Giuseppe Ciancabilla (Rome, 1872 - 1904, San Franscisco) was een anarchist en aanhanger van de propaganda van de daad. Geboren in Italië en zou later naar de Verenigde Staten verhuizen. Ciancabilla was oorspronkelijk actief voor de Italiaanse Socialistische Partij (PSI) maar maakte de overstap naar het anarchisme.

Op 18 jarige leeftijd zou Ciancabilla naar Griekenland afreizen om zich daar aan te sluiten bij de gevechten tegen de Turkse overheersing. Hij werkte als correspondent voor de socialistische krant Avanti! (Voorwaarts!). In plaats van zich aan te sluiten bij Italiaanse vrijwilligers raakte hij in contact met een groep anarchistische strijders uit het Cypriotische Amalcare. Deze probeerden de lokale bevolking aan te moedigen in opstand te komen door middel van een guerrilla-oorlog.[1]

In 1879 ontmoette Ciancabilla Errico Malatesta voor een interview voor Avanti!, wat door de krant niet in dank werd afgenomen. Zijn ontmoeting met Malatesta en de reactie van de leiding van de Socialistische Partij maakte dat hij afstand nam van de partij en zichzelf een anarchist verklaarde. Malatesta zou zijn verklaring hierover in zijn krant L'Agitazione van 4 november 1897 publiceren.

Ciancabilla en zijn partner, de anarchiste en feministe Ersilia Cavedagni, moesten Italië ontvluchten. Ze verbleven korte tijd in Zwitserland en Brussel, waarna Ciancabilla naar Frankrijk doorreisde. Hier werkte hij samen met Jean Grave aan de krant Les Temps Nouveaux, hoewel de redactie van de krant af en toe zich genoodzaakt voelde hun verschil van perspectief te benadrukken bij de artikelen van Ciancabilla. In 1898 werd Ciancabilla op last van de Italiaanse autoriteiten uit Frankrijk verbannen; ze bestempelden hem als een 'gevaarlijke anarchist'.

Ciancabilla keerde terug naar Zwitserland, waar hij probeerde Italiaanse revolutionaire vluchtelingen te verenigen. Hij werd echter ook Zwitserland uitgezet nadat hij een artikel in de krant L'Agitatora had geschreven waarin hij Luigi Luccheni verdedigde (deze had prinses Elizabeth van Oostenrijk doodgestoken). Hij zou hierop in 1889 naar de Verenigde Staten verhuizen en zich met Cavedagni in Paterson, New Jersey vestigen. Hier bevonden zich veel Italiaanse anarchisten. Hij werd redacteur voor La Questione Sociale (Het sociale vraagstuk), welke door Pietro Gori was opgericht en wat één van de belangrijkste uitgaven van het Italiaanse anarchisme in de VS was.

Ook bij La Questione Sociale kwam Ciancalilla in conflict met de redactie, die de meer organisatorische lijn van Malatesta aanhingen. Nadat Malatesta zich ook enige tijd in de VS bevond en de krant onder diens redactie kwam, richtte Ciancabilla een eigen tijdschrift op, L'Aurora. Naast deze krant werkte hij aan vertalingen van o.a. Jean Grave en Peter Kropotkin.

Uiteindelijk trokken Ciancabilla en Cavedagni naar het westen van de Verenigde Staten en vestigde zich onder de mijnwerkers in Spring Valley, Illinois. Na de moord op Persident McKinley in 1901 werd Ciancabilla echter gearresteerd vanwege de repressie die zich daarna tegen anarchisten tentoonspreidde. Het paar werd verjaagd en reisde van stad naar stad om uiteindelijk in San Francisco te belandden. Daar schreef Ciancabilla nog voor de krant La Protesta Umana (Het menselijke protest), maar werd plotseling ziek en stierf op 32 jarige leeftijd in 1904.

• [1] Giuseppi Ciancabilla. The Anarchist Encyclopedia: A Gallery of Saints & Sinners.