Gebruikershulpmiddelen

Site-hulpmiddelen


namespace:interview_met_john_zerzan

Interview met John Zerzan

  • Oorspronkelijke titel: Interview - John Zerzan
  • Verschenen: onbekend
  • Bron: Interview met John Zerzan, Verbodengeschriften.nl
  • Vertaling: onbekend

Interview met John Zerzan

Inleiding

Je kunt de geschriften van John Zerzan het beste lezen als reportages uit de hel, als vlijmscherpe en radicale analyses van de heilloze wereld waarin wij leven en sterven. Waarin wij voor onszelf en voor onze kinderen het leven tot niet meer dan een overleven in een labyrint hebben gemaakt. Maar hij is niet radicaal genoeg. Hij is een Don Quichotte als hij tegen de technologie vecht. De technologie is slechts een voortbrengsel van de mens die het spoor bijster is en de weg terug niet meer kan vinden. Het is een logisch uitvloeisel van het bewustzijn van de huidige beschaafde mens en door het afschaffen van de technologie verander je het bewustzijn niet. Van de mens die zijn valse behoeften cultiveert en zich steeds verder vastdraait in zijn eigen gesponnen web. De technologie afschaffen is te vergelijken met het afstand doen van je bezittingen in de hoop dat je daardoor onthecht raakt.

De tijd zal aanbreken waarin mensen met mededogen zullen kijken naar de beschaafden, die nadenken, die bezittingen hebben, die zich kleden, die hun uiterlijk verfraaien, die iets presteren, die werken en die niet leven. En zij zullen zeggen: “Laat de doden hun doden begraven”.

John Zerzan is misschien wel de meest extreme schrijver op deze planeet. Het is wat ironisch dat de publicatie van de Unabomber's Industrial Society and its Consequences de inzichten van Zerzan onder de nationale aandacht hebben gebracht - ironisch, omdat zijn geschriften veel extremer zijn dan die van de bomber, waarvan men geloofde dat die door hem beïnvloed was. Voor Zerzan is de zondeval van de mensheid niet begonnen met de industrialisatie en zelfs niet met de landbouw, maar met de omhelzing van de symbolische cultuur, dat wil zeggen de taal, de kunst en het getal. Cultuur is, in plaats van onze grote emancipator, een bemiddelaar die ons weghoudt van een zinnelijke omarming van de werkelijkheid, van ons vermogen onszelf in het nu te verwerkelijken. Taal is persoonsgebonden communicatie geworden, de kunst is een vervanger voor een oneindig rijkere werkelijkheid, het getal is de toepassing van een illusoire gelijkheid die het boeiende aan onze wereld onttrekt.

Zijn essay-verzamelingen, Elements of Refusal en Future Primitive, brengen een primitivistische criticus, die hij de laatste twee decennia in het anarchistische milieu geweest is, in kaart. Zijn recente bekendheid, die begonnen is met een artikel in de New York Times en geprolongeerd is door radio- en televisie-interviews, concentreert zich grotendeels op zijn status van een van de weinige technologie-critici, die vanaf het begin de Unabomber niet veroordeeld heeft. Maar zijn perspectief reikt dieper dan dat. Met de komst van een op biotechnologie en genetische manipulatie gebaseerde wereld, lijkt het alsof Zerzan in de traditie van de Taoïstische wijzen staat, van Diogenes en van Rousseau als de laatste van de grote vertegenwoordigers van de ontketende wilde - of misschien is hij de eerste in een nieuwe traditie waarvan de invloed nog moet blijken.

Interviewer: Milieubewustzijn is voor mij altijd een nogal deprimerend onderwerp geweest. Daarentegen lijkt het alsof het primitivisme het streven heeft benadrukt om de spanningen tussen de mensen en de natuurlijke wereld te verzoenen. In plaats van overhoop te liggen met de natuur, zoeken we de verwerkelijking van onze verlangens op een manier die onze wereld van televisie en winkelpromenades nooit kan vervullen. Welke vergelijkingen zou jij kunnen maken tussen het traditionele milieubewustzijn en het primitivisme?

John Zerzan: Ik hou wel van het onderscheid dat je hier maakt, want dat lijkt mij heel vruchtbaar. Voor mij levert het primitivisme een basis voor milieubewustzijn. Het verwijst, als een toetssteen of inspiratie, naar een aantal miljoenen jaren waarin de mensen in harmonie met hun omgeving leefden en niet als een wezensvreemde macht boven de natuur.

Milieubewustzijn blijft zo vaak steken in de hervormingsgezinde visie van het alleen maar zien van zovele vraagstukken. Een begrip van de lange geschiedenis van de problemen helpt wel bij het ontwaren van de oorsprong van de aantasting van de natuur en al die facetten die zo met elkaar samenhangen.

Interviewer: Je hebt dan wel kritiek geleverd op grondslagen van de beschaving als kunst, taal en getal, maar je hebt tot nu toe nagelaten kritiek te leveren op het gebruik van gereedschappen. Dat is van belang omdat de meesten het gebruik van gereedschappen zien als een directe voorloper van onze technologische maatschappij. Vanaf welk punt zou jij gereedschapsgebruik willen zien culmineren in vervreemd handelen?

Zerzan: Er wordt vaak beweerd dat er een geleidelijke overgang is van het gebruik van eenvoudige gereedschappen naar de hedendaagse hightech-wereld en dat er geen kwalitatief onderscheid ergens langs die lijn van ontwikkeling kan worden gemaakt, geen plek om “een lijn te trekken” die het positieve van het negatieve scheidt.

Maar mijn werkhypothese is dat de verdeling van arbeid de lijn trekt, met geweldige gevolgen die zich op een versnellende of cumulatieve manier ontvouwen. Specialisatie verdeelt en verengt het individu, introduceert een hiërarchie, schept afhankelijkheid en werkt tegen de autonomie in. Bovendien zwengelt het de industrialisatie aan en leidt vandaar direct naar de eco-crisis.

Gereedschappen of rollen die verdeling van werk inhouden geven aanleiding tot verdeelde mensen en een verdeelde samenleving.

Interviewer: Welke voorbeelden biedt het verleden ons van mensen, die een bepaald niveau van technologie afgezworen hebben ten gunste van een meer holistische en natuurlijke manier van leven?

Zerzan: Een Noord Amerikaans voorbeeld van mensen die een vertechnologiseerd of beschaafd bestaan hebben afgezworen is dat van de kolonistengroep “gone to Croatan” [Dit verwijst naar de kolonisten die de eerste Engelse kolonie in Roanoke bewoonden en die hun kolonie verlieten om te gaan leven met een plaatselijke Indiaanse stam. Zij lieten de inscriptie “gone to Croatan”, achter, die verwees naar die stam - J.F.] Kennelijk hebben nogal wat Europeanen in de 17e en 18e eeuw beschaafde buitenposten verlaten en zich gevoegd bij verschillende inheemse Indiaanse gemeenschappen.

Interviewer: Het lijkt alsof je in je publicaties uitgaat van een Gouden Eeuw voor de mensen gedurende een groot deel van de of het gehele Paleolithicum. En toch heb ik het gevoel dat jouw ideeën niet stroken met het idee van een voorbij Eden in de meest extreme en letterlijke zin. Wellicht is het leven ooit veel directer en voldaan geweest, maar er moeten ergens toch wat zwakke plekken geweest zijn die ons tot de huidige toestand gebracht hebben. Ik ben benieuwd in hoeverre je je verbonden voelt met het idee van een voorbij de utopie (wat duidelijk onmogelijk is dat helemaal te bewijzen), in tegenstelling tot het aanwenden van bruikbare concepten uit het verleden op basis van een hedendaagse waarde.

Zerzan: Ik denk dat je gelijk hebt met het erop wijzen dat we moeten vermijden de prehistorie te idealiseren en het niet als een toestand van volmaaktheid moeten aanvoeren. Aan de andere kant lijkt het jagerverzamelaars-leven over het algemeen gekenmerkt te zijn geweest door de meest langdurige en meest succesvolle aanpassing aan de natuur ooit door de mens bereikt, een hoge mate van gelijkheid van geslacht, een afwezigheid van georganiseerd geweld, een belangrijke hoeveelheid vrije tijd, een egalitaire ethiek van delen en een ziektevrije robuustheid. Het lijkt mij dus leerzaam en inspirerend, zelfs al was het onvolmaakt en ons misschien nooit helemaal duidelijk.

Interviewer: Een van de meest gestelde vragen aangaande het primitivisme is of de aanhangers ervan een letterlijke terugkeer naar primitieve manieren van leven zoeken of dat zij gewoon het verleden ontginnen voor bruikbare concepten.

Zerzan: [Detroits anarchistische magazine] Fifth Estate heeft in zijn gedeeltelijke kritiek op de maatschappij, lang volgehouden dat een terugkeer naar een non-beschaving niet iets is wat zij als mogelijk noch wenselijk vinden. Ik ben er niet van overtuigd dat een werkelijke “terugkeer” uitgesloten moet worden. Als het dan geen letterlijke terugkeer is, wat dan? Dat zie ik als een open vraag.

Interviewer: Laten we dan voor dit moment aannemen dat een letterlijke terugkeer naar een primitieve toestand wenselijk is. Jouw publicaties gaan zover dat ze de kunst, getal en zelfs de taal ter discussie stellen. Hoe zou je je een wereld zonder taal voorstellen?

Zerzan: Aan een wereld zonder taal denken vereist een enorme speculatieve sprong. Vanaf waar we nu verkeren is het uiterst moeilijk je een leefwereld gebaseerd op een niet-symbolische communicatie voor te stellen of te begrijpen, hoewel iets daarvan nu ook al bestaat. Freud veronderstelde dat voorafgaande aan de taal een soort telepathie een rol speelde; geliefden hebben geen woorden nodig, is het gezegde. Dit zijn aanduidingen in de richting van een directe communicatie. Ik weet zeker dat je zelf nog andere kunt bedenken.

Interviewer: Verschillende critici hebben de beschuldiging geuit, dat jouw afwijzing van een symbolische cultuur de potentiële radicaal zonder basis om de gevestigde orde te bestrijden laat zitten.

Zerzan: Mijn voorlopig standpunt is dat alleen een verwerping van de symbolische cultuur een voldoende grote uitdaging biedt voor datgene wat uit die cultuur voortvloeit. Ik kan me vergissen, maar tot nu toe heb ik geen overtuigende argumenten gezien om dat standpunt op te geven. En zelfs als blijkt dat het niet klopt, dan nog zou het debat op een onbedoelde manier vruchtbaar kunnen zijn.

Interviewer: Wat is je antwoord aan de mensen die beweren dat de weg van de technologische vooruitgang onomkeerbaar is?

Zerzan: Het is heel goed mogelijk dat die onomkeerbaar is, maar de enige manier om daar achter te komen is om het te ter discussie te stellen. Als iemand tot de conclusie komt dat de loop van de techno-vooruitgang rampzalig is, dan is hij verplicht die te stoppen of om te keren. Dit is een zaak van basale moraal, lijkt me.

Interviewer: Ik denk dat het interessant is om op te merken hoe weinig oprecht en opbouwend de kritiek op de technologie gericht is en dat het daardoor het idee dat het onomkeerbaar is self-fulfilling maakt. Overal vind je kritieken op bijna alle aspecten van de technologische maatschappij, maar zelden een die het geheel overziet.

Zerzan: Hoe zeer protesteert een kritiek van het geheel! Een van de voornaamste dogma's van de heersende postmoderne moraal is verwerping van het geheel, verwerping juist van het idee dat we het geheel kunnen vatten.

En in het algemeen heeft het systeem zulk verzets- en tegen de borst stuitend denken beloond. De cultuur van de ontkenning is erg sterk - denk alleen maar hoe uiterst weinig in het huidige politieke debat ter discussie wordt gesteld. Heel moeilijk om dat gepubliceerd te krijgen en heel moeilijk om het monopolie van de opgelegde onwetendheid te doorbreken. En toch denk ik dat de werkelijkheid bezig is een opening te forceren. Wij horen enkele, niet vele, maar enkele stemmen die het hele plaatje, de wezenlijke aard ervan, trotseren.

Interviewer: Wat is je antwoord op de gebruikelijke bewering dat de technologie neutraal is?

Zerzan: De technologie is nooit neutraal, alsof het een bescheiden gereedschap dat uit zijn context losgemaakt kan worden is, geweest, het neemt altijd deel en geeft uiting aan de basale waarden van het maatschappelijk systeem waarin het geworteld is. Technologie is de taal, het weefsel, de belichaming van de maatschappelijke verhoudingen die het samen houdt. Het idee dat zij neutraal is, dat zij van de maatschappij los te maken is, is een van de grootst bruikbare leugens. Het is overduidelijk waarom zij die de high-tech valstrik verdedigen ons willen laten geloven dat technologie iets neutraals is.

Interviewer: Moet de geleidelijke afschaffing van de technologie dan niet op een wereldwijde schaal plaats vinden, zodat we niet kwetsbaar worden voor diegenen die hun ketenen niet willen laten vallen?

Zerzan: Ja, het lijkt noodzakelijk, dat een anti-technologie beweging om te slagen, zo snel mogelijk wereldwijd wordt. Het systeem van technologie en kapitaal is wereldwijd en zeer onderling van elkaar afhankelijk en is zo sterk als de zwakste schakel. Hier moet je de zich uitbreidende ontgoocheling in de “belofte” van de technologie bij optellen. Die twee zijn of zullen een machtige combinatie voor onze kant zijn.

Interviewer: Denk je dat het gewone volk meer wantrouwend staat ten opzichte van de technologie dan onze zogenaamde intelligentsia?

Zerzan: Iedereen is tegenwoordig aardig verzadigd door de media en hun doorlopende pro-technologie boodschap op elk niveau. Maar degenen die het Unabomber-manifest “overgesocialiseerd” noemt zijn misschien meer geneigd middenklasse intelligentsia te zijn en zijn om die reden waarschijnlijk minder wantrouwend ten opzichte van de Sirenenzang van de technologie.

Interviewer: Zijn er nog denkers of theoretici die je zou wille kapittelen om hun onbegrip voor de problemen betreffende de technologie?

Zerzan: Er zijn nog steeds veel teveel theoretici die weinig schijnen te begrijpen van het technologie-vraagstuk. Vele zo niet alle postmoderne “denkers” vermijden het probleem om de eenvoudige reden dat zij niets aanvechten en alleen al het idee van tegendraads denken verwerpen. Door alles op hun cynische, relativerende manier te accepteren, (bijv. Baudrillard) zien zij de technologie noch onder ogen, noch weerstaan zij haar.

Aan de andere kant kan ik bijvoorbeeld Lorenzo Simpson's Technology, Time and the Conversations of Modernity aanbevelen, dat laat zien hoe de technologie - met haar intellectuele tegenhanger, het postmodernisme - het maatschappelijk bestaan leegmaakt en een klimaat van betekenisloosheid creëert.

Interviewer: Er is verbazingwekkend weinig weerstand geweest tegen het plaatsen van bewakingscamera's in alle steden in de USA. Wat denk je dat het ten uitvoer brengen van een technologie die uiteindelijk een ernstig verzet zal oproepen, zou kunnen zijn? Het klonen van een menselijk wezen? Een computer die in de hersenen wordt geïmplanteerd?

Zerzan: Velen leggen zich ogenschijnlijk bij video-toezicht, uit persoonlijke veiligheidsoverwegingen, neer. Maar inderdaad zou men denken dat het klonen van mensen of bionische breinen de meeste mensen zou afschrikken. De Ludieten (de Ludieten Revolutie was in 1811 een acttie tegen de Engelse textielfabrieken, die de arbeiders door machines verving) en ik hopen dat nieuwe invasieve hoogtepunten van een altijd weer koloniserende technologie mensen ertoe zal brengen haar hele baan en logica ter discussie te stellen.

Als Paul Shepard het heeft over Gary Snyder's passie voor boeren, vergeet hij dat zelfs een heel eenvoudige tuinbouw slechts de eerste stap op weg naar genetische manipulatie is. Het draait met andere woorden allemaal om domesticatie. Ingrijpen in, beheersen of de natuur herscheppen is toegeven aan een richting die ons naar mensen klonen en de hele rest zal voeren.

Interviewer: Uit welke hoeken heb je een onverwachte steun voor een wereldbeschouwing, die de waarde van de technologie ter discussie stelt, gevonden?

Zerzan: Een Latino vriend van mij vertelde mij onlangs dat hij dacht dat er op dit moment minder Derde Wereld mensen naar de technologie van de Eerste Wereld snakken. Voor zover dat waar is, zou het een verandering van een enorme draagwijdte betekenen.

Ik merk ook dat sommige jongeren door de verlokkingen van de technologie heen kijken. Ik veronderstel dat dat minder verrassend is en ik weet niet hoeveel jongeren openstaan voor een “primitivistische” manieren van kijken, maar dit is een onmisbare ontwikkeling die zich uitbreidt, althans tot bepaalde hoogte.

Interviewer: Wanneer heb je zelf voor het eerst door de“ verlokkingen van de technologie” heen gekeken? Heb je je er tot zekere hoogte altijd tegen verzet? Is er een bepaalde gebeurtenis of studiegebied geweest dat je heeft aangezet tot het ontwikkelen van zo'n alomvattende kritiek?

Zerzan: In de zeventiger jaren begon het langzaam tot me door te dringen, onder andere, dat het concept “revolutie” iets zeer ontoereikends was. Het knaagde aan me in de tijd dat ik promotiewerk verrichtte in de sociale- en arbeidsgeschiedenis. De eerste “doorbraak” was toen ik bezig was met de Industriële Revolutie in Engeland. Het werd me namelijk duidelijk dat het fabriekssysteem voor een groot deel ingevoerd werd als middel tot sociale controle. De verspreide ambachtslieden werden beroofd van hun autonomie en samengebracht in fabrieken om ontschoold en gedisciplineerd te worden. Dit laat zien dat technologie allesbehalve “neutraal” is.

Deze ontdekking hielp me te zien hoe werkverdeling basaal ontkrachtend en vervreemdend is. Je moet de technologie zien als een systeem dat de diepere waarden, van de maatschappelijke orde die het belichaamt, omvat. Het is nooit eenvoudig een zaak van “gereedschappen” of instrumenten.

Interviewer: Wat heb je nog voor toekomstige projecten waar wij naar uit kunnen kijken?

Zerzan: Ik ben bezig met een essay over nihilisme en probeer ook nog een paar boeken te publiceren. Er moeten meer anti-technologie-, zelfs anti-beschavingsartikelen voor de mensen beschikbaar komen. Zelfs de meest anarchistische uitgevers, zoals AK en Autonomedia hebben het belang van of de belangstelling in zulk denken niet opgepakt.

Interviewer: Ik zou je wat vragen willen stellen met betrekking tot de Unabomber. Toen “Industrial Society and its Future” voor het eerst verkrijgbaar was, werd je al gauw herkend als een mogelijke invloed op de ideeën van FC. Heb je soms opmerkingen over de behandeling van de Unabomber?

Zerzan: Ik beschouw “Industrial Society and its Future” als een uiterst belangwekkende tekst. In wezen laat het zien hoe de techno-maatschappij het onmogelijk maakt vrijheid of voldoening te bereiken. In zeer helder en toegankelijk proza verklaart het de doodlopende weg die industrialisatie betekent.

Jacques Ellul is duidelijk van grote invloed geweest, maar ik ben niet op de hoogte van enig andere hedendaagse USA invloeden, anarchistische of andere.

Interviewer: Wat vind je eigenlijk van de methodes van de Unabomber?

Zerzan: De methodes van de Unabomber waren het resultaat van frustratie. Kennelijk kon hij geen anderen vinden die de techno-waanzin het hoofd wilden bieden, noch kon hij een uitgever vinden voor “Industrial Society and its Future”, ondanks zijn jarenlange pogingen op beide fronten.

Interviewer: Het is niet echt een benijdenswaardige positie als je eigen ideeën in verband gebracht worden met iemand die het onderwerp is van een grootscheeps onderzoek. Zijn er nog ongewone dingen gebeurd voorafgaand aan de arrestatie van Ted Kaczynski?

Zerzan: In de zomer van 1995, dat is in het jaar vóór zijn gevangenneming, is er ingebroken in mijn huis. Het merkwaardige ervan was dat mijn adresboek en een paar oude gympen meegenomen zijn, terwijl een paar draagbare en zichtbare dingen van enige waarde achtergelaten zijn. Ook is in die zomer een aantal van mijn brieven ergens onderweg onderschept. In tenminste drie gevallen, die ik heb nagetrokken, waren de brieven verstuurd maar nooit aangekomen.

Interviewer: Je hebt Ted Kaczynski een aantal keren ontmoet en gaat door met hem in contact te blijven. Wat is je indruk van hem op persoonlijk niveau?

Zerzan: Tijdens mijn bezoeken aan Ted vond ik hem voorkomend, vriendelijk, zeer scherp en met gevoel voor humor. Hij heeft zeker hoe dan ook geen kapsones en leek mij een zeer geduldig en zelfgedisciplineerd iemand. Rechter Tony Serra en ik zijn het met elkaar eens: Ted is niet gek.

Interviewer: Zijn er nog onregelmatigheden in zijn proces geweest waar je de aandacht op zou willen vestigen?

Zerzan: Er is geen proces geweest. Hij is gedwongen een pleitovereenkomst te accepteren (levenslange gevangenisstraf) nadat de rechter zowel zijn poging zijn advocaten te ontslaan en te vervangen als zijn poging zichzelf te verdedigen had afgewezen. Hem werd geen ander alternatief gelaten dan een bewijs van “krankzinnigheid” en dat heeft hij altijd afgewezen. Wat in het oog valt is het feit dat het geheel van wetgevende en politieke instellingen samen stonden in hun weigering hem terecht te laten staan en zijn ideeën naar voren te laten brengen. Het systeem demonstreerde dat door duidelijk te maken dat de doodstraf een lagere prioriteit had dan Ted het recht te ontzeggen om gehoord te worden.

Een zeer goede bejegening is Bill Finnegan's “Defending the Unabomber” in de New Yorker van 16 Maart 1998. Finnegan brengt bovengenoemde punten overtuigend aan het licht en is de enige schrijver die dat zo gedaan heeft.

Interviewer: Als ik het moet geloven, zou ik zeggen dat maar erg weinig mensen de daden van de Unabomber steunden, maar velen hebben begrip gehad voor het wanhoopsgevoel en de hulpeloosheid die hem voortgedreven hebben. Wat is je indruk van de stem van het volk over de Unabomber? Wat voor, zo die er zijn, reserves heeft de schare van zijn aanhangers?

Zerzan: De media die verslag van de zaak gedaan hebben, in het bijzonder de wettelijke beproeving, lijken nooit zo erg happig of knuffelig in hun reportages geweest. Zij hebben nooit ook maar een keer een vraagteken gezet bij de rechtmatigheid van het constante lekken van de verdediging wat betreft Ted's “grootheidswanen”. De belangrijkste onderzoeks-psychiater gaf meteen toe aan Bill Finnegan dat zij vond dat Kaczynski juist grootheids-waanzinnig was op grond van zijn aanklacht tegen het technologisch systeem en de effecten daarvan op de mensen! Onnodig te zeggen dat dat een verbazingwekkende politiek vondst was.

Het wekt weinig verbazing dat het publiek, dat enig onafhankelijk denken over de zaak ontzegd werd, hem waarschijnlijk niet goedgunstig gezind geworden is. Een andere factor is dat zijn advocaten ons, die wilden proberen begrip en steun te krijgen, vertelden daar mee op te houden. Ted, goedgelovig als hij was, ging met hun verdediging tegen zijn zin verder. (Hij vertrouwde ze en ze belazerden hem, door hem onwetend te houden, tot de tijd voor zijn alternatieven opraakte, dat zij in feite precies deden waarvan zij gezegd hadden dat ze het niet zouden doen, namelijk hem als krankzinnig afschilderen) Dit alles werkte overduidelijk tegen elk eerlijk begrijpen van waar hij voor stond.

Interviewer: De wapenfeiten van de Unabomber hebben aanleiding gegeven tot een van de diepste scheuringen voor zover het heugt onder de anarchisten, de primitivisten en daarbij horende eco-radicalen. Wat zijn jouw gedachten over de scheuring en wellicht de manieren om die te boven te komen.

Zerzan: Ik ben er niet zeker van dat er een diepe scheuring is omdat ik tekenen heb gezien van het feit dat het alweer wat genezen is. Er was bijvoorbeeld een vocale pro-Ted aanwezigheid bij het Round River Rendezvous in 1998, de jaarlijkse nationale Earth First! bijeenkomst. En het laatste Live Wild or Die (#7) heeft zich actief met zijn drijfveer en verdediging geïdentificeerd. Alles bij elkaar is er wel weerklank gevonden bij een aantal jongeren; ik beschouw dat als groei. Ik denk dat er minder antipathie ten opzichte van hem is, minder angst om geïdentificeerd te worden met waar de Unabomber voor staat..

Natuurlijk is de diepere oorzaak dat de scheuring verminderd is - als dat zo is - dat het anarchisten-milieu blijvend meer anti-tech en primitivistischer is, met name onder de jongeren.

Interviewer: Ondanks de gangbare ontkenning van links door veel anarchisten, is de kritiek van de Unabomber op links scherper dan wat dan ook dat ik door anarchisten heb zien schrijven. Denk je dat de anarchisten nog steeds een manier hebben om mee te doen met het verwerpen van alle vormen van autoritairisme door zich als oppositie te vermommen?

Zerzan: Links - in de betekenis van gerichtheid op arbeid en productie en de “organisatie” mentaliteit - zakt overal in. De dood van de Klassenstrijd in Engeland in '79 en Love & Rage hier in de Verenigde Staten zijn daar duidelijke tekenen van. Links gaat dezelfde weg als de dodo, ofschoon er nog wat restanten rondwaren. De AK press is daar een voorbeeld van met hun voorliefde voor gênante relicten als Bookchin en Chomsky.

Interviewer: “Industrial Society and its Future” heeft voor een explicietere psychologische benadering gekozen (bijv. de discussie over surrogaat-activiteit, de effecten van overbevolking, individuele voldoening etc.) dan men gewoonlijk in de litteratuur ziet, die de technologische dominantie bestrijdt. Heb je het gevoel dat de Unabomber de nadruk legde op een hoog noodzakelijke maar verwaarloosde benadering voor diegenen van ons die de technologie en haar consequenties ter discussie stellen?

Zerzan: Ja, “Industrial Society and its Future” is, zou ik zeggen, in wezen een psychologie. Het vestigt de aandacht op wat er onherroepelijk met het individu gebeurt zolang als de technologie de scepter zwaait. Dat is de aantrekkingskracht en het belang ervan en de reden waarom het verplichte lectuur is. Ik denk dat deze manier van benaderen in de anti-autoritaire litteratuur ernstig verwaarloosd is, maar dat het strookt met waar mensen in geïnteresseerd zijn. Dus ondanks het feit dat het unaniem naar de prullenbak is verwezen, slaagt het er toch in te circuleren, incluis de vele vertalingen over de hele wereld.

Interviewer: Welke maatschappelijk gevolgen, zo die er zijn, heb je zien voortvloeien uit de Unabomber-zaak?

Zerzan: De “maatschappelijke gevolgen” van de Unabomber-zaak is slechts een deel van een groter fenomeen, een opduikend bewustzijn van het lot dat het technologisch systeem voor ons en voor de planeet in petto heeft. Deze spectaculaire zaak heeft vitale en basale resultaten aan het licht gebracht, die al bezig waren op de voorgrond te treden.

Interviewer: Tot slot graag je gedachten over hoe we vanuit het punt waar we nu zijn naar een betere wereld kunnen?

Zerzan: De verslechterende situatie in de biosfeer en het individu - de crisis heerst op elk niveau - is de krachtigste stimulans voor een heroverwegen van zo vele oude afgezaagde vooronderstellingen en instituten. Verdeling van arbeid, domesticatie, zelfs de componenten van onze symbolische cultuur en de beschaving zelf - bij alles zijn vraagtekens gezet. Als de ontkenning begint in te storten zouden we weleens een uitdaging aan de gevestigde orde kunnen zien, die de beweging van de zestiger jaren zal doen verbleken tot een zeer tam en oppervlakkig gebeuren.

namespace/interview_met_john_zerzan.txt · Laatst gewijzigd: 10/12/19 12:03 door defiance