongedaan gemaakt werd, hoewel het voor iedereen met een beetje intelligentie duidelijk was dat de zaak nergens op sloeg.

Mijn campagne begon ongeveer in 1996 en het duurde een paar jaar om deze echt op te bouwen, voornamelijk doordat de gevangenenondersteuningsgroepen, de anarchistische gevangenenondersteuningsgroepen, op dat moment in Engeland zwak waren. Het natuurlijke ondersteunende orgaan waar ik op had moeten kunnen rekenen was er gewoonweg niet.

Er was een Anarchist Black Cross netwerk in Engeland in die tijd, maar ondanks alle intenties en doelstellingen, was het compleet waardeloos, niet alleen volgens mij maar volgens iedereen. Waar het op neerkwam was dat het netwerk een klein groepje mensen was dat onderling kibbelde, ruzie maakte, niets deed behalve wat irrelevante propaganda drukken, en herhaaldelijk het geld dat opgehaald was voor gevangenen, misbruikte. Gelukkig is dat netwerk nu verdwenen, en is er nog maar één ABC groep in Engeland nu, namelijk ABC Brighton[3], die ook niets met het netwerk te maken hadden, maar pas daarna opgericht is. Maar ik denk dat dit wel een vraagstuk over verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid in onze beweging oproept. Iedereen kan een ondersteuningsgroep voor gevangenen opzet- ten, maar we moeten wel verantwoordelijk zijn. Dit is met name belangrijk voor Engeland, het is heel vaak voorgekomen, ik kan me uit 1980 nog herinneren dat iemand een boeken-voor-gevangenen-plan had opgezet en er geld van stal. Andere kameraden weten wie deze kameraden zijn, en moeten hun daarover confronteren. Wanneer je actief wordt met gevangenenondersteuning, moet het gezien worden als een verbintenis voor de lange termijn.

Om terug te komen op mijn campagne, ik denk dat er een boel te leren is van alles wat mij overkomen is. De situatie op het vasteland van Europa is een beetje anders omdat over het algemeen solidariteit met gevangenen veel serieuzer wordt genomen, maar ik denk dat er veel dingen zijn die we kunnen leren van wat mij is overkomen, zowel de negatieve dingen, ik zat al vijf jaar vast voordat ik op een bredere basis steun verkreeg, maar ook de positieve dingen, want vanuit vele opzichten was het een hele goede campagne in de laatste jaren van mijn gevangenschap, en ik kreeg er echt veel steun door. Er werden een heleboel acties gedaan en initiatieven ont- plooit die niet zo alledaags zijn in Engeland, en sommige dingen hiervan, zoals bijvoorbeeld lawaaidemonstraties, zijn rechtstreeks uit Nederland geïmporteerd. Mensen kwamen hier naar toe en zagen deze tactiek. En ze bedachten dat het een effectief iets was dat we konden gebruiken, en het werd gebruikt om mij te ondersteunen. Ook bijvoorbeeld de aanvallen op de Home Office [vergelijkbaar met het Ministerie van Binnenlandse Zaken], de aanvallen op de minister van gevangenissen, deze mensen hebben namen en adressen, ze praten vaak vanuit hun staatsbestel, daar naartoe gaan en hun een hele moeilijke tijd bezorgen en zorgen dat ze er niet mee weg komen.

Toen mijn campagne net van de grond kwam, één van de dingen waar ik toen en tijdens de rest van mijn gevangenschap bezorgd over was, was iets waar ik over las, deze zaak achtervolgde me, en het is een zaak waar jullie niets van weten, het waren de ‘Luton Postkantoor Moorden’. Dit gebeurde tijdens de jaren zestig in Engeland, deze twee gasten werden gepakt voor een gewapende overval waarbij iemand werd vermoord. Het onzinnige was dat het een geval van politiecorruptie was, de echte moordenaar werd beschermd door de politie omdat hij ze betaalde, en toen hebben ze twee onschuldige mensen in de gevangenis gegooid. Sterker nog, deze mannen die al jaren dood zijn, werden enkele weken geleden onschuldig verklaard in hoger beroep, erg handig voor hen, ze werden postuum vrijgesproken. Wat er gebeurde was dat zij ook een grote campagne hadden, en dit leidde uiteindelijk tot hun vrijlating, maar hoewel ze vrijgelaten werden, werden ze nog steeds als schuldig beschouwd, ze waren niet vrijgesproken door de rechtbank. Toen ze vrijgelaten waren verdween de campagne gewoon omdat mensen dachten: “Ach, ze zijn nu uit de gevangenis, waar zeuren ze over?”. En dit maakte hun gek, ik bedoel niet krankzinnig, maar ze overleden erg vroeg, ze stierven gefrustreerd en ze stierven terwijl ze nog als schuldig werden beschouwd.

Natuurlijk weet ik als anarchist dat het concept van burgerlijke rechtvaardigheid op vele manieren compleet liberaal is en dat de enige werkelijke rechtvaardigheid die we ooit zullen krijgen de rechtvaardigheid is die we onszelf toe-eigenen, de rechtvaardigheid die we zelf bemachtigen, maar dat betekent niet dat we de staat moeten laten wegkomen met dit soort dingen. Want ik ben nog steeds het doelwit van zeer tastbaar politiegeweld, en dit is iets wat invloed op me zal hebben tot mijn veroordeling ongedaan gemaakt is. Ik kan pas sinds kort het land verlaten, de politie ondervraagt me, ze vragen dingen over mij, tot een paar weken geleden kon ik zelfs teruggestuurd worden naar de gevangenis zonder ook maar een overtreding of misdaad te begaan. En als ik word gearresteerd op bijvoorbeeld een demonstratie, omdat ik de vuist van een politieagent een kopstoot geef, kan ik levenslang in de gevangenis zitten. Nu laat ik me daar niet door afschrikken, ik laat me dat er niet van weerhouden een politiek activist te zijn, helemaal niet, activisme is mijn daad van wraak, elke dag van mijn leven vecht ik tegen de staat, ben ik politiek actief. Ik laat me niet door hen intimideren. Maar wat betreft mijn campagne, is het zeker in Engeland het geval dat, hoewel er nog steeds goede mensen actief zijn, de steun op vele manieren is verdwenen omdat mensen denken “nou, hij is nu uit de gevangenis”. Voor mij persoonlijk en ik denk voor de beweging in Engeland als geheel, zou dat een schande moeten zijn. Want de bood- schap die we aan de Staat moeten geven wanneer één van onze kameraden vastzit, is dat we dat als beweging niet zullen tolereren. Dat we hen er niet mee weg zullen laten komen.

Terwijl ik vastzat was de campagne in staat me te helpen op het gebied van solidariteit; want ik had het moeilijk in de bak, ik had het helemaal niet makkelijk. Ik werd bijvoorbeeld 22 keer verplaatst. Deze praktijk wordt door Britse gevangenen ‘spoken’ genoemd. Je zit op een avond in je cel, de cipiers komen je halen, je wordt meestal in elkaar geslagen, je wordt in een afgesloten eenheid gezet, en dat is het, je hebt geen idee waar je naartoe gaat. Alleen al in het jaar 2000 werd ik verplaatst van de Full Sutton gevangenis nabij York, wat in het noorden van Engeland ligt, naar het zuid- westen, toen naar Wales, toen terug naar het midden van Engeland, toen naar het eiland Wight, toen terug naar een plek genaamd Milton Keynes, wat in het zuiden ligt, toen naar Yorkshire, en daarna naar Durham in het noordoosten. Dat was allemaal in één jaar. Dus de gehele tijd dat ik vastzat, probeerden de cipiers, het gevangenissysteem, me te breken, en dat wordt gedaan om zeer echte redenen, niet enkel vanuit wrok, het wordt gedaan om een boodschap aan de andere gevangenen af te geven.

Vanaf de dag dat ik gearresteerd werd, was ik actief met gevangenispolitiek. De eerste gevangenis waarin ik langere tijd vastzat was de Doncaster gevangenis, dit was een pas geopende private gevangenis, in South Yorkshire. Het is van een Amerikaans bedrijf, genaamd Wakenhut. Dit is een berucht Amerikaans bedrijf, dat net als vroeger de Pinkerton Detective Agency, betrokken is bij het breken van stakingen. Ze hebben gevangenissen in Amerika en Australië. Ze zullen waarschijnlijk ook hier snel gevangenissen hebben, want we zien deze bedrijven zich over de hele wereld verspreiden. Toen ik daar voor het eerst zat werd ik door de andere gevangenen gekozen als de gevangenenwoordvoerder, en ik had een heel sterke troef in handen, want het ding was dat deze gevangenis te vroeg open was gegaan met onvoldoende personeel. Hier maakten we volop gebruik van in de zin dat we betere omstandigheden eisten. Als gevangenenwoordvoer- der had ik meer macht dan de gevangenis-directeur, omdat hij bang was om uit zijn kantoor te komen, hij verstopte zich daar gewoon. Dus wanneer we het eten niet goed vonden dan stuurden we het terug, wanneer we niet terug naar onze cellen wilden gaan dan gingen we niet. Waar het simpel- weg gezegd op neerkwam was dat het een ervaring was waarbij men kon zien wat er gebeurt wanneer gevangenen elkaar ondersteunen, ze kunnen echt invloed hebben op hun omstandigheden. Ze kunnen er misschien niet uit komen, maar ze kunnen zeker weten werkelijk dingen beïnvloeden.

Mijn activisme ging door toen ik verplaatst werd uit die gevangenis, en toen ik in 1997 in de Full Sutton gevangenis bij York zat, was er een gigantische opstand. We veroorzaakten 2,5 miljoen pond schade wat ik een heugelijk feit vind, en de gevangenis, althans delen daarvan, werden effectief vernietigd. Twee jaar later werden een aantal mensen, de meesten willekeurig, aangeklaagd voor het rellen in een gevangenis, en toen was ik de belangrijkste getuige van de verdediging. Dus ze werden allemaal niet- schuldig bevonden door mijn bewijs en deze hele, hele dure rechtszaak, en het vernietigen van de gevangenis zelf, had eigenlijk geen resultaten voor de Staat. Daarna was er een hele werkelijke escalatie van de manier hoe ik door de Staat werd behandeld. Dat wordt expres gedaan zodat gevangenen er naar kijken en ze in een toekomstige situatie waar misschien van ze gevraagd wordt om een kameraad te helpen, zeggen: “Ik weet het niet hoor, ik heb gezien wat er met Mark Barnsley gebeurde, hij gaf bewijs voor die mannen en de twee jaar erna zat hij in eenzame opsluiting”. Dus voor mij als politieke gevangene was het belangrijk om dat te weerleggen, om het om te draaien, zodat een paar mensen dat misschien zouden zeggen, maar dat iemand anders misschien zou zeggen: “Ja, maar hij was verdom- me nog steeds tegen ze aan het vechten.”

Overal waar ik naar toe ging, alle gevangenissen waar ik naartoe werd gestuurd, kwam ik erachter dat ik steun had, en de Staat kon me niet echt isoleren. En aan het eind hebben ze op een bepaalde manier verloren, omdat ze geen gevangenis meer konden vinden die me wou hebben. Ik heb sinds die tijd toegang tot mijn gevangenisdossier gehad onder de Britse Data Beschermings Wet, en ik heb al die brieven gezien van en naar gevangenisdirecteuren. Je zou denken dat je bij één of ander elitair clubje of iets dergelijks naar binnen probeerde te komen, omdat ze me niet in hun gevangenissen wilden, en dat is wat je wilt, je wil niet dat je naar een ge- vangenis gaat en dat ze zeggen: “Ja joh, komt terug wanneer je wilt. Elke keer wanneer je naar binnen wilt, laten we je erin”. Als politieke activisten moeten we uit deze klote plekken vertrekken terwijl zij zeggen: “Ik wil die klootzak hier niet meer terug hebben.” Dus ik probeerde zo vervelend mogelijk te zijn voor de Britse Staat, want, weet je, zij stopten me verdomme achter tralies, dan ga ik het ze echt niet makkelijk maken.

Ik zat vast tijdens een periode in de Britse gevangenisstrijd die behoorlijk interessant was, hoewel het interessante op de meeste manieren negatief was, want het was een periode waarin de Staat een boel terrein terugwon. Britse gevangenissen zijn erg sober, werkelijk waar, ze zijn erg ouderwets, erg minimaal. Veel cellen hebben enkel betonnen vloeren, eenzame op- sluiting wordt veel gebruikt. Gevangenen hebben recht op enkel een half uur luchten en dat kan dan ‘s avonds zijn en in een kooi, dat wordt dan ‘beweging’ genoemd, je krijgt daar een half uur van op een dag, tenminste als het niet regent en als er geen lock-down[4] is. Zelfs in Victoriaanse tijden kreeg je een uur. Het eten is armzalig, de omstandigheden slecht, er is weinig tot geen gezondheidszorg. Dus de Britse gevangenissen zijn erg sober, en op vele manieren worden ze nog slechter. Maar tijdens de jaren zeventig en tachtig vochten Britse gevangenen heel hard voor betere leefomstandigheden en een groot deel van de mensen die daar actief mee waren waren Ierse republikeinse gevangenen, omdat daar er een flinke groep gevangenen van was, en zij bereikten een bepaald niveau van liberalisatie, voornamelijk in de maximaal beveiligde gevangenissen waar ik altijd vastgehouden werd. Gevangenen kregen meer autonomie, al was het alleen maar omdat de cipiers te bang waren om de confrontatie aan te gaan.

In 1990 was er een grote opstand in een lokaal Huis van Bewaring, zo’n lokale HvB is zoiets als een gevangenis voor niet-veroordeelde gevangenen in een lokaal dorp, het is geen zwaar beveiligde gevangenis, ook al kunnen er ‘hoge risico gevangenen’ zitten, maar dat is meestal maar voor een korte tijd en zij worden meestal in een isolatie-eenheid gehouden. Strangeways was zo’n soort gevangenis, die ligt in Manchester, en in 1990 was daar een grote opstand en de gevangenen hadden eigenlijk de gevangenis over genomen. Het eindigde met een protest op het dak waar de gevangenen voor een redelijke tijd in het volle zicht van de media waren. Dat was een afgang voor de Britse Staat, voor het Britse gevangenissysteem, en dus op dat moment werd er veel over liberalisering van de gevangenissen gesproken, over bijvoorbeeld het plaatsen van toiletten in de cellen, dat hadden de Britse gevangenen toen niet, en in sommige Britse gevangenissen hebben ze nog steeds geen toiletten in de cel. Over mensen iets vaker uit hun cel te laten, en om alles in het algemeen een beetje meer relaxed te maken. Maar dat was enkel een tactische terugtrekking van de Staat, want rond dezelfde tijd voerden ze nieuwe beveiligingsmaatregelen in. Wanneer er nieuwe gevangenissen werden gebouwd werden ze anders gebouwd, ze hadden lagere daken zodat er bij een protest vanaf buiten niets te zien was, ze gingen meer beveiligingscamera’s gebruiken, de cipiers kregen meer reltraining, en ze ontwikkelden ook een aantal psychologische tactieken die ze later met veel succes hebben ingezet.

In 1994 kwam ik in de gevangenis en vlak nadat ik vast was gezet, was er een ontsnappingspoging van voornamelijk IRA gevangenen, uit de Whitemoor gevangenis in Cambrigdeshire. Deze mannen moesten de best bewaakte gevangenen van het land zijn, maar terwijl zij over de muren klommen, waren de bewakers die over hun moesten waken, of hun veiligheid bewaren, aan het lezen en scrabbelen. Er was een grote publieke verontwaardiging hierover. En slechts een paar maanden later in de Parkhurst gevangenis, ook een zwaar beveiligde gevangenis op het eiland Wight, ontsnapten, of beter gezegd, liepen drie gevangenen naar buiten met een sleutel. Wat ze eigenlijk hadden gedaan was, één van de gevangenisbazen had de gewoonte om met zijn sleutel naar mensen te wijzen wanneer hij met ze aan het praten was, en ze hadden gewoon naar de sleutel gekeken en hem gekopieerd. Dus deze twee voorvallen waren het signaal van iets groots in het gevangenissysteem en er werd opdracht gegeven tot het opstellen van twee rapporten, bekend als het Woodcock rapport en het Learmont rapport. Woodcock was vroeger de hoogste Britse politieofficier en Learmont was gewoon één of andere oude generaal, één of andere idioot die ze ergens vandaan hadden gehaald. Dit waren hele omvangrijke rapporten, ze wisten dat deze rapporten niets ten goede van de gevangenen zouden brengen. Ze stelden een aantal aanbevelingen op, welke hebben geleid tot een golf van repressie in het gevangenissysteem in de laatste zeven of acht jaar. Van gevangenen werden hun eigendommen af- genomen, er werd meer gebruik gemaakt van segregatie eenheden, maar het meest interessante idee was een idee dat ze vroeger ook probeerden te introduceren, maar toen waren de gevangenen te militant om het te accepteren, genaamd het ‘Aansporings en Verdiende Voorrechtenplan’. Hoe dit kort gezegd werkt is dat gevangenen worden onderverdeeld in een door de staat gedefinieerd klassensysteem, waar je op het laagste niveau ‘basisgevangenen’ hebt, dan de ‘standaardgevangenen’ en dan de ‘gevorderde’ gevangen Deze niveaus die door de cipiers worden bepaald, bepalen hoeveel bezoek men per maand mag hebben, welke baantjes men mag hebben, hoeveel tijd je in de cel moet doorbrengen, eigenlijk worden alle omstandigheden door dit plan bepaald. Terwijl in de jaren tachtig, toen ze dat systeem probeerden in te voeren, wat toen bekend stond als het ‘niveausysteem’, gevangenen het weigerden en het gewoonweg niet tolereerden, is het nu volgens de Staat succesvol en is het een grote achteruit- gang voor wat betreft gevangenisstrijd.

Wat de strijd in de Britse gevangenissen betreft, moeten politieke gevangenen de boel weer van begin af aan opbouwen. Het was namelijk zo dat in de jaren zeventig en tachtig gevangenen heel rebels, heel militant waren, maar het is makkelijk een rebel te zijn wanneer iedereen dat is. Nu er nog maar enkele rebellen zijn is dat een stuk moeilijker. Ik denk dat dat het verschil laat zien tussen een rebel en een revolutionair, en dat we dus oprecht politiek bewustzijn moeten voeden bij gevangenen. Het liet me ook iets anders zien, toen ik actief was in het opzetten van de Sheffield Prisoners Support Group was onze slogan eigenlijk “alle gevangenen zijn politieke gevangenen”, maar ik denk dat dat maar tot op zekere hoogte waar is. Het is tot een bepaalde hoogte waar, maar er is een groot verschil tussen sommige gevangenen, tussen politieke gevangenen en mensen die vastzitten voor drugshandel of het plegen van overvallen. Hoewel er een mogelijkheid is om hen te politiseren, geloof ik dat we bezig moeten zijn met maximale steun aan onze eigen politieke gevangenen en zorgen voor politieke steun aan gevangenen in strijd, dat zou nu mijn slogan zijn. Want ik denk dat we als politieke activisten nu meer dan ooit de kans lopen om in de bak te belanden, de Staat sluit ons meer op dan ooit te voren, dat gebeurt over de hele wereld, en we moeten echt beter kijken naar gevangenensolidariteit, het zou een prioriteit voor ons anarchisten moeten zijn, alleen als een vorm van verzekering, zekerheid, want als wij in de gevangenis belanden, wie gaat er dan voor ons zijn?

Ik denk dat één van de gebieden waar het Britse ABC bijvoorbeeld fouten heeft gemaakt, is dat in de jaren tachtig er een situatie was dat er nauwelijks anarchistische gevangenen in Engeland waren, en daarom gingen ze vrij willekeurig mensen ondersteunen die ze ergens ontdekten. Ze waren compleet gemarginaliseerd van de gevangenisstrijd en wisten niet wat ze moesten doen. Toen ik in de gevangenis zat en hun lijst van gevangenen onder ogen kreeg was ik echt zwaar geschrokken, want hoewel er wel een paar fatsoenlijke gasten op stonden, stond er ook een heleboel tuig op en mensen die hun echt hadden bedrogen. Er was een bepaalde gast genaamd Connie Kenter[5] over wie het Britse ABC hun lof uitsprak, en dit bracht hen in diskrediet bij gevangenen in het hele gevangenis- systeem want iedereen kent deze gast en hij wordt beschouwd als één van de grootste leugenaars in het systeem. Hij was ook, bijvoorbeeld, de enige gevangene in Full Suton die enigszins verdekt niet meedeed aan een staking van gevangenen. Hij zit vast omdat hij een mede-gevangene had vermoord, daar zit hij voor vast, en zij probeerden hem naar buiten te brengen als een soort van politieke gevangene. Het is eigenlijk wel grappig, behalve dat het het ABC veel geld heeft gekost, maar één van de dingen die hij gedaan had was dat hij hen vertelde dat hij zo erg in elkaar geslagen was door de cipiers dat hij een operatie in een privékliniek nodig had om zijn knie te redden. Welnu, zoiets kan helemaal niet als je in een Britse gevangenis zit, dat is gewoon niet mogelijk, maar het ABC wist dat niet, dus organiseerden ze een campagne om Connies knie te redden, en met dat geld kon hij zijn heroïne betalen.

Connie Kenter komt waarschijnlijk nooit meer uit de gevangenis, maar sommige van de mensen die ze hebben ondersteund waren echt gevaarlijk, en ze hadden geen informatie over hen moeten verspreiden zonder eerst hun achtergrond te checken. Ikzelf denk dat één van de dingen die we moeten doen, naast het ondersteunen van onze eigen politieke gevangenen, is de gevangenisstaat te confronteren, want dan hoeven we niet te ‘kiezen’ uit gevangenen. We hoeven het gesprek over of we die en die wel of niet moeten ondersteunen dan niet te hebben. Over wat hij wel of niet heeft gedaan, etcetera. Als het gaat om het confronteren van de gevangenisstaat is dat van het grootste belang, omdat het effect heeft op alle gevangenen; het vechten voor betere omstandigheden in de gevangenis en uiteindelijk voor de complete afbraak van het gevangenissysteem. Dat was iets waar ik het een paar minuten geleden met iemand over had, en ik denk dat het iets is waarbij helaas een heleboel anarchisten terugkrabbelen.

Als anarchist ben ik voor de afschaffing van gevangenissen, de afschaffing van alle gevangenissen en de bevrijding van alle gevangenen. Niet alleen omdat ik een anarchist ben, maar omdat ik in de gevangenis heb gezeten en heb gezien hoe rot het systeem is. Het gevangenissysteem werkt op geen enkel niveau, het is net alsof je meer snelwegen bouwt om enkel te eindigen met meer auto’s. Als anarchisten worden we dikwijls geconfronteerd met dit soort monolitische ideeën, dat we geld nodig hebben omdat we altijd geld hebben gehad, dat we een overheid nodig hebben omdat we altijd een overheid hebben gehad en dat we gevangenissen nodig heb- ben omdat we altijd gevangenissen hebben gehad. Dat is helemaal niet waar, de gevangenisstaat is een zeer recent concept als je kijkt naar onze geschiedenis, duizenden jaren zijn we op een hele andere manier met anti- sociale criminaliteit omgegaan, en we moeten hier naar kijken want in een anarchistische samenleving gaat het niet alleen om wie er naar de gevangenis gaat en wie ze daarheen stuurt; ik ga de sleutel niet omdraaien. Het hele idee is voor mij gewoonweg belachelijk. Het idee dat je iemand die heeft gezondigd tegen de samenleving wegneemt en dat je ze in de gevangenis stopt met wat andere mensen die hetzelfde hebben gedaan met de gedachte dat ze er beter uit zouden moeten komen, lijkt mij belachelijk. Ik denk dat het gevangenissysteem op geen enkele wijze werkt. Ook voor- ziet het mensen niet van enige vorm van bescherming, zelfs wanneer we kijken naar de meest anti-sociale misdaden, het maakt mensen niet beter, het maakt goede mensen slecht en slechte mensen nog slechter. Dus, als anarchisten denk ik echt dat we hier over na moeten denken en dat het iets is waar we niet op moeten terugkrabbelen. Ik ben zeker een ‘prison abolitionist’ [voor de afschaffing van de gevangenis].

Ik sprak over de noodzaak voor solidariteit met gevangenen en ik ben iemand die in het verleden extreem kritisch is geweest op de anarchistische beweging over het feit dat ze niet in staat is om te zorgen voor genoeg solidariteit voor onze gevangenen. Dat is zeker het geval in Engeland.

Zoals ik zei, heb ik altijd veel meer steun gekregen uit Europa, zeker in het begin, dan dat ik kreeg uit mijn eigen stad, wat een beetje treurig is. Maar, terwijl wij als anarchisten een zekere verantwoordelijkheid hebben om onze gevangenen te ondersteunen, denk ik dat wanneer we naar de gevangenis gaan we tevens een verantwoordelijkheid hebben om ons als anarchisten te gedragen, omdat we daar niet zijn als individuen maar als een deel van de beweging.

Soms zeggen mensen tegen me dat het aan individuen is hoe zij hun tijd uitzitten, tot op zekere hoogte is dat waar. Ik verwacht niet van mensen dat zij tanks kopstoten gaan geven, maar we moeten onze integriteit wel behouden, en in het bijzonder wanneer we naar de gevangenis gaan voor politieke daden. Niemand wil onze politiek serieus nemen als we persoonlijk niet geloofwaardig zijn. We moeten ons gedragen als anarchisten, dat geldt voor hoe we omgaan met de staat, hoe we omgaan met de bewakers, hoe we omgaan met andere gevangenen. We kunnen alle Alexander Berkman van de wereld hebben gelezen, maar als we klikken en we informatie geven over andere gevangenen, dan zijn we geen anarchisten, dan zijn we verklikkers. Dat is wat we zijn, we zijn enkel informanten, en niemand zal ons serieus nemen en we verdienen geen enkele ondersteuning als we ons zo gedragen, we verdienen geen enkele ondersteuning van de beweging.

Wat betreft het behouden van onze integriteit: soms is het moeilijk, soms gaat het om kleine dingen. Ik kan me herinneren dat ik in een situatie was waar de cipiers mij in een gevangenisuniform wilden dwingen en ik niet van plan was het te gaan dragen. Dus ze probeerden me eerst te intimi- deren met geweld en dat werkte niet, en toen probeerden ze het ‘good cop’-trucje en zeiden tegen me dat ik immers in de isolatie-eenheid zat, waar niemand anders was, en dat toch niemand te weten zou komen dat ik het aangetrokken had. Het ding is dat ik het geweten had als ik het had aangetrokken, en dat zij het geweten zouden hebben, en dat is het enige dat er toe doet, omdat ze me zoiets niet gaan zien doen. Dus soms komt integriteit aan op zeer, zeer kleine dingen, maar het is erg belangrijk dat je je niet overgeeft, niet alleen wat je eigen politiek betreft, maar ook in de zin van het overleven van de gevangenis.

De Nederlanders hebben een hoop onderzoek gedaan naar de effecten van lange termijn opsluiting, en zij weten dat na vijf jaar constante op- sluiting de psychologische effecten onherstelbaar zijn. Je zult nooit meer dezelfde zijn, dat is ongeacht hoe je je gedraagt. Er zijn een aantal voormalige Britse gevangenen, mensen als Paddy Hill van de Birmingham Six, die hersenscans hebben gekregen en je kunt de schade aan hun hersenen zien, je kunt er gaten in zien, hetzelfde soort schade dat je zou kunnen zien in het brein van een bokser. Langetermijnopsluiting heeft mij zeker beïnvloed, het heeft me zeker psychisch beïnvloed, maar psychologen weten dat de grootste psychologische schade die je door gevangenneming kan oplopen ‘disempowerment’ is. ‘Disempowerment’ (reagerend op een vraag)? We bedoelen met wanneer je jezelf ‘empowert’, je jezelf sterker maakt, je grijpt de controle, je neemt controle over je eigen leven, je handelt voor jezelf. Dus om die zelfbeschikking te ontnemen is het tegenovergestelde daarvan, het betekent het verliezen van de controle over je eigen leven, iets over- geven van jezelf, niet dat het van je afgenomen is, maar je hebt het overgegeven, dit zijn twee verschillende dingen. Eigenlijk kunnen de cipiers alles met je doen wanneer je in de gevangenis zit, ze kunnen je in elkaar slaan, ze kunnen je kleren afnemen, ze kunnen op je voedsel spugen, wat dan ook, maar dat is iets anders dan je aan hun overgeven, dan jezelf in het gareel houden. In sommige isolatie-eenheden in Engeland was er een situatie waar er een streep was als je uit je cel kwam, gewoon een geschilderde streep, en wanneer ze het voedsel uitdeelden aan de overkant van je cel, moest je er helemaal omheen lopen, en de cipiers zeiden tegen je dat ze je in elkaar zouden slaan als je over de streep heen ging. Maar ik ga niet langs die fucking streep lopen. Ze kunnen me in elkaar slaan, maar ik ga niet langs die fucking streep lopen.

Dus psychologen weten dat het meest schadelijke effect het verliezen van zelfbeschikking is, maar als je weigert je integriteit over te geven, ben je deze nooit volledig kwijt. Dus in veel opzichten ben je jezelf ook psychologisch aan het beschermen, ondanks het feit dat wanneer je een politieke gevangene bent je langer in eenzame opsluiting zult doorbrengen en dat je mogelijk wreed behandeld zult worden.

Vorig jaar kwam ik uit de gevangenis. Dingen zijn niet makkelijk voor me geweest; ik was een tijd dakloos, ik leefde met enkel een rugzak, ik had een hoop problemen met de smeris en dat overkomt me nog steeds. Maar ik ben nog hier en zoals ik zei, is wat ik nu doe, het strijden tegen de Staat, elke dag weer, mijn wraak. Het is iets dat ik voor de rest van mijn leven zal blijven doen.

Vragen

Ja Mark, ik vroeg me af, het was een goed verhaal, maar zoals je zei gaat de campagne nog steeds door en zou die niet vergeten moeten worden, toch? Dus wat denk je dat we hier kunnen doen om jou actieve ondersteuning te geven op het vasteland van Europa?

Ik denk dat er verschillende dingen gedaan kunnen worden. Wat er met mijn zaak gebeurt, is dat de Criminal Cases Review Commission deze drie jaar behandeld heeft en hopelijk zal ze het verwijzen naar het appeal court[6].

Of dat zal gebeuren weet ik niet. Ze zijn drastisch ondergefinancieerd, ze zijn lui en hebben weinig ruggengraat en zijn zeker niet onafhankelijk. Ik heb een advocaat die gratis werkt omdat hij in mijn zaak gelooft, maar er zijn ook een hoop andere juridische kosten omdat ik transcripten en medische verslagen nodig heb, dat soort dingen, dus er is een bepaalde mate van fondsenwerving aan de gang. Belangrijker nog: ik denk dat het levend houden van dingen in het blikveld van het publiek belangrijk is, om campagnes op de agenda te houden.

Er is een Brits consulaat in Amsterdam, daar zijn dingen die je kunt doen. Doorgaan mensen te vertellen wat er gebeurd is, dat is allemaal belangrijk, omdat de Britse pers mij geen enkele aandacht heeft gegeven. Het eerste wat journalisten doen wanneer ze met mij in contact komen is het ontkennen van mijn politieke overtuiging. Ik ga geen verontschuldigingen aanbieden voor wat ik heb gedaan, ik ga mij niet verontschuldigen voor mijn politieke overtuiging. Terwijl ik een hoop aandacht kreeg in de anarchistische pers, kreeg ik geen aandacht in de mainstream pers in Engeland. Een voorbeeld van hoe laf Britse journalisten zijn - en ik denk dat ik geen beter voorbeeld krijg dan dit - was toen Tony Blair was gekozen voor zijn tweede termijn als premier. Toevallig viel zijn herkiezing samen met de verjaardag van mijn gevangenschap. Een groot aantal van mijn supporters deden een picketline bij de Home Office en bij degene die de nieuwe minister [van Binnenlandse Zaken] zou moeten worden, wiens taak het nog steeds is - tot op zekere hoogte - om met dit soort dingen om te gaan: David Blunkett. Ik ken David Blunkett al sinds ik tien jaar oud ben. Hij was vroeger de leider van de gemeente Sheffield, en hij is zijn hele leven al uitschot geweest.

Dus mijn supporters trokken van de Home Office naar Downing Street, en ze waren daar aan het wachten op David Blunkett die zou arriveren. Nu waren er misschien 200 journalisten daar, en zij wilden David Blunkett ook zien om hem te kunnen filmen. Hij was bang om te arriveren terwijl de demonstranten van mijn campagne er nog waren, dus hij reed rond en rond Whitehall. De journalisten, geconfronteerd met de eerste demonstratie tijdens het nieuwe Blair-regime, die slechts enkele meters van hen verwijderd was, namen niet eens de moeite om uit te zoeken waar de demonstratie over ging. Het enige dat ze deden was naar de smeris toe gaan om te vragen of ze de demonstranten niet weg konden zien te krijgen uit angst dat het lawaai gehoord zou kunnen worden in hun uitzendingen. Dat is de staat van Britse journalistiek. Dus ik denk dat we druk moeten uitoefenen op hen, om het profiel van de campagnes op te schroeven, niet alleen mijn campagne maar ook andere campagnes, tot het niveau dat ze niet meer genegeerd of onder het tapijt geveegd kunnen worden. Ik denk dat er een aantal dingen zijn die we in die lijn kunnen doen, stunts en dergelijke, en nog één ding over gevangenenondersteuning, ook al is er een hoop wat we kunnen doen in het kader van het ondersteunen van gevangenen: het beste voor mij als gevangene was weten dat andere kameraden van buitenaf vochten voor een betere wereld, want dat is ook belangrijk.

Kun je ons iets vertellen over andere lopende campagnes in Engeland?

Eén van de campagnes waar ik bij betrokken ben is de Campaign against Prison Slavery. In Britse gevangenissen worden gevangenen gedwongen om te werken, zij zijn verplicht om te werken en als zij niet werken, volgt eenzame opsluiting en worden ze op andere wijzen gestraft: ze verliezen bezoek en straffen worden verlengd. Ik heb altijd geweigerd om te werken en één van de dingen die mij is overkomen toen ik vastzat in de Wakefield gevangenis is dat ze geprobeerd hebben om mij afvoerpijpen te laten inpakken, wat ik weigerde dus werd ik in de segregatie-eenheid geplaatst. We zijn een campagne begonnen tegen het loodgietersbedrijf Hepworth’s, aan wie die afvoerpijpen toebehoorden. Zij hadden bijvoorbeeld een zusterbedrijf op Malta, waar er ook een hoop ondersteuning was, dus zij werden ook daar gepicket. In Engeland (Hepworth’s had haar basis in Doncaster, South Yorkshire) werden hun kantoren bezet door supporters die spontaan van een Earth First! Gathering waren gekomen die in de buurt werd gehouden dat jaar. De supporters kwamen binnen, en die dag was er een bestuursvergadering. Het bleek dat de werknemers absoluut niets wisten van het gebruik van gevangenenarbeid door het bedrijf. Eén van hen was toevallig een oude kameraad van me van de Sheffield Anarchists. De demonstranten raakten binnen bij de kopieerruimte en kopieerden een lading flyers, omdat het een actie was die nogal spontaan gebeurde. Ze blokkeerden de poorten met kettingen en D-locks zodat Hepworth’s geen verkeer in en uit het gebouw kon. De lokale bevolking kwam en ondersteunde iedereen van de actie. Het begon te regenen dus er werden jassen en warme kleding gebracht. De smeris belde de brand- weer om de sloten door te knippen, maar de brandweer weigerde vanwege het politieke karakter van het incident. Het resultaat was dat Hepworth’s hun contract afzegde met de Wakefield gevangenis. De werkplaatsen werden, tenminste tijdelijk, gesloten en ik werd verplaatst uit hun rotte gevangenis. Het was een schoolvoorbeeld van een les in solidariteit.

Ik wilde verder gaan met campagne voeren tegen verplicht werk in de gevangenis dus zette ik eerder dit jaar de Campaign against Prison Slavery op, die werd gelanceerd op een conferentie in Leeds. Tot dusver hebben we als primair doelwit een grote Britse high street-keten[7] die gebruik maakt van gevangenenarbeid: Wilkinson’s. We hebben ongeveer 35 picketlines gedaan bij hun filialen. In feite is er vandaag een actiedag gaande. Uiteindelijk hopen we een einde te maken aan verplichte arbeid in de gevangenis.

Wat er de afgelopen jaren is gebeurd - wanneer we kijken naar de geschiedenis van arbeid in de Britse gevangenissen - is iets dat voornamelijk geïntroduceerd was door Quaker-gevangenisreformisten, omdat ze van mening waren dat gevangenen niet de hele dag stil zouden moeten zitten op hun bedden of aan de drank raken of iets dergelijks. Dus hebben ze deze hele aardige dingen geïntroduceerd zoals het verbod voor gevangenen om te spreken of gezichtsmaskers te dragen, eenzame opsluiting zodat ze berouw- vol zouden zijn…Tevens hebben ze verplichte gevangenisarbeid geïntroduceerd.

In oorsprong ging het om niet-productieve arbeid, de gevangenen zouden stenen breken of ze hadden dingen zoals een machine genaamd een ‘crank’, waar je de hele dag aan een zware hendel zou moeten trekken. Dat is waar we het woord ‘screw’ (cipier) vandaan hebben, want de ‘screw’ (cipier) kon aan een ‘screw’ (schroef) draaien om het makkelijker dan wel moeilijker te maken om de machine te bedienen. Er waren ook tredmolens, en zelfs in mijn tijd hadden ze genaaide postzakken, die met een zeer verouderde methode aan elkaar genaaid werden. Het ding is dat deze postzakken niet eens gebruikt werden. In een gevangenis waar ik was, gingen ze van een werkplaats – genaamd de ‘postzakken shop’- naar een andere werkplaats die ‘postzakken reparaties’ heette, waar ze weer uit elkaar gehaald werden, en dan zouden ze weer terug gaan. Dus het gevangenissysteem was niet inventief genoeg om te denken dat ze daadwerkelijk winst konden maken door de arbeid van de gevangenen, want de gevangenen waren niet beheersbaar genoeg. Wat er is gebeurd, is dat de afgelopen jaren de private gevangenis- bedrijven zich zijn gaan richten op gevangenenarbeid.

Ze hebben ervaring met de situatie in Amerika, want het zijn eigenlijk dezelfde bedrijven, denkende dat ze winst kunnen maken met deze arbeidspool, en in feite maken ze ook enorme winst als gevolg van gevangenenarbeid, zo’n 60 miljoen pond per jaar. Dit heeft ook een neveneffect op de arbeiders, sommige arbeiders buiten de gevangenis zijn werkloos gemaakt omdat de bedrijven waar ze eerst voor werkten, weten dat ze gevangenen kunnen gebruiken omdat zij maar rond de pond per dag betaald krijgen, soms niet eens dat bedrag, om deze zeer monotone klussen te doen.

Dus de Campaign against Prison Slavery is één van de dingen waar ik bij betrokken ben. Ik ben ook betrokken bij de Leeds Prisoner Solidarity Group[8], welke gewoon een kleine gevangenenondersteuningsgroep is. We ondersteunen een aantal van dezelfde gevangenen die hier (in Nederland) ondersteund worden, mensen als Thomas Meyer-Falk, van wie ik denk dat het een hele goede kameraad is die veel ondersteuning verdient. Hij is erg solide en iemand die ik een lange tijd geschreven heb, toen ik zelf in de gevangenis zat.

Aan het begin van je verhaal vertelde je dat je 36 jaar had gekregen, waarvan er 12 samenvielen. Wat betekent dat precies?

Sorry, misschien heb ik dat niet goed uitgelegd. Het was eigenlijk 39 jaar. Wat er gebeurde was dat ik gedaagd werd voor 5 aanklachten in verband met het toebrengen van ernstig letsel aan de studenten die mij aanvielen, maar ik was enkel veroordeeld voor 2 aanklachten. Ik werd veroordeeld voor 3 aanklachten van een mindere zware categorie, zoals ‘onwettig verwon- den’, maar ik was daar vreemd genoeg nooit voor aangeklaagd, ze hebben dat aan het einde er gewoon bij gehaald. Dus ik heb 12 jaar gekregen voor één van de veroordelingen voor het toebrengen van ernstig letsel, 12 jaar voor de andere aanklacht, 5 jaar voor elk van de andere aanklachten, wat dus neerkomt op 39 jaar in totaal. Echter, omdat alles op hetzelfde moment gebeurde konden ze er geen aparte straffen van maken, en vielen ze samen, wat betekent tegelijkertijd. Dus ik moest in werkelijkheid 12 jaar naar de gevangenis.

De manier waarop het Britse systeem werkt is dat je na de helft van je straf een verzoek voor vrijlating op borgtocht kunt indienen, maar ik heb daar nooit naar gevraagd want als je een verzoek indient, moet je zeggen: ‘’Ik ben schuldig’’ of ‘’ik zal een brave jongen zijn’’ of iets dergelijks. Ik was niet bereid dat te doen. Als dat niet gebeurt word je automatisch vrijgelaten na tweederde van je straf, in mijn geval na 8 jaar, tenzij ze tijd van je afgenomen hebben. In Britse gevangenissen hebben ze van die kleine zelf opgezette, ad hoc-tribunalen (waarin je kans op een eerlijk proces zeer klein is), en kunnen ze dagen aan je straf toevoegen, maar ik heb altijd juridische actie ondernomen om die weer terug te krijgen. Dus ik ben wat dagen kwijt geraakt, maar de meeste heb ik weer terug gekregen. Uiteindelijk heb ik net iets meer dan 8 jaar gezeten.

Ze zijn nu een nieuw systeem aan het introduceren, en als ik vandaag de dag 12 jaar zou krijgen, zou ik die volledig moeten uitzitten en zou ik de rest van mijn leven onder supervisie staan. Dat is het nieuwe systeem dat David Blunkett van plan is te introduceren. Eigenlijk willen ze meer en meer mensen aan een leiband voor het leven hebben. Straffen zijn enorm. Ze hebben nu een systeem in Engeland, mensen hebben het over het ‘three-strikes’-systeem in Amerika, in Groot-Brittannië bestaat het ‘two-strikes’-systeem’. Het gevangenissysteem zit vol met gevangenen die levenslange straffen uitzitten terwijl ze nog nooit iemand gedood of verwond hebben, maar toch zitten ze levenslang. Je hebt gasten die 30 jaar, 35 jaar zitten voor een gewapende overval. Welnu, ze hebben een bank overvallen, maar niemand neergeschoten. We hebben gezien wat er gebeurt met dit soort enorme straffen in Amerika: mensen zoeken hun eigen gerechtigheid in de straat en eindigen liever in een vuurgevecht met de politie tot de dood, dan dat ze zich overgeven aan een levende dood en wegrotten in de gevangenis.

Het lijkt erop dat solidariteit onder gevangenen verschilt van plek tot plek en zoals je zei is het niet zo sterk als in het verleden. Vind je dat niet deprimerend? Ik bedoel, gedurende de wereldwijde hongerstakingen in solidariteit met de Turkse hongerstakers en gevangenen in de Spaanse FIES-isolatie-eenheden[9] zat ik in een Belgische gevangenis met 600 mensen, waarvan alleen ik en een andere gast in hongerstaking waren. Dus ja, is dat niet…

Deprimerend? Nou, in Engeland is het een beetje anders, en terwijl ik niet blij ben met het gebrek aan solidariteit onder gevangenen in het algemeen, probeer ik dat in een politiek perspectief te blijven plaatsen. Ik bedoel dat ik geloof dat op een dag de arbeidersklasse in opstand zal komen en de staat omver zal werpen, maar dat betekent niet dat ik denk dat alles dat de arbei- ders doen met hun levens zo geweldig is op dit moment. Dus ik probeer het vanuit een politiek perspectief te bekijken. Ik kreeg wel een hoop steun van andere gevangenen, wanneer ik verplaatst werd, ik herinner me een keer dat ze probeerden om me te isoleren door me naar een plek te sturen die het meest ver weg lag van alles, ze stuurden me naar de Parkhurst gevangenis op het eiland Wight. Ik was nog nooit in deze gevangenis geweest, in theo- rie zou ik niemand gekend hebben daar.

Ik kwam terecht in de isolatie-eenheid en direct hadden mensen van me gehoord, dus een gast van de cel naast mij riep: ‘’Wil je wat tabak?’’ Nou rook ik niet. Dan roept er een andere gast dat hij een boek heeft dat ik mag hebben, omdat mensen spullen heen-en-weer sturen tussen de cellen door middel van lijnen gemaakt van beddengoed. Een ander vertelt me: ‘’Hey, ik heb een sandwich hier, je kunt wat hebben als je wilt.’’ Dan roept er een gast: ‘’Wil je een kop thee?’’ Dus ik vroeg hoe hij de thee naar mij wilde krijgen. Hij vertelde me dat hij een thermosfles had voor heet water en wat theezakjes die hij aan de lijn kon binden. Dus ja, ik heb altijd steun gekregen van andere gevangenen.

Soms is het natuurlijk makkelijk om jezelf geïsoleerd te voelen, maar zelfs wanneer ik niet een hele hoop solidariteit ontving van buitenaf, voelde ik me niet zo. De dingen die ik deprimerend vond waren, bijvoorbeeld, situaties waarin ik een keer erg mishandeld werd door de cipiers toen ik in segregatie zat en ik bezig was met een ‘dekenprotest’, dus ik was praktisch naakt en nogal kwetsbaar. En toen kreeg ik een brief van iemand van London ABC, wat een hele verwaande brief was waarin ik de wind van voren kreeg. Dat zijn het soort dingen waar ik boos van word.

Wat je echter moet onthouden met andere gevangenen is dat velen van hen geen politiek bewustzijn hebben en helaas is dat zeker het geval in Enge- land. Onder Thatcher is er een cultuur van egoïsme ontstaan die zich over de gehele samenleving heeft verspreid. De mensen die nu in de gevange- nis terecht komen zijn kinderen uit het Thatcher-tijdperk en zij hebben niet hetzelfde aangeboren besef van solidariteit dat gevangenen 20 jaar geleden zouden hebben gehad, toen de gevangenisstrijd op veel manieren een weerspiegeling was van wat er gebeurde buiten de gevangenis, dat er bui- ten nog steeds een klassenstrijd aan de gang was.

Tevens heb je ook heroïne, het gebruik ervan is door de staat opzettelijk aangemoedigd, zeker in Britse gevangenissen, omdat dat opnieuw solidariteit vernietigt en het een cultuur van egoïsme aanmoedigt. En nu hebben ze tv’s in cellen geïntroduceerd om te proberen gevangenen van elkaar te isole- ren. Het is interessant dat je in sommige Amerikaanse gevangenissen, waar ze alles afpakken van iedereen, nog steeds die tv hebt omdat het een stuk gereedschap voor controle is. En het beste is dat je de gevangenen ervoor kunt laten betalen, jij maakt die winst. Dus waar je in het verleden zag dat gevangenen zichzelf organiseerden in de tv-kamer, of zichzelf organiseerden zoals bij Strangeways, waar ze zich allemaal in de kapel bevonden, of waar ze simpelweg bij elkaar in de cel zaten om ondeugende plannen te smeden, dronken werden… Nu zitten ze in hun cel de hele tijd tv te kijken. Het is ook een manier om meer insluiting te krijgen. De cipiers in Britse gevangenissen, die zo wreed en stom zijn, haatten de tv’s toen ze als eerst geïntroduceerd werden omdat ze niet inzagen waarom de gevangenen tv’s zouden moeten krijgen. Nu zijn ze dol op de tv’s omdat je nu een speld kan horen vallen in sommige gevangenissen, iedereen zit achter zijn deur naar rotzooi te kijken. Dat is Geert, het is erg goed hem te zien want hij is zelf nog niet zo lang uit de gevangenis.

Een argument dat ik hoor van liberale en linksige gevangenishervormers wanneer ik met ze spreek over de afschaffing van het gevangeniswezen is: ‘’Welnu, wat zouden we dan moeten doen met deze politieagenten die mensen verschrikkelijke dingen aandoen en ze in elkaar slaan en doden?’’

Schiet ze neer!

Denk je niet dat ze naar de gevangenis zouden moeten gaan?

Nee, ik denk dat ze neergeschoten moeten worden. Ik ben geen liberaal, Tony Blair, George Bush… Ik weet precies waar zij heen gaan en dat is niet de gevangenis. Ik ben helemaal geen liberaal, maar het gevangeniswezen gaat niet werken, en ik ga niet de komende twintig of dertig jaar spenderen aan het opsluiten van een of andere politieagent. Nee, ik zou ze neerschieten…[10]

Voetnoten

  • [1] Het Anarchist Black Cross is een anarchistisch, internationaal ondersteuningsnetwerk voor (politieke) gevangenen, met autonome groepen in honderden steden en tientallen landen.
  • [2] De Criminal Cases Review Commission is naar eigen zeggen een publiek, onafhankelijk orgaan dat onderzoek doet naar mogelijk onjuiste beslissingen van het rechtssysteem.
  • [3] Tegenwoordig zijn er ook ABC groepen in Bristol en Leeds actief.
  • [4] Bij een lock-down, die om verschillende redenen kan worden ingezet, moeten alle gevangenen hun cellen in.
  • [5] Deze naam is gefingeerd.
  • [6] Het op één na hoogste gerechtshof in Engeland.
  • [7] High street-keten: een bedrijf met verschillende filialen in o.a. drukke winkel- straten en andere toplocaties.
  • [8] Later werd dit ABC-Leeds.
  • [9] Hiermee werd gehoor gegeven aan een oproep van Mark en de Engelse politieke gevangene John Bowden elke eerste zaterdag van de maand een ‘honger- protest’ te houden in solidariteit met de Turkse gevangenen in hongerstaking en de Spaanse FIES-gevangenen. Anarchistische gevangenen in de VS, Ierse Republikeinse gevangenen, de Duitse antifascistische gevangene Thomas Meyer-Falk, Geert Waegemans (de Belgische voormalige dierenrechtengevangene die deze vraag heeft gesteld) en politieke gevangenen in Engeland deden mee aan de solidariteitsactie.
  • [10] Mark ging door met het bediscussiëren van de meer algemene kwestie van een samenleving zonder gevangenissen op een veel grotere schaal. Hij sprak bijvoorbeeld over herstelrecht (niet voor politieagenten!) en kwam met voorbeelden uit zowel het hedendaagse Colombia als het antieke IJsland. Echter, dit vindt plaats op het moment dat de opname (en dit pamflet) eindigt.
namespace/activisme_is_mijn_wraak.txt · Laatst gewijzigd: 16/10/19 10:14 (Externe bewerking)