Gebruikershulpmiddelen

Site-hulpmiddelen


namespace:rondschrijven_aan_alle_internationalisten

Rondschrijven aan alle internationalisten

Door Coördinatie van Autonome Groepen in Spanje


Rondschrijven aan alle internationalisten

KAMERADEN,

Ook al lijkt de hele wereld op het dal van de Jarama en zouden wij met evenveel recht over de oevers van de Weichsel, de Po of de Jangtse kunnen spreken, toch vestigen wij op dit moment de aandacht op ons oude, bij uitstek roemvolle gevechtsterrein: Spanje. Tenslotte speelt zich daar thans de tweede slag aan de Jarama af; en het lijkt ons geen goed idee daarbij af te gaan op wat de oorlogscorrespondenten van de vijand ervan zeggen.

De commentatoren zijn het erover eens dat Franco, toen hij eindelijk mocht overlijden, een land naliet dat rijp was voor de moderne tijd; maar zij hebben verzuimd ons mee te delen waarin die tijd modem is; en niemand had van hen trouwens zo’n mededeling verwacht. Voor hen is de tijd niets anders dan de ruimte van het Spaanse kapitalisme, dat zou willen kunnen zeggen: “Er zijn geen Pyreneeën meer”. Zij zouden, met andere woorden, willen dat Spanje op Nederland leek. Wij bevinden ons echter op de juiste plaats om in alle bescheidenheid te kunnen opmerken dat wat zij bewonderen aan het democratisch debat van respectabele partijen en verantwoordelijke vakbonden, even smaakvol is als onze democratische voedingsmiddelen, even groots als onze respectabele gifbelten, en even stralend als de scherpzinnige verantwoordelijkheid waarmee onze kerncentrales zijn gecalculeerd; en dat het enige moderne eraan gelegen is in hun gemeenschappelijke staat van ontbinding.

Laten wij hier dus preciseren dat al wat men in het hedendaagse Spanje modem zou kunnen noemen, in drie categorieën uiteenvalt. De eerste wordt gevormd door wat er sinds de dagen van Fanelli altijd modern is geweest: onze partij, de partij van de proletarische algemene vergaderingen die geen macht buiten zichzelf dulden, de partij van de sociale liquidatie. Want de vernieuwde Spaanse staat, die zich presenteerde als “de verzoening van de winnaars en de verliezers van de Burgeroorlog, d.i. franquisten en republikeinen” en in feite niets anders was dan “de verlate verzoening van alle winnaars van de contrarevolutie”, deze staat is onmiddellijk het doelwit geworden van alle verliezers van de revolutie — die niet waren vergeten dat zij reeds in 1937 als eersten de vijand hadden bestreden in zijn beide gedaantes van bourgeoisie en bureaucratie. Van Vitoria tot Alicante en van Vigo tot Barcelona is nauwelijks een bedrijf voor hun wilde stakingen gespaard gebleven; en zeldzaam zijn de vakbondskaders die ’s nachts alleen over straat durven gaan.

Door haar oude strijd weer in nieuwe vormen op te nemen heeft onze partij het lot bepaald van de tweede categorie: die van wat te ongelegener tijd modern wilde zijn. Wij sluiten ons gaarne aan bij het oordeel van de geschiedenis, die voortaan over Suarez zal zwijgen, en beperken ons tot de simpele constatering van zijn échec: wanneer de minachting van de arbeiders voor de vakbondsregimentering tot uitdrukking komt in een organisatiegraad van nog geen 5%, hoe kan men dan van hun meesters waardering verwachten voor zulke nieuwigheden? Suarez zelf was eenvoudig afhankelijk van de wil en de fortuin van degenen die hem de macht hadden gegeven; en die kon hij niet tot vriend houden, toen hij alle tegenstanders van de macht tot vijand had. Waar vond hij aanhankelijkheid en trouw dan in de banken van de Cortes? Niets karakteriseert zijn positie dan ook beter dan het feit dat hij zijn laatste bewonderaars telde onder de “oppositie” van de lachwekkende Partido Socialista Obrero Español (PSOE) en de sinistere Partido Comunista de España/Partit Socialista Unificat de Catalunya (PCE/PSUC), wier voornaamste verschil hierin ligt, dat de socialisten altijd verliezen zonder het te begrijpen, terwijl de stalinisten altijd begrijpen wanneer zij moeten verliezen.

Zo zingt men dus nu in Spanje: “Op 29 januari hield het leger gericht. De generaals hebben gesproken: Vort met Suarez, die nicht!” en daarmee komen wij bij onze derde categorie, de categorie van de reactie die noodgedwongen modern wordt.

KAMERADEN,

Waar Suarez faalde bij zijn poging om Spanje in de Europese Gemeenschap te brengen, is het leger er direct in geslaagd aansluiting te vinden bij de rest van Europa op een ander niveau. Het heeft zich daar zelfs reeds een vooraanstaande plaats verworven, want het toont zich geavanceerder dan het Italiaanse laboratorium van de contrarevolutie. Het ontleent hieraan tal van tactische vondsten, maar bedenkt er nieuwe toepassingen voor; het neemt de strategia della tensione (strategie van de spanning)[1] over, maar anders dan in Italië gaat het in Spanje niet zozeer om een actieve verdediging als wel om een offensief.

Het oude Rome wist al dat men nieuw bedachte misdaden moet verbergen onder de namen van een vroegere tijd, en dat het beter is de wetten af te schaffen dan hun bewakers. Het nieuwe Rome overwoog dat als zij die gehoorzaamden hun ontzag hebben verloren, zij die bevelen de schaamte moeten afleggen. Het Spaanse leger voegt hieraan toe dat alle oorlogvoering op misleiding is gebaseerd en blaast twee Spaanse militaire tradities nieuw leven in. Het neemt opnieuw zijn toevlucht tot een staatsgreep, maar voor het eerst in de geschiedenis is het een sluipend pronunciamiento. En bij de uitvoering bedient het zich van een methode die te omschrijven is als een guerrilla van de macht.

Het leger heeft dus eerst de grondwet buiten werking gesteld en Suarez afgedankt, maar in het geheim — en met de vanzelfsprekende steun van de massamedia, waar naar behoren getoond wordt wat niet echt is, en wat echt is niet wordt getoond. Nadat het zo zelf de macht Ier hand had genomen, nam het vervolgens ook de “democratie” ter hand. En sindsdien weet men dat deze democratie niet zo broos kan zijn als kwade tongen fluisterden, want iedere avond heeft men haar in naam gered bevonden, nadat zij ’s ochtends nog in feite was vernietigd. Ja, men moet zelfs toegeven dat zij buitengewoon levensvatbaar is, want dagelijks laat de televisie zien dat in Spanje de democratische orde in laatste instantie zowel de democratie als de orde kan ontberen.

Overeenkomstig de tactische grondregel van de guerrilla heeft de vijand de sterken vermeden en het zwakke aangevallen: het gehele politieke kader is in diskrediet gebracht, toen gecompromitteerd, tenslotte onderworpen. Tejero hoont de letterlijk kruipende afgevaardigden in de Cortes, en meteen blijkt dat de politiek daar niet doelmatiger bedreven wordt dan in een militaire gevangenis. Welingelichte bronnen in de kazernes voorzien de pers van een stroom van geruchten — een wolk zilverpapier die de spectaculaire discussies versiert en de radar stoort, maar waarin de getemde koning en zijn geterroriseerde getrouwen de voor hen bestemde waarschuwingen, of beter bevelen, gemakkelijk herkennen. Meer tastbare waarschuwingen ontbreken overigens niet, sinds de liquidatie en planmatige zelfmoord van onbetrouwbare elementen in het leger zelf, en het weer opduiken van de GRAPO, door de geheime diensten geschoeid op de leest van de Rode Brigades. Om dan uiteindelijk het resultaat van dit alles aanschouwelijk te maken is er de overval op de Banco Central te Barcelona: en alle politici zijn gedwongen te demonstreren dat zij als enigen in het land de waarheid niet durven weten.

Het valt niet te ontkennen dat de vijand sneller is opgerukt dan het “Rode” Leger in Polen. Hij heeft het land ontwricht om te kunnen verschijnen als de onbewogen eerste beweger van een chaotische kosmos, waarin hij alleen de weg weet; en alle wegen leiden naar ons.

Wie zal er zich over verbazen dat de ondergang van Suarez’ democratie zich heeft voltrokken als een slechte klucht, waarom men zich niet eens de moeite getroost te lachen? Onze partij kan zich echter niet veroorloven om het slachtoffer te worden van de toneeleffecten: zij moet weten dat zij in het volgende stuk noodzakelijkerwijs een hoofdrol zal vervullen, en dat het uitsluitend van haarzelf afhangt of er dan wél iets te lachen valt. De proletariërs zullen alle gelegenheid hebben van dichtbij te zien dat ook het nieuwe decor, dat soms bedriegelijk op het vorige lijkt, van bordpapier is; en er zullen geen toeschouwers zijn. Van wie zou Spanje iets moderners moeten leren?

KAMERADEN,

Alsof dit alles ons niet reeds volkomen duidelijk was, heeft de vijand de onbeschaamdheid zover gedreven dat hij de overval op de Banco Central toevertrouwde aan José Juan Martinez Gómez, de provocateur die begin 1978 verantwoordelijk was voor de uitschakeling van onze voorposten. Wij spreken, zoals u begrijpt, van de Autonome Groepen van Madrid, Barcelona, Valencia, deze meest resolute bestrijders van de spectaculaire warenmaatschappij, wier standpunten en strijd bekend zijn uit de Appèls de la prison de Ségovie (Parijs, Champ Libre, '1980); want het is in de gevangenis van Segovia — en ten dele ook in die van Barcelona, Madrid, Burgos, Herrera de la Mancha, Soria — dat onze kameraden dank zij Martínez Gómez zijn beland.

Het zal u niet ontgaan zijn dat zijn recente “arrestatie” ook een nieuw licht werpt op hun gevangenschap. In november 1980, twee maanden nadat onze partij met de oproep A los Libertarios de internationalistische actie voor hun bevrijding had ontketend, zijn zes van hen “bij gebrek aan bewijs” puur willekeurig vrijgelaten. Wij zouden ons dus vrolijk kunnen maken om het verschil tussen Suarez, die zijn ergste vijanden laat lopen, en het leger, dat zijn beste vrienden achter de tralies zet, ware het niet dat naast die zes nog ruim dertig anderen gevangen zaten en zitten; en dat het feit dat sommigen iets minder schuldig of zelfs onschuldig zijn niet in hun voordeel pleit sinds het “incident” van Almería, waar de “ley de fugas” opnieuw is toegepast tegen drie gevangenen op transport naar Madrid.

Het is stellig een onbetwistbaar taken van de vooruitgang dat de gevangenis van Segovia thans niet verder leeg zal komen door het vertwijfelde optreden van een regering, maar alleen door het besliste optreden van onze partij. En men kan zeggen dat ook in dit opzicht de strijd die komt een onvermijdelijk gevolg is van de strijd die voorafging. De vraag is niet of wij onze verantwoordelijkheid moeten dragen, maar hoe wij haar zullen dragen. Maar geeft deze vraag niet meteen het antwoord op een andere: hoeveel belang wij hechten aan het leven van enkele tientallen kameraden, die het op het spel hebben gezet voor onze partij?

¡Companeros, salud!

¡Viva la liquidación social!

9 juni 1981

Federatie van het Gewest Nederland van de Internationale Vrienden

Voetnoot

  • [1] Strategia della tensione: strategie van de spanning. Een strategie waarbij gebruik wordt gemaakt van geweld in combinatie met propaganda om de angst onder de bevolking te zaaien. Vaak gebeurd dit door middel van een 'valse vlag operatie' waarbij de aanslag in de schoenen wordt geschoven van een andere partij, om zo de publieke opinie tegen hen te keren. In de jaren 70 vonden er in Italië een reeks aanslagen plaats van zowel linkse als rechtse groeperingen. Vooral rechtse groeperingen maakte grote hoeveelheden slachtoffers door aanslagen op openbare plekken, zoals het station in Bologna, op Piazza Fontana in Milaan. In eerste instantie werden anarchistische en communistische organisaties voor deze aanslagen verantwoordelijk gehouden.
namespace/rondschrijven_aan_alle_internationalisten.txt · Laatst gewijzigd: 05/06/20 08:39 door defiance